Ooit verbroederd met de Russen, nu kapotgeschoten door Poetin
Hoe herstelt een stad zich die is vernield door wat voor velen een broedervolk was? Wat doe je met die grote centrale laan die nu nog de Moskouboulevard heet? De geschokte inwoners van Charkov moeten hun wereldbeeld herschikken. ‘Poesjkin is toch niet verantwoordelijk voor de daden van Poetin?’
Op de zwarte marmeren zuil, waar tot voor kort de indrukwekkende buste van Georgi Zjoekov stond, blijft alleen een stalen steunpin over. Het standbeeld van de Russische generaal die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn medailles heeft verdiend, is sinds 17 april verdwenen uit een park in Charkov. Er wordt verteld dat de lokale afdeling van het Azov-bataljon het monument heeft neergehaald. Op de kale zuil prijkt nu ‘Slava Ukraini’, ‘glorie aan Oekraïne’.
Ook het voetstuk van Aleksander Nevski oogt leeg. De middeleeuwse grootvorst, vaak omschreven als de stichter van het Russische Rijk, werd op 19 mei met een touw aan een vrachtwagen van zijn sokkel gehaald. De video van zijn val werd druk op sociale media gedeeld.
‘Ik heb op een avond geprobeerd om het standbeeld van Aleksander Poesjkin naar beneden te duwen. Ik had een beetje te veel gedronken en ik klom op de sokkel. Maar ik kon de buste geen millimeter bewegen’, zegt Ivan Senin lachend. De 28-jarige dichter uit Charkov is niet opgezet met de grote Russische poëet. ‘Poesjkin is het symbool van eeuwenlange Russische culturele bezetting. Hij is, net als Nikolaj Gogol, totaal onbelangrijk voor Oekraïne.’ Met zijn nonchalante uitspraak zou Senin de meeste Russen tot in hun ziel krenken. Poesjkin en Gogol zijn dé symbolen van de Russische cultuur. ‘Het Poesjkin-standbeeld in onze stad is een argument voor de Russen om te beweren dat dit hun land is’, vindt hij. Net als alle Oekraïners is hij opgevoed met de groten van de Russische literatuur. Zijn eerste gedichten waren in het Russisch. Maar na de prowesterse Maidanopstand in 2014 besliste hij om in het Oekraïens te dichten. ‘Het heeft vier jaar geduurd vooraleer ik Oekraïense gedichten kon schrijven’, zegt hij. ‘Het ritme van de taal is anders, Oekraïens is boeiender omdat je met de klemtonen kunt spelen.’
Hamlet Zinkivsky (35) heeft in 2016 beslist om geen Russische zinnen meer te schilderen. De street artist, alom bekend en geliefd in de regio, had na de Maidanopstand in 2014 zijn borstels weer boven
gehaald. Hij maakte eerst nog kritische muurschilderingen met opschriften in het Russisch. Bij een tralieraam bijvoorbeeld schilderde hij ‘nooduitgang’, om aan te klagen dat er voor Donetsk en Loehansk, de twee gebieden die de separatisten in 2014 met de steun van Moskou hadden veroverd, geen uitweg was. Boven een verwarming tekende hij: houd de mensen warm. ‘In andere steden gebruikte ik al langer Oekraïense teksten, maar in Charkov was dat gevaarlijk. Pas in 2016 koos ik voluit voor het Oekraïens.’ Hij vertelt dat hij in de periode daarna nog met een klein wapen op zak liep om zich te verdedigen tegen belagers die het schandalig vonden dat hij het Oekraïens boven het Russisch verkoos. ‘Ze riepen “Poetin, Poetin”, terwijl ze met gebalde vuisten in de lucht op mij afkwamen.’
De Roden en de Witten
Rusland is nooit ver weg in Charkov. De stad ligt op 40 kilometer van de grens. Na de ineenstorting van het tsaristische Rusland in 1917 en nadat Charkov zich bij Kiev had willen aansluiten om een Oekraïense natie te vormen, namen de bolsjewieken de stad in. Gedurende drie jaar werd er gevochten tussen de Roden, de Witten (de anti-bolsjewieken) en de Oekraïners. Nadat de communisten de overwinning hadden behaald, maakten ze van Charkov de hoofdstad van Sovjet-Oekraïne. Veertien jaar later besliste Moskou dat niet Charkov, maar Kiev de hoofdstad van Sovjet-Oekraïne werd.
