Twee keer Jan Martens op Theaterfestival
De jury van het Theaterfestival had keuze te over. En dan nog prijkt Jan Martens met twee voorstellingen op de affiche.
Van 8 tot 18 september vindt in Gent het Theaterfestival plaats, dat de belangwekkendste voorstellingen van het afgelopen seizoen bundelt. De vakjury, met daarin De Standaardrecensenten Filip Tielens en Charlotte De Somviele, kon voor het eerst sinds 2019 putten uit een jaar zonder langdurige sluitingen. Deze editie is ook de eerste onder leiding van directeur Nora Mahammed, die Kathleen Treier opvolgde na haar overstap naar Toneelhuis.
Een selectie maken in het postcovidseizoen was geen sinecure. De theateragenda kende volgens de jury ‘een bottleneck aan voorstellingen’ en ‘versnipperde tournees’. Naast theater komen ook dans, circus, performance en spoken word in aanmerking voor het Theaterfestival. Die brede blik leidde tot een avontuurlijke selectie van zestien Vlaamse creaties, aangevuld met één Nederlandse: Salomonsoordeel, een huiskamervoorstelling van Ilay den Boer over een asielprocedure.
Vlaamse identiteit
De blikvanger is Jan Martens. De choreograaf tekent twee keer present. In Elisabeth gets her way brengt hij in zijn eentje een ode aan de rock-’n-rollklaveciniste Elisabeth Chojnacka. Any attempt will end in crushed bodies and shattered bones is een creatie voor zeventien dansers van diverse leeftijd, origine en danstaal. De jury prijst Martens om zijn ‘toegankelijke en doordachte voorstellingen die een breed publiek warm maken voor hedendaagse dans’.
Dans is in de selectie ook vertegenwoordigd met Birds, een openluchtvoorstelling waarin Seppe Baeyens erin slaagt zelfs passanten te laten meedansen. The honey house, Nathan Ooms’ afstudeervoorstelling aan de dansschool Parts, belichaamt de competitie en druk van een hedendaagse levensstijl in ‘choreografie zonder dans’.
Een ander terugkerend thema op het Theaterfestival is de exploratie van identiteit. Nastaran Razawi
Khorasani (Songs for no one) en dichteres Lisette Ma Neza (L’Europe noire: Some girls want to go to Europe) counteren volgens de jury de eurocentrische blik op Iran en op de Afrikaanse diaspora in Europa.
Tussen onderdrukking en identiteitsvorming staan Vaderlandloos van Junior Mthombeni en Het gezin Van Paemel van Valentijn Dhaenens. Mthombeni’s zelfverkenning is een ‘meeslepende trip, getekend door verdoken racisme en biculturaliteit’. Dhaenens speelt alle elf rollen in Cyriel Buysses klassieker – in het Nevelse dialect van het origineel.
Ook het metier van acteurs Frank Focketyn en Sien Eggers krijgt lof in het juryrapport. Zij treden straks op het festival aan in Stefaan Van Brabandts Sartre & De Beauvoir. Een andere populaire naam in de selectie is die van FC Bergman. Hun The sheep song is een woordeloze fabel over een schaap dat mens wil worden.
Genderhokjes
In de delegatie voor circus ziet de jury een genre dat meer is geworden dan spektakel. In Sono io? voeren vader Danny en zoon Pepijn Ronaldo een warmhartig duet op. In Bitbybit maken de broers Vincent en Simon Bruyninckx van Collectief Malunés, samen met Moved By Matter, ‘komaf met de masculiene lichaamsbeelden die circus nog steeds domineren’. Genderhokjes staan ter discussie in Radical hope – Eye to eye van Stef Van Looveren. Eenzelfde lijn loopt door Jongen van Carly Wijs, een stuk voor jong en oud over het waargebeurde verhaal van een baby die na een mislukte besnijdenis een kunstmatige vagina kreeg, en als meisje werd opgevoed.
De tweede jeugdvoorstelling die de selectie haalde is Bambiraptor van Mats Vandroogenbroeck en Jonas Baeke bij Kopergietery. In gaststad Gent zijn overigens ook de andere producerende huizen vertegenwoordigd: NTGent levert Killjoy quiz van Luanda Casella, een kritische pastiche op een tv-quiz, en Campo mag naast The honey house ook Lullaby for scavengers tonen, van de Britse performancekunstenaar Kim Noble. Kunstencentrum Viernulvier doet dienst als festivalhub.
Een selectie maken in het post-covidseizoen was geen sinecure. De theateragenda kende ‘een bottleneck aan voorstellingen’