‘Black metal is gemaakt om je te overspoelen’
Na 20 jaar als de helft van Arsenal kiest John Roan voor een forse genreswitch: met Lalma maakte hij zijn eerste blackmetalplaat. Net voor Graspop gaan we langs voor een snelcursus in het genre.
Noem John Roan geen blackmetalexpert. De 50-jarige Gentenaar bracht zijn muzikale carrière vooral door als drijvende kracht van de popband Arsenal, samen met Hendrik Willemyns. Maar black metal, met zijn krijsende zanglijnen en mokerende drumgeweld, kwam wel op het goeie moment op zijn pad: het bood hem een manier om het verlies van zijn moeder te verwerken. Roan verdiepte zich in black metal als luisteraar én muzikant, en het eindresultaat is het album Antumbra. Met zijn band Lalma mag hij dat donderdag laten horen op Graspop. ‘Dat was ergens rond 2017, via Noorse bands als Darkthrone en Mayhem, maar ook het Belgische Wiegedood, dat tot de topacts van het genre behoort. Het was lang geleden dat het haar op mijn armen nog zo recht ging staan als toen ik naar Transilvanian hunger van Darkthrone luisterde. Ik kon haast niet vatten hoe kwaad en gek die muziek kon klinken. Ook bij ‘Ancient skin’ van Mayhem werd ik overvallen door de agressie erin: ik hoorde het voor het eerst toen ik op de wc zat met een koptelefoon op, en ik had oprecht schrik.’
Wat maakt het genre voor jou speciaal?
‘Je hoort dat het ontstaan is als reactie op death metal. Het geluid van dat genre werd in Amerika erg gepolijst, waardoor bands als Cannibal Corpse zo groot werden dat ze zelfs in de Ace Ventura-films opdoken. Vooral in Scandinavië gingen bands als Burzum er ver in om zich daar tegen af te zetten. Ze zongen liever door een koptelefoon dan door een microfoon, om zo slecht mogelijk te klinken.’
‘Muzikaal ben ik vooral gefascineerd door de combinatie van de snelle blastbeats in de drums en de trage, dreinende, repetitieve gitaren – bassisten werden zeker in de beginperiode geweerd. Dat levert een psychedelisch effect op, met muziek die je echt naar binnen zuigt. Daar komt dan een krijsende zangpartij bovenop, met zangers die het vaak hebben over satansaanbidding. Dat laatste hoeft dan weer minder voor mij: in de jaren 80 was dat misschien nog choquerend, maar nu niet meer.’
Hoe moeilijk was de genresprong?
‘Antumbra is geen zuivere blackmetalplaat: het is een John Roanalbum met blackmetalinvloeden.
De blastbeats zijn er bijvoorbeeld wel, maar die krijsende zang: dat is niet wie ik ben. Ook in de melodieën en baslijnen zit er denk ik wel wat Arsenal.’
Voel je je soms een indringer?
‘Ja. Ik moet wat opboksen tegen een popverleden dat niet cool is in dit wereldje. Maar waar ik het meest schrik voor had, was dat ik niet zou kunnen uitleggen wat er in mijn hoofd zat. Ik kan geen gitaar of drums spelen, dus moest ik mijn demo’s maken in muzieksoftware – mochten de pioniers van het genre dat te weten komen, kan het goed zijn dat ze mij levend verbranden. Gelukkig vond ik in Brent Vanneste van Stake en Stéphane Misseghers van dEUS uitstekende muzikanten die mij konden helpen om dat wat in mijn hoofd zat, te vertalen naar muziek.’
‘Ik moet wat opboksen tegen een popverleden dat niet cool is in dit wereldje’
Waarom leende net dat genre zich ertoe om de dood van je moeder te verwerken?
‘Met een akoestische gitaar aan een kampvuur trieste liedjes zingen, paste niet bij mij. Dat had ook te maken met de manier waarop ik mijn moeder aantrof na haar herseninfarct, verwrongen op de slaapkamervloer. Ik moest een manier vinden om dat trauma uit mij te krijsen. De agressie die in black metal zit, was een goeie manier om dat te kanaliseren.’
Als iemand op Graspop bij Dimmu Borghir of Enthroned aan zijn eerste blackmetalshow toe is: waarop moet die dan letten?
‘Stel je op aan de PA, waar het geluid het best afgeregeld staat. Sluit je ogen, want wat er op het podium gebeurt, ziet er meestal toch niet uit. En laat het dan vooral binnenkomen. Het is een genre dat ervoor gemaakt is om je te overspoelen.’
Nick De Leu
Lalma speelt op 16/6 op Graspop en op 7/8 op Lokerse Feesten.