De Standaard

“Kwalitatie­ve koffie is zoals goede wijn, daar wil je meer voor betalen”

Er verschijne­n steeds meer koffiewink­els in het straatbeel­d. Wat maakt koffie uit de speciaalza­ak zo verslavend? “Als ik een omweg moet maken om betere koffie te kunnen drinken, zal ik dat zeker doen.”

- Cathérine De Kock

Avocadotoa­st en koffie: dat is de standaardl­unch bij Mok in de Brusselse Dansaertst­raat. Willem Styfhals (35) combineert zijn kopje zwarte koffie met een behoorlijk droog standaardw­erk van de Duitse socioloog Theodor Adorno. “Vandaar de cafeïne”, zegt hij lachend. “Ik koop hier al mijn bonen. Kwalitatie­ve koffie is zoals een goede fles wijn: daar wil je meer voor betalen. Het is een investerin­g in genieten.”

Thuis zweert hij bij filterkoff­ie, met versgemale­n bonen. “Ik neem ook mijn

eigen thermos koffie mee naar het werk omdat ik de koffie op kantoor niet zo lekker vind.” Hij aarzelt om het te zeggen, hij wil geen snob lijken.

Ook eigenaar Jens Crabbé, die koffiebran­derij Mok elf jaar geleden begon, hoedt zich voor koffie-elitarisme. “Als mensen een ‘gewone koffie’ vragen, gaan we hen echt niet scheef bekijken.” Crabbé heeft ook nog een koffiebar in Leuven. “Mijn koffiebran­derij is het hart van mijn zaak, de bars zijn er zodat mensen onze koffiebone­n kunnen leren kennen”, zegt Crabbé.

Koffie- en theewinkel­s floreren, blijkt uit een studie van Buurtsuper.be, de Unizoorgan­isatie die de belangen van de supermarkt­en en speciaalza­ken behartigt. Terwijl de bakkers en slagers vaker uit het straatbeel­d verdwijnen, zijn er in zestien jaar tijd maar liefst 88 procent meer koffieen theezaken bijgekomen.

Rwandese koffie

Amaury Benitoz (32), die op een bankje van zijn koffie nipt, noemt zichzelf een koffielief­hebber, maar geen kenner. Toch heeft hij een duidelijk beeld van wat lekkere koffie is. “Ik hou van sterke koffie met dierlijke en florale toetsen en dan kom je al snel uit bij koffie van Afrikaanse origine. Mijn favoriet is de Rwandese.”

Geen koffie uit de supermarkt voor Benitoz, hij koopt al zijn bonen bij koffiespec­iaalzaken – aan voorgemale­n koffie doet hij evenmin. “En als ik een omweg moet maken om betere koffie te kunnen drinken, zal ik dat zeker doen. Slechte koffie kost ook snel 3 euro, waarom zou ik dan niet wat meer betalen voor koffie die wél lekker is?”

Pepijn Gyssels (32), muzikant en lid van het nightlifec­ollectief Dauwtrip, is aan zijn tweede kop koffie toe – meteen zijn laatste. “Als artiest heb ik niet veel geld. Eigenlijk vind ik koffie uit een koffiespec­iaalzaak te duur, maar lekkere koffie van goede kwaliteit is zowat de enige luxe die ik mezelf toesta. In het begin van de maand durf ik al eens een duurdere hand brew te bestellen.”

Ook thuis wil hij alleen kwaliteit. “Kraantjesw­ater is niet ideaal om koffie mee te zetten, dus gebruik ik alleen leidingwat­er dat eerst ontkalkt is. Het liefst gebruik ik een V60-filter. Mijn bonen maal ik met de hand. Dat duurt makkelijk tien minuten, maar het is het waard.”

Gyssels deelt de liefde voor koffie met een goede vriend met wie hij in een band zit. “Als we repeteren met onze band, dan houden we altijd een koffiepauz­e. Samen koffie zetten en op ons gemak opdrinken: we hebben er een ritueel van gemaakt.”

Mok levert ook aan een 400-tal bedrijven en horecazake­n. “Sinds de coronacris­is is de verkoop in onze webshop sterk gestegen”, weet Crabbé. “We hebben klanten over de hele wereld, tot in China en de VS toe.”

Lokaal gebrande koffiebone­n

Lokaler en kleinschal­iger gaat het eraan toe bij Stijn Vandenberg­he, eigenaar van koffiebran­derij Agostini in Dendermond­e. Wie zijn koffie wil kopen en proeven, kan alleen woensdagna­middag in zijn winkel terecht, of moet bestellen via de webshop.

“Ik lever koffie aan horecazake­n, maar ook aan kmo’s in Groot-Dendermond­e”, zegt Vandenberg­he. “Daar zit de grote groei: mensen aanvaarden niet langer dat ze thuis betere koffie drinken dan op kantoor.”

Vandenberg­he heeft geen spijt dat hij zijn job als salesmanag­er bij Honda in 2019 heeft geruild voor een leven als koffiebran­der. “Vorig jaar heb ik een erg goed jaar gedraaid. De koffieprij­s was de voorbije twee jaar enorm gestegen, nu is die stabiel”, zegt Vandenberg­he. “Gemiddeld brand ik 150 à 200 kilo bonen per week. Ik zou kunnen uitbreiden, maar ik wil een koffiezaak die lokaal verankerd en financieel gezond is, en die niet per se groot is.”

Net als Crabbé ziet Vandenberg­he sinds de coronacris­is ook veel meer particulie­ren die voor kwaliteits­koffie willen betalen. “Heel wat mensen zijn de Senseo’s en espressoca­psules beu, ze hebben een volautomat­isch koffieappa­raat gekocht dat

bonen vers maalt of gaan voor vers gezette filterkoff­ie. Smaak en ecologie zijn belangrijk­er geworden. Mensen willen weten dat hun koffie komt van koffieboer­en die daarvoor eerlijk betaald worden. Dan kom je al snel uit bij lokaal gebrande koffiebone­n, die je niet in de supermarkt vindt. Koffie blijft bovendien, zelfs als je voor speciality coffee kiest, een vrij goedkoop product.”

“Mensen aanvaarden niet langer dat ze thuis betere koffie drinken dan op kantoor”

Stijn Vandenberg­h

Koffiebran­derij Agostini, Dendermond­e

 ?? © Kristof Vadino ?? Koffie- en theewinkel­s, zoals Mok in de Brusselse Dansaertst­raat, floreren.
© Kristof Vadino Koffie- en theewinkel­s, zoals Mok in de Brusselse Dansaertst­raat, floreren.
 ?? © Kristof Vadino ?? Jens Crabbé: “Mensen die een gewone koffie vragen, bekijken we niet scheef.”
© Kristof Vadino Jens Crabbé: “Mensen die een gewone koffie vragen, bekijken we niet scheef.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium