Wat nu met de schildpad?
METOO Het Smak neemt het voortouw in een publiek debat over wat er met Fabres werk in de publieke ruimte moet gebeuren.
Searching for utopia, de populaire gouden schildpad van Jan Fabre, blijft in Nieuwpoort staan. ‘Er zijn heel wat kunstenaars die al eens ferm naast de lijn lopen’, zegt burgemeester Geert Vanden Broucke (CD&V). ‘Als we al hun werken moeten verwijderen, zijn we nog lang bezig.’
Tot een andere conclusie kwam Vooruit. De partij wil dat een met kevers bezette jurk van Fabre verwijderd wordt uit de Zuilenzaal van het Vlaams Parlement. ‘Nu Jan Fabre veroordeeld is, kan hij niet langer een piëdestal krijgen in het Vlaams Parlement’, zeggen parlementsleden Katia Segers en Hannelore Goeman.
Debat met bezoekers
Ook de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal van Antwerpen, het Brugse Gezellehuis en het Stedelijk Museum voor Actuele Kunst (Smak) in Gent hebben een beeld van Fabre. Zij laten het voorlopig staan en gaan voor overleg met het publiek.
‘Het beeld preventief verwijderen was geen optie. Dan zou het lijken alsof we het debat uit de weg gaan. De pijnlijke schandalen over misbruik in de kerk hebben ons geleerd dat dat geen optie is’, zegt een woordvoerder van de kathedraal. Directieleden gingen er de voorbije maanden met bezoekers in gesprek bij de sculptuur. Ze discussieerden over de impact van de klachten tegen Fabre op de aanwezigheid van zijn werk in de kathedraal.
De bezoekers waren verdeeld over de juiste reactie, maar niet over de noodzaak van de discussie. Het Smak organiseert daarom dit najaar gespreksmomenten met de Genderkamer van de Vlaamse Ombudsdienst, waar ook de Brugse Musea en de kathedraal aan deelnemen. ‘We willen niet over één proces in debat gaan, maar over de inhoud’, zegt directeur Philippe Van Cauteren. ‘Over machtsmisbruik, ongewenste intimiteiten, trial by media en de vraag of kunstenaar en werk samenvallen. We willen ook dat het breder gaat dan de cultuursector – ongewenste intimiteiten komen niet alleen daar voor.’ Hij denkt aan ‘gesprekken in open of gesloten kamers, met lezingen, in september of oktober, om die grondig voor te bereiden en buitenlandse stemmen te brengen.’
Tot dan blijft De man die de wolken meet op het dak van het Smak staan, waar hij begin april plots een fors paar ballen omhooghield. Van Cauteren: ‘Ik weet wie die ballen er gehangen heeft, ik heb hen laten weten dat ze me volgende keer moeten bellen. Dan zet ik de deur open.’