De Standaard

‘Sommige lichamen zijn onmogelijk te identifice­ren’

In koelwagens voor de mortuaria stapelen de lijken zich op. Het personeel doet wat het kan om het aantal slachtoffe­rs bij te houden.

- © The Guardian Lorenzo Tondo

Eind februari, enkele dagen na de start van de Russische invasie in Oekraïne, kwam de eerste dode binnen. De dag daarop nog eens twee. Tegen begin maart was er geen plaats meer in het lijkenhuis in een buitenwijk van Kiev. Uit de door Russische troepen bezette voorsteden Boetsja en Borodjanka kwam een dagelijkse stroom lichamen.

Begin april trok Moskou zich terug uit het gebied ten noorden van de hoofdstad en werden er massagrave­n blootgeleg­d in al hun brutalitei­t, met honderden burgers die begraven werden in woondistri­cten. Op dat moment had ieder mortuarium in de regio van Kiev al zijn breekpunt bereikt.

Vandaag, meer dan twee maanden ver in de oorlog, stapelen de lichamen zich op in koelwagens die voor de lijkenhuiz­en geparkeerd staan. Lokale autoriteit­en weten niet waar naartoe met al die doden. ‘Hier waren we niet op voorbereid’, zegt een lijkschouw­er uit een dorpje op enkele kilometers van de hoofdstad. ‘Niemand had zich ooit kunnen voorstelle­n dat het hierop zou uitdraaien.’

In plaats van hun bevrijding te vieren, begonnen overlevend­en van Boetsja, Borodjanka, Irpin en Hostomel, waar Russen beschuldig­d worden van oorlogsmis­daden tegen burgers, hun doden te tellen en te identifice­ren. Elke dag zakken tientallen mensen naar de koelwagens af om de namen van hun geliefden toe te wijzen aan de stoffelijk­e resten die in zwarte bodybags op elkaar gestapeld liggen.

‘Tot op zondag werden alleen al in de regio rond Kiev 1.123 lichamen geborgen, onder hen 35 kinderen’, zegt Oleh Tkalenko, een officier van justitie uit de buurt. ‘Dat zijn de lichamen die we opgehaald hebben uit de massagrave­n of op straat gevonden hebben. Vaak zwaar verminkte mensen. Elk van de 1.123 gevallen wordt geregistre­erd en onderzocht door rechercheu­rs. Dagelijks ontdekken we meer lichamen. Veel preciezere informatie kan ik niet geven, want op dit moment worden er duizenden verslagen opgemaakt.’

Vladyslav Perovskyi, een Oekraïense gerechtsdo­kter, heeft met een team van lijkschouw­ers tientallen autopsieën uitgevoerd op mensen uit Boetsja, Irpin en Borodjanka die omgekomen zijn tijdens de Russische bezetting die een maand duurde. Hij legt uit dat het identifica­tieproces van de stoffelijk­e resten best complex is, gezien de staat van ontbinding van de lijken in de massagrave­n en de ernst van de toegebrach­te letsels, zelfs nadat ze gedood waren.

Hij spreekt van mensen die vermoord werden en dan verpletter­d door een tank. ‘Zoveel verkoolde en verminkte lichamen, sommige zijn onmogelijk te identifice­ren’, zegt hij. ‘Een gezicht dat volledig verbrij

‘Dagelijks ontdekken we meer lichamen. Veel preciezere informatie kan ik niet geven, op dit moment worden er duizenden verslagen opgemaakt’

Oleh Tkalenko Officier van justitie

zeld is, kun je niet weer ineenzette­n. Soms is er zelfs geen hoofd meer.’

Zijn team, dat aan de slag is in een mortuarium dat vanwege de veiligheid niet nader benoemd wordt, onderzoekt zo’n vijftien lichamen per dag. Velen zijn zwaar toegetakel­d.

Acht kogelgaten

Een ouder echtpaar nadert de achterdeur van een koelwagen. Door hun tranen heen delen ze de identiteit van het slachtoffe­r mee aan de mannen die, te midden van een dertigtal lijken, in de trailer staan. Het is hun zoon die bij het burgerverz­et diende. Het koppel denkt dat hij verraden is door een vrouw nadat Russische soldaten hun dorp hadden ingenomen en de jacht hadden geopend op Oekraïense strijders en voormalige soldaten die hadden gevochten in de Donbas.

Hun zoon was een van hen. De Russen pakten hem op, folterden hem, braken zijn armen en trokken een plastic zak over zijn hoofd. Daarna schoten ze hem in het hoofd en smeten ze zijn lichaam aan de kant van de weg. Daar lag zijn lijk dagenlang, tot het uiteindeli­jk gevonden werd door vrijwillig­ers. Als de mannen in de koelwagen het lichaam van haar zoon tonen, barst de vrouw in snikken uit, ontroostba­ar. Ze vervloekt de Russische soldaten, dat ze ook zo aan hun eind mogen komen.

Een tatoeage op zijn schouder is zowat het enige teken waaraan ze hem kunnen identifice­ren. Voor de rest is het lichaam zo goed als onherkenba­ar, getekend door ontbinding en brutale mishandeli­ng. De vrouw kijkt en knikt, waarna ze in tranen naar haar auto gebracht wordt.

Voor zijn stoffelijk­e overschot kan worden begraven, moet het onderzocht worden door het team van Perovskyi, die samen met achttien experts van de forensisch­e afdeling van de Franse nationale gendarme de terreur op burgers tijdens die bezetting van een maand is beginnen te documenter­en. ‘We zien heel wat verminkte lichamen’, zegt Perovskyi. ‘Meerdere met de handen op de rug gebonden en achteraan in het hoofd geschoten. Er zijn ook slachtoffe­rs die met machinegew­eren beschoten zijn, en zes of acht kogelgaten vertonen. En dan zijn er nog de gevallen met fragmenten van clusterbom­men in hun lichaam.’

Rusland heeft meermaals ontkend dat het burgers viseert en houdt vol dat de aantijging­en van oorlogsmis­daden verzonnen zijn door Oekraïne en het Westen. Bewijzen van dood en vernieling in de door Moskou bezette gebieden lijken op iets anders te wijzen.

‘Een gezicht dat verbrijzel­d is, kun je niet weer ineenzette­n. Soms is er zelfs geen hoofd meer’

Vladyslav Perovskyi Oekraïense gerechtsdo­kter

 ?? © ap ?? Lijken van burgerslac­htoffers in Boetsja worden in een truck geladen, zodat ze verder onderzocht kunnen worden in een mortuarium.
© ap Lijken van burgerslac­htoffers in Boetsja worden in een truck geladen, zodat ze verder onderzocht kunnen worden in een mortuarium.
 ?? © reuters ?? De kist van Roman Vered (53) staat klaar om begraven te worden in de buurt van Irpin.
© reuters De kist van Roman Vered (53) staat klaar om begraven te worden in de buurt van Irpin.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium