Thuisverplegers die patiënten van elkaar afsnoepen, zetten sector op stelten
Het thuiszorgbedrijf Altrio ligt onder vuur nadat patiënten hebben getuigd over grote druk om naar hen over te stappen. Hoort de thuiszorg wel een strijdveld te worden?
In twee jaar tijd is het Genkse Altrio uitgegroeid tot het op een na grootste thuiszorgbedrijf in de sector, met meer dan duizend verpleegkundigen en twaalfduizend patienten. Volgens Het Laatste Nieuws komt dat deels doordat het verpleegkundigen elders weg lokt met bonussen tot 6.000 euro. Maar nieuwe verpleegkundigen zouden de bonus alleen ontvangen als ze ook hun patiënten meebrengen. Die zouden zelfs worden verplicht documenten te ondertekenen, desnoods door ze voor te liegen.
Altrio stelt dat het patiënten niet onder druk zet en hen altijd de vrije keuze laat. Maar concurrenten zoals marktleider het Wit-Gele Kruis reageren verbolgen. ‘Het is ontoelaatbaar dat patiënten onder druk worden gezet om voor een bepaalde thuisverpleegkundige te kiezen, alleen uit eigenbelang of zelfs winstbejag van die verpleegkundige. Als zorgorganisatie handel je altijd in het belang van je patienten, nooit in eigenbelang. Als je dat niet beseft, hoor je niet thuis in de zorgsector.’
Minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) gelastte de Zorginspectie een onderzoek te voeren. Omdat patiëntenrechten en financiering van thuisverpleging federale bevoegdheden zijn, laat Frank Vandenbroucke (Vooruit) ook het Riziv de kwestie bekijken. ‘Patiënten zijn geen koopwaar’, stelt de minister van Volksgezondheid, en hij roept patiënten op om een klacht in te dienen ‘als er ongeoorloofde praktijken plaatsvinden’.
‘Het is zeker niet de gewoonte dat er zoveel financiële middelen in de strijd worden geworpen’, zegt Wim Laporte, de voorzitter van de Vlaamse Beroepsvereniging Zelfstandige Verpleegkundigen (VBZV) die zo’n 3.000 leden telt. ‘Sommige van onze leden maken deel uit van Altrio, maar dat betekent niet dat we akkoord zijn met hun beleid.’
De sector stelde een ethische code op waarin transparante communicatie en de patiënt centraal staan. Personeelsleden afsnoepen hoort daar niet bij, klinkt het. Al valt het op dat bijvoorbeeld ook bedrijven met woonzorgcentra zich op de thuiszorgmarkt begeven. ‘Organisaties zijn zeker gegroeid’, zegt Paul Van Royen, hoogleraar Huisartsgeneeskunde (UAntwerpen). ‘De klassieke zelfstandige verpleegkundige die alleen of in duo werkt, waarbij alle taken worden opgenomen, is aan het verdwijnen. Ze maken veel vaker deel uit van grotere organisaties. Als dat goed gemanaged is, is dat zeker oké.’
Alternatief
Wat volgens Van Royen kan helpen is dat, zeker bij chronische patiënten, wordt afgestapt van zorg die nu via prestaties wordt betaald. Hij pleit voor een forfaitair systeem, met een bedrag per patient voor een bepaalde periode. ‘Ik begrijp dat organisaties stress hebben als patiënten vertrekken of als er te weinig verpleegkundigen zijn. Een forfaitair systeem kan die druk temperen. Teams zullen elkaar dan minder moeten beconcurreren.’
‘Het is ontoelaatbaar dat patiënten onder druk worden gezet om voor een bepaalde thuisverpleegkundige te kiezen, alleen uit eigenbelang of zelfs winstbejag’
Het WitGele Kruis
Ook Chantal Van Audenhove, directeur van het Centrum voor Zorgonderzoek LUCAS (KU Leuven), benadrukt dat concurrentie geen scheldwoord hoeft te zijn. ‘Maar het moet altijd gebeuren op basis van eerlijke praktijken. Chantage en intimidatie zijn dat zeker niet. Neemt de concurrentie in de thuiszorg toe? Het verhaal van zelfstandige verpleegkundigen die staan tegenover grote organisaties, zal wel wat spelen. Concurrentie is alvast niet altijd ongezond, als dat leidt tot een beter aanbod of betere kwaliteit. We hebben vandaag meer spelers, met minder verzuiling, dus er zijn ook positieve kanten aan het verhaal. Maar uiteraard moet de patiënt centraal blijven staan. Als de nieuwe praktijk zoals die beschreven is voor Altrio wijdverspreid zou zijn, dan moeten de betrokkenen streng teruggefloten worden.’