De brede boulevards van Charkov verwijzen naar Rusland. De enorme hoekige overheidsgebouwen zijn in Stalins tijd neergezet, de muurschilderingen verheerlijken de moed van astronaut Joeri Gagarin en de afgebleekte Lada’s die over de kasseien hotsen, waren ooit de enige auto’s die de arbeidersklasse kon kopen. ‘Zuidelijke Spoorwegmaatschappij’ staat nog altijd op het gebouw aan de overkant van het station. Voor de Oekraïners ligt Charkov in het oosten, voor de Russen in het westen. Voor de recente Russische invasie stonden aan het station de autobussen naar de Russische stad Belgorod of Moskou met draaiende motor te wachten. Een op de vier inwoners van Charkov heeft familie in Rusland. Voor februari 2022 was Rusland nog de belangrijkste handelspartner van zakenlui in de Charkov-regio – al was dat al minder dan voor 2014.
Bengelende airco's
Oleg heeft zijn leven lang voor bedrijven gewerkt die met Rusland zaken deden. Turboatom, het Oekraïense bedrijf dat onderdelen voor energiecentrales in onder meer Rusland produceerde, was een van zijn werkgevers. De 55-jarige man wil niet uitweiden over zijn Russische connecties, hij wil ook niet dat we zijn achternaam noteren. Hij zoekt nog naar een rol in dit nieuwe leven. De Russen hebben zijn toekomst, zijn wereldbeeld en zijn appartement geruïneerd. Hij woonde in Saltivka, een grote woonwijk voor zo’n half miljoen mensen in het noordoosten van de stad. Ze lag vanaf 24 februari, de dag van de invasie, zwaar onder Russisch vuur. Sinds een week of drie is het er min of meer veilig.
De Russen hebben een kapot schietkraam achtergelaten. In elk flatgebouw tonen de donkere gaten waar raketten zijn ingeslagen, uitslaande branden hebben meterslange zwarte vegen op de bleke gebouwen achtergelaten. Vanop de straat zie je afgebroken binnenmuren, vuilgrijze wapperende gordijnen, airco’s die twee verdiepingen lager aan een elektriciteitsdraad bengelen. Een zuchtje wind brengt een schurend metalen geluid voort en duwt de laatste glasresten uit de kozijnen, die kletterend op het wandelpad vallen. De wijk is verlaten. Enkele baboesjka’s die de hele tijd in een kelder geleefd hebben en een groepje dronkaards die in hun roes de ellende even niet zien, zijn de enigen die de hele tijd zijn gebleven.
Oleg is poolshoogte komen nemen. Hij scharrelt tussen de glasscherven, het puin en de houten wrakstukken van zijn meubelen. Hij blaast het vuil van de Russische boeken die uit de kast zijn gevlogen. ‘Ik had nooit gedacht dat Poetin zou aanvallen. De Russische televisiezenders waar ik naar kijk, vertelden dat de invasie een uitvinding van het Westen was. Ze wiegden mij in slaap.’ Hij begrijpt het nog altijd niet. Voor hem was Rusland de goeie buur. ‘Mijn moeder komt uit Wit-Rusland, mijn vrouw is Russische, ik ben Oekraïner. Ik zei altijd aan mijn zoon dat zijn bloed de drie Slavische broedervolken verenigt.’ Tussen de verhakkelde deurtjes van zijn dure commode staat een ijzeren tafellamp. Ongeschonden. ‘Die dateert uit Stalins tijd’, merkt hij cynisch op. En dan, bijna wanhopig: ‘Hoe konden ze dit toch bombarderen? Hier wonen burgers. Wisten ze dat dan niet?’
Een telefoontje
Oleg is niet de enige in Charkov die geschokt heeft vastgesteld dat zijn Russische vrienden – het broedervolk, zoals hij het noemt – zijn land willen inlijven en daarvoor op geen kogel, soldaat of burger kijken. Veel burgers en politici die tot voor kort welwillend naar Moskou keken, moeten hun wereldbeeld herzien.
Bij de lokale verkiezingen in 2020 behaalden de ‘pro-Russische’ partijen 75 van de 120 zetels. De grootste partij was die van Hennadi Kernes, die sinds 2010 de burgemeester van de stad was. Hij moest in 2016 voor de rechtbank verschijnen op beschuldiging van ontvoering en foltering
Borys Redin van Maidan-activisten. De zaak werd in 2020 geseponeerd. Toen Kernes in 2020 onverwacht overleed, werd hij opgevolgd door partijgenoot Yhor Terechov, de huidige burgemeester van Charkov, die door zijn critici als Moskouvriendelijk werd omschreven. Sommigen vreesden dat hij na de invasie de kant van de Russische bezetters zou kiezen. Maar dat deed hij niet.
