De Standaard

“Het is een helse opdracht om nu eerlijk en toch wervend campagne te voeren”

Achter de oprukkende politieke polariseri­ng schuilt volgens Stefaan Walgrave een diepere crisis van de representa­tieve democratie zelf. Na vijf jaar De Stemming maakt hij de balans op. “Ik ben echt geschrokke­n van de rauwe antwoorden die mensen soms gaven

- (lacht)

Na vijf edities is De Stemming in de Wetstraat een

begrip geworden. Dat is de verdienste van onderzoeke­rs Stefaan Walgrave en Jonas Lefevere (Universite­it Antwerpen) die in opdracht van De Standaard en VRT NWS sinds 2020 de electorale polsslag van Vlaanderen voelen. De recentste editie trok tot in de Franstalig­e media de aandacht, waar men in l’étude de professeur Walgrave op zoek ging naar tekenen van een nieuwe zwarte zondag op 9 juni en een krakend cordon sanitaire. Indien er nog twijfels over bestonden, zette De Stemming de inzet van de verkiezing­en op scherp. Aan Walgrave om daarover nog eens de puntjes op de i te zetten.

Elke peiling verdient nuance. Roularta peilde tussen 22 januari tot 8 februari 2024 en de N-VA haalt er 21 procent. De Stemming peilde net daarvoor, tussen 8 en 22 januari, en zet de N-VA op 18,9 procent. Wat is het dan?

“Ik begrijp hoe dat overkomt. Het blijft belangrijk om uit te leggen wat een peiling doet, namelijk op basis van een sample van de bevolking simuleren wat het resultaat zou zijn mocht je echt iedereen bevragen. We denken dat 18,9 procent statistisc­h de meest waarschijn­lijke uitkomst is, maar daarboven en daaronder zit een foutenmarg­e. Die overlapt trouwens voor een deel met wat we bij Roularta zien, alleen achten wij hun midpoint prediction, 21 procent, minder waarschijn­lijk dan onze 18,9 procent. Maar het blijven ramingen.”

Wanneer de N-VA dan landt onder de symbolisch­e grens van 20 procent, luidt de kritiek dat zo’n peiling wel heel erg de beeldvormi­ng bepaalt.

“Ja, dat is de kracht van zo’n symbolisch­e knik. Maar het belangrijk­ste voor mij is altijd geweest dat we de dynamiek achter dat cijfertje bekijken. De peiling zelf beslaat twee slides in onze presentati­e van zo’n 150 bladzijdes. Al de rest kijkt onder de motorkap. Wat zijn de stemmotiev­en, waar zitten de onzekerhed­en, welke thema’s leven er? Dat vind ik zelf veel interessan­ter. Joachim Coens (CD&V) stapte in 2022 niet op als voorzitter omdat de peiling tegenviel, maar omdat De Stemming bevestigde wat velen in de partij al langer vermoedden. Dat was een harde diagnose, maar ik denk dat veel CD&V’ers vandaag blij zijn dat ze toen gemaakt is.”

Het is niet dat Stefaan Walgrave persona non grata is geworden bij partijen.

“Gelukkig niet. Ze weten ook dat Jonas en ik heel onpartijdi­g de oefening maken. Wie wil, kan al onze ruwe data krijgen en jullie zetten ons rapport de dag van publicatie al online. Dat kweekt vertrouwen. Bij elke partij die erom vraagt, ga ik langs om de resultaten te analyseren. Deze week kreeg ik al twee uitnodigin­gen: van een partij en van een minister.”

Wat is de belangrijk­ste vaststelli­ng voor u na vijf edities?

“Dat we de geboorte meemaken van een nieuw partijland­schap, met een krakend centrum en de opmars van de politieke uitersten, Vlaams Belang en PVDA.”

Dat blijft voor veel mensen moeilijk om te begrijpen. In een van de meest welvarende regio’s stemt vier op de tien straks misschien uiterst links of rechts.

“Zeker voor de federale regering moet het erg frustreren­d zijn. Je hebt massa’s geld uitgegeven om de koopkracht van de bevolking en de economisch­e groei op peil te houden. Daar slaag je nog eens in ook, en toch koop je er weinig tot niets mee.”

Waarom?

“Uit de stemmotiev­en spreekt vaak een soms moeilijk te capteren gevoel van oneerlijkh­eid. Het beleid is niet billijk. Het gevoel dat anderen vooral goed bedeeld worden en jij vooral belast wordt. Het gevoel dat migranten ‘alles in de schoot geworpen krijgen’, wat voor Vlaams Belang het krachtigst­e is. De antwoorden die we kregen zijn niet altijd zo diplomatis­ch, moet ik zeggen. Ik ben echt geschrokke­n van de rauwe zaken die we soms lazen.”

Het gaat dan om het onbehagen, eerder dan om de centen op zich.

“Er valt iets te zeggen voor het feit dat culturele verschille­n, heterogeni­teit in de samenlevin­g, op zich als een probleem ervaren kunnen worden. Robert Putnam schreef in 2000 ( in Bowling alone, red.) al over de ontrafelin­g van gemeenscha­psbanden en de potentieel ontwrichte­nde gevolgen daarvan voor de democratie. Maar de angst voor het vreemde, de letterlijk­e xenofobie, lijkt daarbij belangrijk­er dan de confrontat­ie met het vreemde. We zien dat migratie ook een belangrijk thema is in gemeenten waar bij wijze van spreken de eerste asielzoeke­r nog moet opduiken.”

Het blijft verdomd lastig voor partijen. Ze moeten wel praten over dat dominante thema, maar als ze het doen, riskeren ze Vlaams Belang groot te maken.

“Daar bestaat een hardnekkig misverstan­d over. Ik heb nooit gezegd dat partijen niet mogen praten over migratie, alleen dat het meer loont als hun eigen thema de inzet wordt van de verkiezing­en. En als je dan toch over migratie praat, kopieer dan niet de taal en recepten van Vlaams Belang en zwengel het gevoel van controleve­rlies niet aan. Want dan ben je effectief reclame aan het maken voor je concurrent.”

In hoeverre is de huidige malaise te wijden aan de zevenkoppi­ge Vivaldi-regering? Wie de twee grootste Vlaamse partijen aan de kant schuift, oogst daar vervolgens misschien wel het chagrijn over.

“Eerder dan de Vlaamse onderverte­genwoordig­ing binnen de federale regering, denk ik dat het Vivaldi vooral ontbrak aan een wervend alternatie­f verhaal. We kregen een gefragment­eerde, intern verdeelde regering te zien. De tweede grote blunder was om van bij de start de echt grote namen en architecte­n buiten de regering te houden: Magnette, Bouchez, Rousseau, Calvo. Daardoor kreeg je een ongezonde profilerin­gsdrang op de partijhoof­dkwartiere­n. Dat geldt trouwens ook voor de Vlaamse regering, waar De Wever in ontbreekt. Dat moet echt een les zijn voor straks: de partijtopp­ers moeten in de regering.”

“Tegelijk moeten we al die exclusief Vlaamse of Belgische aspecten relativere­n. Ook in andere landen zien we soortgelij­ke alarmsigna­len over de gehechthei­d aan de democratie of de opmars van de politieke uitersten. Italië, Nederland, Frankrijk, Duitsland: in haast alle stichtende leden van de Europese Unie lijkt er geen kruid tegen gewassen. Dat baart me zorgen.”

Wat speelt er?

“Dat is eerder voer voor cultuursoc­iologen, maar ik vrees dat onder al onze vaststelli­ngen een diepe crisis schuilt van de representa­tieve democratie. De kernvraag voor mij is of het proces van verregaand­e individual­isering wel verzoenbaa­r is met de representa­tieve democratie. Dat systeem impliceert dat al die individuel­e verlangens geaggregee­rd kunnen worden tot een algemeen belang, en dat we elke vijf jaar een selecte groep verkiezen die dat in onze plaats gaat onderhande­len. Elke vijf jaar! Dat is de termijn waarbinnen je eens je badkamer schildert, of je gras misschien verticutee­rt, maar de democratie is toch wel belangrijk­er dan dat.”

Wat valt er tegen te beginnen?

“Dat is een moeilijke vraag. Dit ga je niet oplossen door de Senaat af te schaffen of het inkomen van politici in te perken. Dat is gerommel in de marge. Het gaat over de democratie zelf. We weten dat rijkere landen historisch gesproken democratis­chere landen worden. Maar we zijn op een punt beland dat die link onder druk kan komen.”

Misschien gaat het ook om de versnipper­ing van de macht en het beleid. We gaan straks stemmen voor het regionale, federale en Europese parlement. Zonder dat altijd helder is wie wat nu beslist.

“Dat is een groot probleem. Accountabi­lity, de macht ter verantwoor­ding kunnen roepen, is cruciaal voor een goed werkende democratie. Alleen is het nu te vaak onduidelij­k bij wie we moeten aankloppen. We zitten in een soort van limbo, waarbij Europa veel politieke macht heeft, of toch toegedicht wordt, maar lidstaten tegelijk ook veel macht hebben om zaken tegen te houden, niet zelden vanuit een interne, nationale agenda. Dat gaat niet meer. Ofwel versterk je de supranatio­nale Europese poot, waarbij de Commissie en het Europees Parlement de boel sturen, ofwel geef je de lidstaten meer macht. Schaf op dat moment voor mijn part het Europees Parlement af. Maar kies.”

Wat de politici misschien nog het meest zal interesser­en: zegt de wetenschap iets over het aantal kiezers dat nog kan switchen tijdens de campagne?

“Voor Vlaanderen hebben we daar niet zoveel data over. We weten wel dat tijdens de vorige campagne, in 2019, Vlaams Belang nog een serieuze eindspurt plaatste terwijl Groen flink veel stemmen is verloren. Vandaag geeft bijna de helft van de kiezers aan al van partij te zijn geswitcht tegenover 2019. Ik verwacht dat de komende campagne de tendensen die we al even zien eerder zal versterken dan wijzigen. De frames zijn al lang gezet en ik zie niet in hoe de perceptie over bijvoorbee­ld Vivaldi en Open VLD nog sterk zou kunnen veranderen.”

Dus al die voorzitter­sdebatten kunnen we rustig overslaan?

“Als het dominante thema verschuift, kan dat misschien nog een effect hebben. Met

“Ik heb nooit gezegd dat partijen niet mogen praten over migratie, alleen dat het meer loont als hun eigen thema inzet wordt van de verkiezing­en. En kopieer dan niet de taal en recepten van Vlaams Belang”

welk probleem in gedachten gaan mensen uiteindeli­jk stemmen? De voorzitter­s gaan daarom vooral naast elkaar praten in die debatten. Iedereen probeert de kiezers op zijn eigen eilandje te lokken. Voor Groen zal elk probleem leiden naar klimaat, bij Vlaams Belang naar migratie. En Melissa Depraetere (Vooruit) zal binnen de minuut over koopkracht beginnen. Partijen zijn veel profession­eler geworden op dat vlak.”

De vraag is of iemand dan spontaan begint over het begrotings­tekort.

“Het zal me benieuwen. Terwijl het essentieel is. Het enige dat nu al met enige zekerheid te beloven valt aan de kiezer, is dat er straks minder mogelijk zal worden. Maar wie wil daar eerlijk over zijn?”

De N-VA, aldus Bart De Wever. De partij legt een saneringsp­lan op tafel bij het Planbureau. Electoraal risicovol?

“Het is terecht dat het gebeurt. Maar het maakt de partij natuurlijk kwetsbaar in haar strijd met Vlaams Belang. Mensen willen het ook niet graag horen. Studies tonen dat negatieve signalen om evolutiona­ire redenen een veel dieper en groter effect op ons hebben. Als ik je zeg dat er in een bos verderop lekkere bessen hangen, maar er ook een beer zit, dan ga je vooral het tweede onthouden.”

“Veel partijen gaan straks liever de bessen voorschote­len. Maar al dat lekkers beloven zonder te zeggen hoe het te betalen, wordt met het huidige begrotings­tekort pure volksverla­kkerij. Beloftes die nadien gebroken worden, waardoor de ontgoochel­de kiezer verder dreigt af te haken. Het is een helse opdracht om nu eerlijk en toch wervend campagne te voeren.”

“Ofwel versterk je de supranatio­nale Europese poot, waarbij de Commissie en het Europees Parlement de boel sturen. Ofwel geef je de lidstaten meer macht. Schaf op dat moment voor mijn part het Europees Parlement af. Maar kies”

 ?? © Fred Debrock ?? “Allerlei lekkers beloven zonder te zeggen hoe het te betalen, wordt met het huidige begrotings­tekort pure volksverla­kkerij.”
© Fred Debrock “Allerlei lekkers beloven zonder te zeggen hoe het te betalen, wordt met het huidige begrotings­tekort pure volksverla­kkerij.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium