‘Tijdens de eerste twee jaar van onze relatie hebben we elkaar drie keer gezien’
Het toeval bracht de Vlaamse vroedvrouw Nele Pauwels (32) en de Nieuw-Zeelandse geneeskundestudent Jeremy Tai (28) zes jaar geleden samen op de Filipijnen. Intussen wonen ze samen in Australië en kregen ze vorige maand een dochtertje.
Nele: ‘Ik droomde er altijd van om vroedvrouw te zijn, liefst in het buitenland. Ik registreerde me in Engeland, maar ging in 2016 eerst vrijwilligerswerk doen op de Filipijnen.’
Jeremy: ‘Ik zat in mijn eerste jaar geneeskunde, aan de universiteit van Queensland. We moesten een zomerstage doen, en het buitenland werd sterk aangemoedigd. Mijn vrienden en ik kozen voor de Filipijnen, omdat die plek het jaar voordien werd omschreven als een van de meest onderschatte landen om naartoe te reizen.’ Nele: ‘Ik verbleef in een soort gemeenschapshuis, met dertig tot veertig andere mensen – vrijwilligers, maar ook studenten. Het was best moeilijk om me telkens aan een nieuwe groep aan te passen. Weer iedereen leren kennen, na een tijdje wordt dat vermoeiend. Toen Jeremy en zijn medestudenten uit Australië arriveerden, had ik het daar eigenlijk wat mee gehad.’ Jeremy: ‘Het was een onwaarschijnlijk toeval dat we elkaar troffen: er zijn heel veel dingen voor fout moeten lopen. De eerste twee stageplaatsen op de Filipijnen die ik op het oog had, vielen in het water. Uiteindelijk kwamen we met alle studenten die voor de Filipijnen hadden gekozen terecht in hetzelfde huis in Iloilo, waar ik Nele ontmoette.’
Nele: ‘Ik kwam thuis van de cinema met een vriendin en zag de nieuwe groep dokters in spe kaartspelen. Jeremy viel meteen op. Ik vond hem heel knap en merkte ook, toen ik even meespeelde, dat hij heel grappig was en goed in de groep lag.’
Jeremy: ‘Ik had in mijn leven één serieuze relatie gehad, van anderhalf jaar. Toen ik naar de Filipijnen ging, had ik geen enkele intentie om iemand te leren kennen. Ik wilde mijn stage doen en plezier maken met vrienden. Maar toen ik Nele zag, voelde ik me meteen tot haar aangetrokken. Ik was zelfs nerveus in haar buurt. Dat kaartspel was een goede ijsbreker, maar ik dacht onmiddellijk: zij is veel te hoog gegrepen.’
Nele: ‘Die eerste avond hebben we niet echt gesproken, maar ik betrapte mezelf erop dat ik nadien aan vriendinnen vroeg: “Zeg, wat vond jij van die Jeremy?” Hij zat al wat in mijn hoofd.’
Jeremy: ‘Naast ons werk in het ziekenhuis trokken we ook in onze vrije tijd elke dag op. Ik vond het heel comfortabel om bij Nele te zijn, we konden heel goed met elkaar overweg, maar aan méér probeerde ik niet te denken. We waren daar ook maar een paar weken.’
Nele: ‘We babbelden voor het eerst écht toen we toevallig met twee in een tuktuk zaten, op weg naar het ziekenhuis waar we werkten. We hadden een heel gek en absurd gesprek over Red Bull. Sinds dan trokken we meer met elkaar op, tot ik de moed vond om initiatief te nemen. Elke donderdag zongen we karaoke en daarna gingen we dansen. Op de dansvloer, licht beschonken, durfde ik hem te kussen.’ Jeremy: ‘Ik was blij verrast dat ze dat deed, ik had geen idee dat zij ook zo naar mij keek. We groeiden in de weken erna almaar dichter naar elkaar toe, trokken nog meer samen op. Ik wilde altijd al graag eens naar Europa, een droom die plots ook een geweldig excuus was om Nele na mijn stage in de Filipijnen nog eens te kunnen zien.’
Nele: ‘Na Kerstmis vloog Jeremy naar België. Ik woonde toen in een huis rechtover mijn ouders, in Gooik. Het was fantastisch, ik leidde hem rond in mijn land, maar we bezochten ook steden in buurlanden. Parijs, Keulen, Amsterdam.’ Jeremy: ‘Wat we ook deden, we lachten ons dood. Ik had nog nooit zoveel plezier gehad met iemand. Ik viel als een blok voor Nele. Zij twijfelde eerst of een langeafstandsrelatie wel een goed idee was, maar eind december, toen we terugkwamen van een uitje, besloten we om ervoor te gaan. Of om het op zijn minst te proberen.’ Nele: ‘Als we elkaar niet zagen, het merendeel van de tijd dus, communiceerden we via Whatsapp, Facebook en Skype. Niet ideaal, maar zo konden we dagelijks contact houden. Ik besloot om me niet langer in Engeland te registreren als vroedvrouw, maar in Australië, waar Jeremy nog drie jaar moest studeren om zijn diploma van dokter te halen.’