‘Als de Russen alleen soft power zouden hebben gebruikt, zouden ze hier veel meer aanhangers gehad hebben. Nu hebben ze het volledig verkorven’ Activist
‘Ik had in die eerste dagen meer angst voor de pro-Russische locals dan voor de Russische militairen’, zegt Hanzja. Zijn vrienden hadden hem aangeraden om te vluchten, omdat hij als uitgesproken pro-Oekraïense stem vast en zeker problemen zou krijgen. Maar dat is niet gebeurd: na de invasie kregen de Russen geen poot aan de grond in Charkov. Met hun troepen stootten ze op hevige weerstand van de Oekraïense militairen. Er was geen enkele invloedrijke politicus of zakenman die het gezicht van het nieuwe regime wilde worden. Alleen in enkele dorpen een eind buiten de stad hebben burgemeesters de kant van de Russische bezetters gekozen.
Het is de tweede misrekening die de Russische strategen in deze oorlog hebben gemaakt. Ze hadden nooit verwacht dat de Oekraïners niet ‘bevrijd’ wilden worden, maar ze dachten ook verkeerdelijk dat politici die het label ‘pro-Russisch’ droegen, de Russische vlag op het stadhuis
Denys Hanzja zouden planten zodra de invasie was begonnen. Misschien besefte de FSB niet dat de klanten van de vele koffieshops en gezonde eethuizen, de jongelui in gewaagde designkleding en de IT’ers die met het Westen zijn verbonden, nooit zouden aan
Loehansk vaarden dat een door het Kremlin geplaatst mannetje de klok zou terugdraaien.
Arbeidersparadijzen
De kleine kliek rond Poetin heeft niet begrepen dat de stemming ook in Oost-Oekraïne na 2014 langzaam veranderd is. Toen de pro-Russische ex-president Viktor Janoekovitsj na de Maidanopstand uit Kiev vluchtte, trok hij naar Charkov. Er wordt gezegd dat hij toen hoopte dat dat een tijdelijk verblijf zou zijn, in afwachting van zijn terugkeer naar Kiev. Hij kon eerst wel rekenen op de steun van de gouverneur en de burgemeester, maar zijn draagvlak in Charkov was te klein en hij vluchtte naar Rusland. Zelfs zijn aanhangers hielden het voor bekeken toen met Janoekovitsj de eerste Russische vlaggen in de stad verschenen. Dat vertelt Borys Redin, een activist die in 2014 in Charkov mee tegen Janoekovitsj had betoogd. ‘Neen, zijn aanhangers zouden nooit de Oekraïense vlag voor de Russische hebben geruild’, knikt hij. ‘In de loop der tijd bleken ook de zelfverklaarde republieken Donetsk en Loehansk, waar pro-Russische separatisten in 2014 met de steun van Moskou de macht hadden gegrepen, geen arbeidersparadijzen. Veel inwoners van Charkov beseften hoe langer hoe meer dat het Kremlin geen aantrekkelijke toekomst kon bieden.’ We praten op een bank in het centrum van de stad, met zicht op een typisch stalinistisch flatgebouw: statig, indrukwekkend, met de traditionele hamer en sikkel in de muur verwerkt.
‘Ik had in de eerste dagen meer angst voor de proRussische locals dan voor de Russische militairen’ Politieke activist
Europese stad
De inwoners die gemakshalve pro-Russisch werden genoemd, wilden geen aansluiting bij Rusland, bevestigt Denys Hanzja, de jonge politieke activist. ‘Ze wilden gewoon goeie relaties met wat zij het broedervolk noemen.’ De meeste zakenmannen en politici in de regio laveerden tussen het westen en het oosten. Zij probeerden beide polen te verzoenen om zo weinig mogelijk
miserie te hebben. Burgemeester Yhor Terechov was daar een meester in. Tijdens het interview in zijn stadhuis verklaart hij dat Charkov altijd een Europese stad is geweest. Hij verwijst naar de internationale luchthaven, het visumvrij reizen naar Europa en de vele Europese studenten die naar Charkov kwamen. Maar de sporen van de Russische invloed uit de stad bannen, is hem een stap te ver. Als ik hem vraag of het standbeeld van Poesjkin mag blijven staan, citeert hij de eerste strofen uit Jevgeni Onegin, zijn beroemdste roman. ‘Je kunt toch niet beweren dat Poesjkin verantwoordelijk is voor de daden van Poetin’, zegt hij. De burgemeester gebruikt nu harde woorden voor zijn voormalige Russische vrienden. ‘Hoe zouden we kunnen vergeven dat ze zoveel vrouwen hebben verkracht, zoveel mensen dakloos hebben gemaakt, zoveel onschuldige burgers hebben gedood? Dit is een genocide. Het zal meer dan een generatie duren vooraleer de Oekraïners dit kunnen vergeven.’
