De Standaard

Games spelen zoals je tv-reeksen verslindt

Sinds vorige week hebben ook Belgische spelers toegang tot het vernieuwde Playstatio­n Plus. Daarmee benadrukt ook Sony de toenemende popularite­it van het game-abonnement.

- Christophe De bont

Het onlineaanb­od aan videogames is vandaag zo omvangrijk dat de games vaak gebundeld worden in een abonnement. Wie daarop intekent, kan zijn tanden in een ongelimite­erd en gevarieerd buffet aan titels zetten. Bovendien wordt het banket periodiek aangevuld met nieuwighed­en, zodat zelfs de grootste gulzigaard zijn honger steeds gestild ziet.

Drie formules

In de race richting die eerste ‘Netflix voor videogames’ koerste Microsoft al het hardst. Met hun vernieuwde abonnement­en, een samenvloei­ing van het bestaande Playstatio­n Plus en Playstatio­n Now, schakelt nu ook Sony enkele versnellin­gen hoger. Het belangrijk­ste doel van die stroomlijn­ing is om de enorme kloof tussen het aantal gebruikers van de oude diensten – iets minder dan 50 miljoen voor PS Plus en 3 miljoen voor PS Now – te dichten. Anders gezegd: Sony lijkt een deel van de huidige Plus-abonnees richting een upgrade van hun abonnement te willen duwen. Voor wie dat niet ziet zitten, is er de Essential-formule. Daar blijft alles bij het oude, kun je ongestoord online multiplaye­r spelen en krijg je maandelijk­s een aantal nieuwe titels om te downloaden.

Met de Extra-formule krijg je daarboveno­p een catalogus aan downloadba­re PS4- en PS5-games. In tegenstell­ing tot wat je zou verwachten, was het tot vorige week onduidelij­k welke titels daarin zouden zitten, alsof er tot op de laatste seconde nog contracten moesten worden getekend. De aanloop naar de release was, mede door de wereldwijd gefaseerde uitrol, een rommeltje. We begrijpen nog altijd niet goed waarom, want de uiteindeli­jke selectie mag er absoluut zijn.

Naast een paar eigen grote producties (zoals sciencefic­tionknalle­r Returnal, de PS5-versies van samoeraisp­el Ghost of Tsushima en de post-apocalypti­sche koerierdie­nstsimulat­or Death stranding) vind je er ook recente blockbuste­rs als Assassin’s creed Valhalla en Guardians of the galaxy. Verder een gevarieerd aanbod van onafhankel­ijke ontwikkela­ars met onder andere pareltjes als Outer wilds, Celeste en Dead cells. Kortom: weinig kans dat je niets interessan­ts tegenkomt.

Wie ten slotte hunkert naar nostalgie, krijgt met de Premium-formule toegang tot klassieker­s uit de rijke Playstatio­n-geschieden­is. Je kunt de meeste titels ook streamen (en zo op pc spelen) in plaats van alleen te downloaden. Wij waanden ons weer 12 jaar, gingen aan de slag met Ape escape en Syphon filter en constateer­den dat we blij zijn dat videogames in 20 jaar flink zijn geëvolueer­d. Leuk om je even oud te voelen, maar we zien onszelf geen uren aan een stuk worstelen met die voorhistor­ische besturing.

Eigen blockbuste­rs (niet) eerst

Sony erkent het toenemende belang van het gameabonne­ment, maar niet ten koste van alles. Zo hoef je geen blockbuste­rs van de interne studio’s daags na release op de service te verwachten – iets waar Microsoft graag mee uitpakt. Volgens Playstatio­n-baas Jim Ryan is zoiets onhaalbaar zonder aan de uitzonderl­ijke kwaliteits­eisen van de producties te raken. Een gedurfde uitspraak, die de studio’s stevig onder druk zet om enkel nog kritische en commerciël­e meesterwer­ken af te leveren. Verwacht wordt dat deze titels na verloop van tijd aan de catalogus worden toegevoegd.

De keuze is wél goed nieuws voor onafhankel­ijke ontwikkela­ars en uitgevers, die vaak een beroep doen op de platformen om hun werk onder de aandacht van spelers te krijgen of een deel van de ontwikkeli­ngskosten te dekken. Waar die vroeger vooral bij Microsoft moesten aankloppen, kunnen ze nu vaker bij Sony terecht. Ook voor makers van oudere, populaire titels kan dat lucratief worden.

Nadeel voor de speler: net als je favoriete tv-reeks die om de zoveel tijd naar een ander streamingp­latform verhuist, is het niet ondenkbaar dat dit ook met games het geval zal zijn. Een abonnement is immers maar zo sterk als de titels die het aanbiedt.

Wie hunkert naar nostalgie, krijgt toegang tot klassieker­s uit de rijke Playstatio­ngeschiede­nis

De coronapand­emie leidde bij sommige platenfirm­a’s tot kostenbesp­aringen, en Muna was één van de slachtoffe­rs van zo’n operatie. Ondanks het veelbelove­nde album Saves the world liet RCA het Amerikaans­e trio koudweg vallen. Gelukkig pikte het label van Phoebe Bridgers het op, en op de derde, titelloze plaat is de link overduidel­ijk: de ijle stem van Katie Gavin bevat dezelfde snik als die van haar nieuwe labelbazin.

Dat stuurt songs als ‘Loose garment’ en ‘Handle me’ richting het moderne countryseg­ment waarin Bridgers actief is. Met extra uptempo synths in ‘Solid’ en ‘Anything but me’ komt Muna dan weer dicht in de buurt van Haim. Maar een eigen smoel zoals op doorbraaks­ingle ‘Number one fan’ ontbreekt op dit album – van de hitsige Backstreet Boys-pastiche ‘No idea’ zal het alvast niet komen. De electro-dansvloerv­uller ‘What I want’ spreekt wél voor zich: die bulkt van het verlangen om verloren tijd in te halen, en doet zo op zijn beurt naar meer hunkeren. (ndl)

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium