Groen weet niet van welk hout pijlen te maken
Alle Groenen waren het erover eens dat het voorzitterschap van Meyrem Almaci volkomen uitgewoond was. Maar nu het erop aankomt een fris en dynamisch alternatief voor te stellen, geven alle partijbonzen niet thuis. Ze zijn onmisbaar in de federale regering (Petra De Sutter), voelen zich beter als fractieleider (Björn Rzoska, Vlaams Parlement en Wouter De Vriendt, Kamer) of hebben nog belangrijk werk als politiek directeur (Bogdan Vanden Berghe). Ook Kristof Calvo (gewezen toekomstig minister) haakt af.
Gisterochtend meldde zich wel een duo van de tweede rang: Jeremie Vaneeckhout en Nadia Naji. Die twee mankeerde het allerminst aan enthousiasme, zo bleek al bij hun eerste verklaringen in De Ochtend. Inhoudelijk is er wel nog werk. Hun analyse dat Groen de jongste tijd te veel de woordvoerder van Vivaldi is geweest, gaat voorbij aan een ouder probleem: namelijk dat Groen, ondanks de opgang van de klimaatbeweging, in 2019 slechts een marginale vooruitgang wist te boeken.
De inschrijvingen voor het voorzitterschap zijn nog niet afgesloten, maar Kristof Calvo heeft alvast de verdienste dat hij als enige partijtopper de vinger op de wonde legt. ‘Groen, links en progressief Vlaanderen staat niet sterk genoeg qua ideeën, samenhang en organisatie. En het is onduidelijk of Vivaldi nog zal vervellen van een verdienstelijk crisiskabinet tot een hervormingsregering met pit, lef en ambitie.’ Het is volgens Calvo voor de partij niet het moment om naar interne rust te zoeken. Ze moet het politiek landschap durven te vernieuwen met minder groot gelijk en meer nieuwsgierigheid.
Dat laatste is zeker een gepaste vorm van zelfkritiek, maar op de dag dat in Frankrijk groen en links elkaar leken te vinden in hun strijd tegen rechts, was het een belangrijke vingerwijzing. Terwijl in Vlaanderen Vooruit, ondanks alle controverses rond voorzitter Conner Rousseau, aanhang wint, weet Groen niet van welk hout pijlen te maken. Die constellatie biedt geen voedingsbodem voor radicale vernieuwing van het partijlandschap. Het uiteenvallen van het groen-rode kartel in Gent onderstreept dat.
Calvo beseft allicht dat hijzelf op dit moment niet de geschikte heraut is voor de vernieuwingsideeën die hij naar voren brengt. Zijn imago als drammerige hemelbestormer bleek in 2020 een hinderpaal op weg naar de macht. Om een verbindend verhaal te kunnen brengen, moet hij vooral zichzelf heruitvinden. En dat kost tijd. Alleen met geduld kan hij zich ooit presenteren als de beste voorzitter die Groen nog nooit heeft gehad.
Calvo heeft de verdienste als enige partijtopper de vinger op de wonde te leggen