“De oplossing staat gewoon aan de grens: laat de vrachtwagens Gaza binnenrijden”
Jean-Pierre Delomier verbleef acht dagen in Gaza voor Handicap International. Hij ergert zich mateloos aan het uitblijven van noodhulp. “Een drijvende haven, een corridor over zee, airdrops … Het zou allemaal zoveel eenvoudiger kunnen.”
“Er is geen stromend water. Het vuilnis stapelt zich op in de straten, want niemand haalt het op. De straten staan vol tenten van mensen op de vlucht. Ze zijn overal. Op elke straathoek en elk voetpad vind je schuilende Palestijnen.” JeanPierre Delomier (61), de adjunctdirecteur internationale operaties van de ngo Handicap International, klinkt moedeloos wanneer we hem ontmoeten in zijn kantoor in Brussel.
Delomier is net terug uit Gaza, waar hij met eigen ogen zag hoe de groeiende humanitaire crisis de Gazanen langzaam maar zeker murw beukt. “Aan de grens staan over een lengte van meer dan vijf kilometer vrachtwagens te wachten om Gaza binnen te mogen”, vertelt hij geagiteerd. “De oplossing stáát er gewoon: laat die vrachtwagens binnen.” ’s Nachts kon Delomier vanop het dak van zijn kantoor in een pikdonker Gaza de lichtjes van de Egyptische grens zien, waar de vrachtwagens stilstonden met de hulpgoederen die Rafah en de rest van Gaza weer ademruimte kunnen geven.
Omdat de internationale kritiek op de trage bevoorrading langs de grensposten die door het Israëlische leger gecontroleerd worden, niets lijkt uit te halen, verschoof de focus de voorbije dagen naar peperdure airdrops. De Ameri
kaanse president Joe Biden lan
“Het continue gezoem van drones maakt duidelijk dat Israël weet wat we doen, of we thuis zijn of op kantoor, of we ons verplaatsen en waarheen”
ceerde donderdag het idee van een drijvende haven voor de kust van Gaza, waarlangs hulpgoederen vlotter bij de Palestijnen zouden kunnen komen. Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen wil zo snel mogelijk een humanitaire corridor over zee vanuit Cyprus.
Voor Delomier zijn dat druppels op een hete plaat. “Het is veel efficiënter, sneller en goedkoper om gewoon de blokkade aan de grens op te heffen”, verzucht hij over de telefoon. “Het is als met de airdrops: beter dan niets, maar hierop zat niemand te wachten. We negeren de makkelijkste oplossing: Israël onder druk zetten om meer vrachtwagens met hulpgoederen door te laten.”
Het duurt wellicht nog weken voor de drijvende haven voltooid zal zijn en de bevoorrading per schip op volle toeren kan draaien. Een maritieme corridor over zee
Vijf Gazanen verpletterd onder hulppakket
Bijhetdroppenvanhulppakkettenzijnvrijdagvijfdodengevallen.Hetvalschermvaneenladinggingnietopenenhetpakketstortteneeropdetoegesneldemensen.DatheefthetlokaleministerievanVolksgezondheidbevestigd.Invideo’sopsocialemediaistezienhoehetgrotepakketsnellerdananderepakkettennaardegrondgaat.Verschillende
mensen raakten ook gewond.
DeVerenigdeStatenenanderelanden,waaronderookBelgië,begonnenvorigweekendmethetdroppenvanpakkettenmetondermeerlevensmiddelenbovenvooralhetnoordenvandeGazastro k.(belga) zonder haven dreigt weinig efficient te zijn. “We kiezen dus beter voor iets gratis dat meteen werkt.”
Door de recente Israëlische aanvallen op hulpkonvooien werd duidelijk dat zelfs hulpgoederen die Gaza binnenraken, maar moeilijk het noorden bereiken. Het is er levensgevaarlijk en het Israëlische leger ontzegt hulporganisaties vaak de toegang tot het noorden. Ook Delomier mocht het noorden niet bezoeken. “Ik wou met eigen ogen zien hoe de mensen in het noorden overleven en ik verwachtte naar Khan Younis te kunnen reizen.” Door de onveilige omstandigheden en op Israëlisch bevel bleef Delomier noodgedwongen in Rafah.
Geleerd in Oekraïne
Daarom kon hij ook niet persoonlijk de plek in Gaza-Stad bezoeken waar Handicap International een kantoor deelde met het Belgische overheidsagentschap Enabel. Het Israëlische leger blies dat gebouw op. De organisatie ontving daarover “absoluut geen” informatie van de Israëlische overheid. Wat Delomier wel weet over het incident, vernam hij via de media of de Belgische overheid. “Er zijn geruchten, maar we hebben nooit officiële informatie gekregen.”
Voor de ngo is het improviseren sinds het begin van de oorlog. “We willen een nieuwe noodorganisatie oprichten. Voor de oorlog opereerden we in het noorden vooral via partners die we begeleidden in hun omgang met mensen met een beperking. Nu sturen we de humanitaire hulp meer zelf aan”, legt Delomier uit. “We hielpen al bij revalidatie, maar moesten geen krukken of rolstoelen en zo verspreiden, omdat die er gewoon te koop waren. Nu is dat niet meer zo. We moesten ons aanpassen, materiaal kopen in Egypte, dat Gaza binnenkrijgen en dan verdelen onder hulpbehoevende mensen.”
Een kind laten lachen
De organisatie begeleidt ook kinderen en volwassenen die worstelen met hun mentale gezondheid. “Ik heb deelgenomen aan zo’n sessie, gewoon om te zien hoe ze kinderen laten lachen”, vertelt Delomier. “Je verwacht geen lachende kinderen als je naar Gaza gaat.” Voor die aanpak steunt de organisatie op eerdere ervaring,
Jean-Pierre Delomier. opgedaan in de oorlog in Oekraïne.
Rafah ligt in principe buiten de gevechtszone, maar dat betekent niet dat het er veilig werken is. “Er is geen grondoffensief van het Israelische leger, maar evenmin een staakt-het-vuren of een gevechtspauze”, legt Delomier uit. “Elke nacht hoorde ik bombardementen en artillerievuur. Dat kon om middernacht zijn, of ’s ochtends vroeg, maar wel elke nacht. Soms duurde het een halfuur en was het daarna plots voorbij. Overdag kregen we meestal de boodschap dat er tussen tien en twee geen bommen zouden vallen.”
Het geluid dat zijn verblijf in Gaza domineerde: het gezoem van Israëlische drones. “Dat continue geluid maakt duidelijk dat Israël weet wat we doen en waarmee we bezig zijn, of we thuis zijn of op kantoor, of we ons verplaatsen en waarheen.” Ook als de zon ondergaat, zwijgen de drones niet.
Een staakt-het-vuren is vooralsnog niet in zicht en de Israëli’s blijven speculeren over een grondoffensief tegen Rafah. Dat stemt Delomier somber. “De Gazanen zijn zo sterk, ze houden nog altijd vol, na alles wat hen overkomen is. Maar volgens mij kan dat eindigen. Of het zal eindigen met veel doden? Er zijn nu al veel doden. Je ziet het aan de manier waarop de mensen terneergeslagen over straat lopen. Het lijkt allemaal te veel te worden, al zeggen ze dat niet luidop. Het is niet de eerste oorlog die ze meemaken, maar het is zeker de verschrikkelijkste.”