Aardverschuiving
Toen de Russen binnenvielen, heeft street artist Hamlet zijn stad enkele weken verlaten. Nu is hij terug en maakt hij murals over de oorlog. In het zwaarst vernielde gebouw heeft hij de woorden TIJD DOET ONS PIJN geschilderd. ‘Al acht jaar, sinds
‘95 procent van Loehansk is bezet door Russen’
de bezetting van Donetsk en Loehansk, proberen we de wereld uit te leggen welk land Rusland werkelijk is. Maar niemand wilde luisteren en nu proberen de Russen ons land in puin te leggen. In acht jaar tijd had veel kunnen veranderen.’
De brute Russische invasie heeft in Charkov een aardverschuiving veroorzaakt. De zware raketaanvallen op de stad en de woonwijken aan de rand, de verhalen over de gruweldaden in de regio rond Kiev en in Marioepol, ze hebben alle goodwill waarop het Russische regime vroeger kon rekenen weggeveegd. Hun bevriende politici van vroeger zijn gevlucht of van de radar verdwenen. ‘Ze zijn in shock’, zegt Hanzja.
Hij vertelt dat sommige van zijn vrienden die voor de oorlog begrip opbrachten voor de Russische standpunten, zich nu komen verontschuldigen. ‘De horror die de inwoners van Donetsk en Loehansk al jarenlang moeten ondergaan, is nu hier gearriveerd. Eindelijk snappen ze wat ik al jaren verkondig’, zegt hij.
Borys Redin, die al sinds 2014 op de barricades staat, vindt dat het Kremlin strategisch een zware fout heeft gemaakt. ‘Als de Russen al die jaren alleen soft power zouden hebben gebruikt, zouden ze in Charkov veel meer aanhangers gehad hebben. Beetje bij beetje zouden ze ons veroverd hebben. Nu hebben ze het volledig verkorven.’ Ik vraag hem of de mensen zich door Poetin in de steek gelaten voelen. Hij schiet in een hartelijke lach. ‘In de steek gelaten? Ze zijn woedend!’
Russische namen
Enkele knallen in de verte verstoren ons gesprek. Het luchtalarm begint te janken, de inwoners van Charkov worden eraan herinnerd dat de oorlog nog niet voorbij is. Redin is intussen wel wat gewoon, hij gaat stoïcijns door met zijn verhaal.
De oorlog heeft zijn engagement nog versterkt. Al jaren wil hij dat alle Russische namen uit het straatbeeld verdwijnen. De Moskouboulevard, de Poesjkinstraat en nog zoveel andere straatnamen moeten verdwijnen. Redin heeft alvast een poster van de beroemde Oekraïense filosoof Hryhori Skovoroda aan een woning geplakt. ‘Die man, die het vrijheidslievende gedachtegoed van onze stad zo goed vertolkte, moet een grote straat krijgen.’
Het stadsbestuur is overstag gegaan, maar vraagt tijd. Eerst moet een inventaris van alle straten worden opgemaakt en dan moeten passende alternatieven gevonden worden. De ‘Boulevard van de Helden’ is een naam die circuleert, maar daar is niet iedereen gelukkig mee. Zijn de Russen die hier gedood zijn dan ook helden?
Redin wil in Charkov een breed maatschappelijk debat over de verwijdering van alle Russische symbolen. Via de sociale media probeert hij zijn stadsgenoten te beïnvloeden. ‘Heeft u succes?’, vraag ik hem. Hij knipoogt. ‘Misschien worden we op een ochtend wakker en merken we dat het standbeeld van Poesjkin plots is verdwenen.’
Zondag gaat het Ros Beiaard weer uit in Dendermonde. Dat is meer dan folklore. ‘Het is onze existentiële klok. De een denkt aan de bomma die er de vorige keer nog bij was, de ander vraagt zich af of hij er de volgende keer zelf nog bij zal zijn.’
‘Heeft iemand deze week al een normaal gesprek kunnen voeren met iemand uit Dendermonde?’ tweette Lieven Scheire onlangs. Waarop Knack-journalist en ingezetene van de Denderstad Jeroen Zuallaert fijntjes repliceerde: ‘TETETEDEU TETEDETEDEU TEDEU’.
Wat zit daar in het water? De Standaard meldde zich donderdagavond aan de achterkant van de Hollandse Kazerne, waar het Ros en zijn gevolg tussen twee Ommegangen tien jaar op stal staat – door corona waren het er nu twaalf. De hoogdag is pas zondag, maar bij repetities neemt menig Dendermondenaar daar een voorschot op.
Even na zessen zwaait de grote poort open en verschijnt het Ros Beiaard. Prompt verstomt het geroezemoes van de vele nieuwsgierigen die zich achter de kazerne hebben verzameld, samen met de dragers van paard en reus, de buskruitschutters, de hellebaardiers en de muzikanten. Even heerst er een welhaast gewijde stilte.
De Ommegang is folklore. Het is ook leute, zeker als de rivaliteit met Aalst opspeelt. ‘Ach, die van Aalst’, verzucht Norbert De Batselier, gewezen burgemeester en ondervoorzitter van het Ros Beiaardcomité. ‘Wij hebben het echte paard, zij een karikatuur in hun carnavalsstoet (’t Ros Balatum).’
Maar noem de Ommegang geen carnaval. Ouderen lijken Het Licht te zien en zelfs kinderen die zo-even nog de aap uithingen op een steiger, kijken met open mond toe. ‘Je hoort er thuis over vertellen en in de klas’, zegt Fiep (16). ‘Maar ik zie het dit jaar voor het eerst.’ ‘Ik vind het een mooi verhaal,’ zegt Lou (11), ‘maar ook een beetje triest. Dat paard verdrinkt wel hé.’
Gansch het volk
Zo eindigt inderdaad de legende. Karel De Grote krijgt de recalcitrante Denderstad en zijn heer Aymon pas op de knieën door het Ros, op wiens rug Aymons vier zonen moedig verzet hebben geboden, te verdrinken in de Dender.
Het Ros is zo Vlaams als de Vlaamse
Beweging: het viert masochistisch zijn nederlagen. De legende ontsproot dan ook grotendeels aan de verbeelding van een voorman van die Beweging, Prudens van Duyse, tevens auteur van de mantra dat de taal ‘gansch het volk’ is.
Dat is het Ros ook, heel het volk. ‘Het verbindt de hele stad’, zegt Patrick Segers, secretaris van het Beiaardcomité en dit jaar regisseur van de Ommegang. ‘Weken op voorhand is iedereen ermee bezig. Scholen, bedrijven, woonzorgcentra. Vooral in die laatste moeten de Heemskinderen en pijnders (de dragers van het Ros, red.) op bezoek komen. Er vloeien tranen, velen weten dat het voor hen de laatste keer is.’
De pijnders zijn kerels met getrainde spieren. Ze genieten een heldenstatus in Dendermonde. Sommigen hebben het Ros op hun arm getatoeëerd. De sterkste armen zitten in het paard vooraan, want zij moeten het af en toe laten steigeren. Dat gaat gepaard met gejubel uit duizenden stemmen. De roes wordt voorts aangezwengeld door het voortdurend herhaalde
Ros Beiaardlied, een oorwurm. Het heeft niets rationeels.
‘Ik ben een rationeel mens’, zegt De Batselier. ‘Maar het Ros? Dat ontroert ook mij. Ik heb geen Ommegang gemist sinds mijn tiende in 1958, toen het Ros uitging ter gelegenheid van Expo 58. Ik ben er nu 74, ook ik denk: ben ik er de volgende keer nog bij?’
Stil de tijd
‘Ik zal zondag ook zalig toeven in de roes van het ros,’ zegt acteur Dominique van Malder, ‘en blèten als een kind. Dat deed ik ook die ene keer toen ik met Studio Orka in Canada was. Je gelooft het niet, maar ik sloeg daar op de metro een gratis krant open en, baf, daar stond het Ros op de centerfold.’
Volwassenen die huilen voor een verkleedpartij? ‘Ja, maar niet voor dat bovenmaatse paard’, zegt Van Malder. ‘De Ommegang is onze existentiële klok. De een denkt aan de bomma die er de vorige keer nog bij was, de ander vraagt zich af of hij er de volgende keer zelf nog bij zal zijn. Mijn zoon zat nog in de buik bij de vorige editie.’
Het is niet het Ros zelf, het is de tijd die
Lou (11)
‘Ik vind het een mooi verhaal, maar ook een beetje triest. Dat paard verdrinkt wel hé’ Dendermondenaar