Jeremy: ‘Het papierwerk en de testen kosten veel geld en tijd. Nele moest dus aan het werk in België. Af en toe vloog ze naar Australië, zodat we elkaar konden zien. Soms zaten daar vier tot zes maanden tussen. We waren beiden druk bezig in eigen land, maar gemakkelijk was dat niet.’ Nele: ‘Eén keer zaten er zelfs acht maanden tussen. Vreselijk. Ik werkte als vroedvrouw in het UZ Jette. Anderhalf jaar. Uiteindelijk hebben Jeremy en ik elkaar in een kleine twee jaar drie keer gezien. Nu denken we soms: hoe hebben we dat in godsnaam gedaan?’
‘Ik vind het geweldig om te zien hoeveel liefde Jeremy voor Leah voelt. Soms zit hij in een stoel met haar in zijn armen en kijkt hij zo verliefd’
Jeremy: ‘In die acht maanden dat we elkaar niet zagen, was er een moeilijke periode waarin we beiden twijfels hadden. De moderne technologie hielp ons om contact te houden, maar je zo lang niet fysiek bij de persoon kan zijn die je graag ziet, woog door. Gelukkig zijn we die moeilijke tijd doorgekomen.’
Nele: ‘In juli 2018 werd mijn registratie als vroedvrouw in Australië goedgekeurd. Ik vloog meteen over. In oktober ben ik beginnen te werken. Ik had een backpackersvisum, maar wilde natuurlijk een permanent visum aanvragen. Niet alle migratieagenten zijn even koosjer, zo bleek: we zijn in de zak gezet. Bovendien zijn de regels in Australië waanzinnig streng. De schrik zat erin: gaat dit goed komen? Wat als ik weer naar België moet?’
Grasmaaien
Jeremy: ‘Het visumproces heeft ons enorm veel tijd, energie en vooral geld gekost, maar uiteindelijk is alles goed gekomen. Er zijn ook mensen die trouwen om dat te bewerkstelligen, via een “partnership
visum”, maar dat duurt vaak jaren. Bovendien waren we daar niet zo happig op. Ik hou er niet van om in het middelpunt van de belangstelling te staan. En ik wist ook zonder te trouwen dat ik de rest van mijn leven met Nele wil doorbrengen en samen een gezin wil stichten.’
Nele: ‘Ik had een kinderwens. Jeremy ook, maar omdat hij drie jaar jonger is dan ik, moest ik hem toch overtuigen (lacht). Ik wilde hem absoluut niet forceren. Hij had al jaren gestudeerd, en dan meteen een kind maken, dat was misschien wat te veel, te snel. Maar toen ik de 30 voorbij was, zijn we ervoor gegaan. We woonden toen al twee jaar samen.’
Jeremy: ‘Toen Leah vorige maand geboren werd, was ik instant verliefd. Ik kan niet wachten om haar te zien opgroeien, om haar in al die verschillende levensfases te zien, behalve dan de puberteit (lacht).
Maar het is ook heftig, vooral voor Nele. Leah kwam te vroeg en Nele ervaarde een grote druk op het vlak van borstvoeding, zodat Leah genoeg kon bijkomen en we haar naar huis konden meenemen.’
Nele: ‘Ik vind het geweldig om te zien hoeveel liefde Jeremy voor Leah voelt. Soms zit hij in een stoel met haar in zijn armen en kijkt hij zo verliefd. Ook tijdens de arbeid was Jeremy fantastisch, een enorme steun. Dat zijn zaken die je als koppel op voorhand niet kunt inschatten.’
Jeremy: ‘Een kind krijgen maakt je relatie anders, intenser. Ik hou nu nog méér van Nele dan voordien. Het is fascinerend om een heel andere kant van haar te ontdekken. Ik wist altijd al dat ze een hele goeie moeder zou zijn, maar nu ervaar en zie ik het ook. We zijn nu niet alleen meer een koppel, maar groeien ook samen in die nieuwe rol als ouders.’
Nele: ‘Het is nog heel pril allemaal, en ik ben soms wat paniekerig. Misschien is het beroepsmisvorming, omdat ik als vroedvrouw weet wat er allemaal kan misgaan. Maar Jeremy vangt dat heel goed op. Hij zorgt ervoor dat ik af en toe kan bijslapen, en doet ook – veel meer dan vroeger – veel huishoudelijke taken. Plots rijdt hij het gras af (lacht).’
Jeremy: ‘We wonen nu nog in Australië, maar ik ben eigenlijk geboren in Nieuw-Zeeland en verhuisde om te studeren. Australië is een fantastisch land, maar het voelt nog steeds niet als thuis.’
Nele: ‘We zitten hier goed, en ook op financieel vlak is Australië interessanter om te wonen. Maar ik denk dat we op termijn zullen terugkeren naar Jeremy’s geboorteland, om ons daar écht te settelen.’