Jihadmusical met valse noten
Adil El Arbi en Bilall Fallah maken een held van een Syriëstrijder in Rebel. De jihadmusical is meer gewaagd dan geslaagd.
Het lef van Adil El Arbi en Bilall Fallah is bewonderenswaardig, hun impact op de Vlaamse film is enorm en hun parcours in de filmwereld is ronduit indrukwekkend. Dat deze zomer Batgirl in extremis werd afgevoerd door Hollywoodstudio Warner Bros. Discovery doet daar niks aan af. Integendeel: het voorval zal de geschiedenis ingaan als een strategische blunder van wereldvreemde studiobazen, in blinde paniek over recente evoluties in streaming, maar zal hun status als regisseur alleen doen groeien. Met Bad boys for life scoorden ze de succesvolste Hollywoodfilm van het pandemiejaar 2020.
Nu ze toegang hebben tot de grote budgetten in de VS, vergeten ze het persoonlijke engagement niet waarmee het allemaal begon, acht jaar geleden met de debuutfilm Image. Hun islamitische achtergrond is daarvoor een inspiratiebron. Met de superheldenserie Ms. Marvel deden ze meer voor moslimmeisjes in de popcultuur dan wie dan ook in de recente geschiedenis.
Onbevlekte held
Vier jaar na Patser keren ze met Rebel terug naar de Vlaamse film, al overschrijden ze vol zelfvertrouwen de vaderlandse grenzen voor een film die zich voor een groot stuk afspeelt in Syrië. Ze steken met deze film hun nek uit, en dat verdient respect. Ze durfden het aan om een zo heikel en historisch belangwekkend onderwerp te behandelen als het fenomeen van de Syriëstrijders, wellicht het bedenkelijkste exportproduct uit ons land sinds de oostfronters.
Het is dan ook te verwachten dat deze film nog meer dan Black stof zal doen opwaaien. De getalenteerde, charismatische hoofdrolspeler uit die film, Aboubakr
Bensaihi, mag terugkeren. Hij speelt in Rebel Kamal, een Molenbeekse jongen die uit verontwaardiging over de wandaden van president Assad in 2012 naar Syrië vertrekt om er te helpen in een ziekenhuis in Aleppo. Wanneer die stad wordt ingenomen door IS, wordt Kamal ontvoerd naar Raqqa, waar hij gedwongen wordt zich aan te sluiten.
Met zijn ervaring als rapper in Brussel – net als Bensaihi – neemt Kamal onder dwang de rol op van cameraman van propagandavideo’s voor IS. Intussen wordt thuis in Molenbeek zijn geliefde broertje (gespeeld door Amir El Arbi, broer van) bewerkt door extremisten die hem ronselen voor de strijd. Hun moeder wordt radeloos.
Gaandeweg maakt de film van Kamal een echte actieheld en zelfs martelaar, ondersteund door heroïsche muziek en een almaar gezwollener pathos. Dat is niet zonder betekenis. Van de honderden Belgen die naar Syrië trokken, sloten veruit de meeste zich aan bij groepen geassocieerd met eerst Al Qaeda en later IS, al dan niet na radicalisering in ons land. Toen die Syriëgangers terugkeerden, beweerden velen van hen dat ze er verpleger waren, maar bleek dat niet te kloppen. Waarom dan precies wél zo’n personage in het leven roepen?
Natuurlijk staat het filmmakers vrij om de fantasie te gebruiken. Maar zeker in een film die zo bulkt van verwijzingen naar waargebeurde feiten – de film is op stevige research gebouwd – is dit een gewaagde keuze. Deze film is zo uiteindelijk wel erg lief voor de Belgische Syriëstrijders. Het beeld dat ontstaat, is dat van ‘the