Uberkapitalist onder vuur omdat hij te duurzaam is
‘Nee, ik ben niet woke’, moest Jamie Dimon, ceo bij de zakenbank JP Morgan, zich verdedigen op een Amerikaanse beleggersconferentie deze week. Die uitspraak zegt veel over de vreemde kronkels die het debat over duurzaam ondernemen heeft genomen. Het is niet alleen meer Disney dat uit conservatieve hoek verweten wordt te politiek correct te zijn. Ook vlaggenschepen van het kapitalisme, zoals JP Morgan, krijgen de kritiek te soft en te moralistisch te zijn. De Republikeinse senator Pat Toomey zei vorig jaar nog dat hij schrik had van oprukkend ‘wokeism’ bij de banken.
Lange tijd kwam kritiek op bedrijven als JP Morgan enkel uit progressieve hoek. Ngo’s of politici verweten huizen als JP Morgan te weinig rekening te houden met klimaat, inclusie of mensenrechten. In de ogen van linkse activisten is de bank net een trapje minder des duivels dan dat andere Wall Street-icoon: Goldman Sachs.
Dimon is niet van zijn geloof gevallen en zweert nog steeds bij een kapitalistisch marktsysteem waarin zijn beurshuis zo veel mogelijk profijt zoekt. JP Morgan is op Wall Street nog altijd de grootste financier van de fossiele industrie. Maar de laatste jaren hanteert JP Morgan de principes van het ‘stakeholders’-kapitalisme. Dat betekent dat JP Morgan in zijn aandelenselectie niet enkel de winst en financiële risico’s in kaart brengt, maar ook rekening houdt met andere ‘belanghebbenden’. Dat zijn dan klanten, personeel, omwonenden en het klimaat.
JP Morgan doet dit wellicht vanuit een mix van opportunisme en oprecht geloof dat een bedrijf dat goede relaties aanknoopt met klanten en personeelsleden, doorgaans ook een betere investering is. Dat is ook de verdedigingslijn die Dimon op de conferentie hanteerde: ‘Aandacht besteden aan duurzaamheid is niet in tegenspraak met kapitalisme.’
Maar de nieuwe aanpak brengt het bedrijf wel in een lastig parket. De keuze om voorzichtig een duurzame filter over haar beleggingsbeleid te leggen, was tot voor kort een gemakkelijke manier om reputatieschade te vermijden of bepaalde klanten niet te verliezen. Enkele erg foute bedrijven uit de portefeuille schrappen, kostte JP Morgan nauwelijks wat, terwijl het scoorde bij wie enig belang hecht aan duurzaamheid. Wie geen bal om duurzaamheid geeft, hoorde je tot voor kort ook niet klagen zolang de fondsen van JP Morgan maar performant bleven.
Dat laatste lijkt niet langer het geval. Er is een luidruchtige groep aan het opstaan die het omgekeerde wil: banken die geen rekening houden met morele bezwaren, financiële groepen die zonder schroom in wapens of oliebedrijven beleggen. Iemand als Dimon bevindt zich daardoor nu tussen twee vuren. Als opportunistische belegger zal hij nu moeten uitzoeken wie de grootste is: de groep die duurzaamheid enigszins belangrijk vindt, of degene die erg tegen is. Dimon lijkt voorlopig de voorkeur aan de eerste te geven.
Er staat een luidruchtige groep beleggers op die banken zonder morele bezwaren wil
In ‘De Grote Markt’ duikt de economieredactie dagelijks in een opmerkelijke beweging in de economische wereld.