Postmoderne danspionier verhief wandelen tot kunst
De Amerikaanse choreograaf en pedagoog Steve Paxton, grondlegger van de contactimprovisatie, is niet meer. Zijn dans was radicaal democratisch: wandelen en zitten vond hij wonderlijk, amateurs even interessant als getrainde dansers.
De naam van Steve Paxton zal voor altijd verbonden blijven met die van het Judson Dance Theater, het avant-gardecollectief van choreografen, beeldend kunstenaars en componisten dat tussen 1962 en 1964 in een kerk in New York dansconcerten organiseerde. Met artiesten als Yvonne Rainer, Trisha Brown, Deborah Hay en Lucinda Childs rebelleerde Paxton tegen de lege virtuositeit van de moderne dans. Voor het eerst mochten alledaagse bewegingen zoals wandelen, staan of zitten ook dans zijn én werkte men met ongetrainde dansers.
Paxton was een minimalist. Hij wilde naar de essentie van dans en die vond hij niet in emotie of esthetiek. Wel in een doorgedreven aandacht voor de anatomie van het bewegende lichaam. Choreografe Yvonne Rainer, in wier iconische voorstelling Trio A Paxton in 1966 meedanste, herinnert zich nog hoe hij altijd een stap voor was op iedereen. “Op een dag kregen we de opdracht om een dans van één minuut te maken. Paxton ging gewoon op een bankje zitten en at een broodje.”
Japanse vechtsport
Paxton wist al op jonge leeftijd dat hij wilde dansen. Voor hij in 1958 vanuit zijn geboortestad Tucson in Arizona naar New York trok en zich aansloot bij de gezelschappen van Merce Cunningham en José Limón, was hij een begenadigd gymnast. Hij verdiepte zich ook in de Japanse vechtsport aikido en de uit China afkomstige bewegingskunst tai chi. Die invloeden zie je in de contactimprovisatie, die hij in 1972 ontwikkelde.
In die bewegingstechniek staan de aanraking en spontane, acrobatische flow tussen de dansers centraal. Paxton gaf er over de hele wereld workshops over en vandaag staat het nog steeds op het curriculum van P.A.R.T.S, de dansschool van Anne Teresa De Keersmaeker in Brussel.
Op het eerste gezicht ziet contactimprovisatie er speels uit, maar voor Paxton was het politiek: hij kantte zich tegen de hiërarchische machtsstructuren in dans en creëerde situaties waarin dansers elkaar op vrije, gelijke voet konden ontmoeten – zonder instructies of correcties door een regisseur. Ook het westerse taboe op aanraking en fysieke intimiteit moest op de schop.
Paxtons improvisaties op de Goldberg variaties van Bach, een project dat liep tussen 1984 en 1992, waren voor veel toeschouwers onvergetelijk. De Belgische videokunstenaar Walter Verdin maakte er een prachtige dansfilm van. “Op mijn 14de was die video een eyeopener,” zegt choreograaf Michiel Vandevelde die in The Goldberg variations op Paxtons erfenis terugblikt. “Niet alleen door ‘s mans charisma, maar ook omdat ik zag dat dans zoveel meer kon zijn dan gewoon pasjes uitvoeren. Vandaag gebruik ik contactimprovisatie nog steeds in mijn samenwerking met jonge dansers als laagdrempelige manier om een groep te verbinden.”
Ook al was hij zelf een sensationele danser, Paxton wilde de dans democratiseren. Beweging hoorde iedereen toe. Hij werkte met amateurs en richtte in 1986 in Engeland Touchdown Dance op, een gezelschap voor blinde en slechtziende dansers. Ook zijn rol als pedagoog kan moeilijk overschat worden. Zijn inzichten gaf hij door in lezingen, boeken en video’s. Hij was in 2019 nog in Bozar in Brussel om zijn boek Gravity voor te stellen. Voor veel dansers is Material for the spine, een danstechniek die hij samen met de Belgische dansorganisatie Contredanse omvormde tot een interactieve online tool, een referentie.
Paxton, die in 2014 de Lifetime Achievement Award kreeg op de Biënnale van Venetië, organiseerde ook workshops in de studio van zijn boerderij in Vermont. Daar woonde hij met zijn levenspartner Lisa Nelson, eveneens choreografe. Choreograaf Alexander Vantournhout was er in 2012. “Geen muziek, geen spiegels: in zijn lessen ging Paxton recht naar de essentie. Hij was niet bezig met esthetiek, maar zijn anatomische kennis was gigantisch. Zo leerde hij me dat we geen 5, maar 27 zintuigen hebben. Hij leefde dicht bij de natuur, met alleen een houtkacheltje, een laptop en wat boeken. Toen ik er was, ging hij nog elke dag zelf hout hakken.”
“Er is een dans voor en na Paxton”, vat kunstenares Myriam Van Imschoot samen. In 2020 bracht zij Conversations in Vermont uit, een uitgebreide reeks interviews met Paxton en Nelson. “Niemand was erbij op zoveel sleutelmomenten in de dansgeschiedenis en heeft de dans zo herijkt als hij.”
Steve Paxton werd 85 jaar. Hij sukkelde al langer met zijn gezondheid en overleed in zijn huis in Vermont.
Paxton wilde de dans democratiseren. Beweging hoorde iedereen toe