Alice in Wonderland voor Gen Z
Het ontaarde Amerika dat je te zien krijgt in het satirische The sweet East is een wonderland, waarin een opmerkelijke bende jonge acteurs rondloopt: de wie-is-wie van Gen Z. Behalve Jacob Elordi en Ayo Edebiri springt daarvan vooral Talia Ryder in het oog. Zij zette zich al op de kaart met het abortusdrama Never, rarely, sometimes, always. Tijdens een schoolreisje naar Washington DC gaat ze als de lusteloze Lillian het mythische witte konijn achterna en belandt in een wereld van neonazi’s, radicale moslims en rijkeluiskinderen die aan artivisme doen.
Dat Ryder camerageniek is, wordt zelfs een verhaallijn wanneer Lillian op straat wordt aangesproken door een duo regisseurs en ze plots als actrice op een filmset belandt. Lillians belevenissen hebben de kwaliteit van een droom, maar zijn tegelijk pijnlijk herkenbaar. Het wonderland dat wordt bevolkt door vleesgeworden internettrollen uit alle politieke kampen, schurkt wel heel dicht tegen het echte Amerika aan. Lillian speelt in elke situatie de rol die nodig is om te krijgen wat ze wil, maar soms lijkt het wel alsof ze zelf de belichaming is van de getroebleerde wereldmacht. Zeker wanneer lichtgelovige mannen keer op keer denken dat ze haar moeten beschermen, om de verkeerde redenen en op de verkeerde manier.
Scène na scène raakt Lillian verzeild in sfeervolle werelden vol filmische referenties – het is duidelijk dat deze film geschreven werd door een filmcriticus en geregisseerd door de fabelachtige indie-cinematograaf Sean Price Williams. Het scenario van Nick Pinkerton spot met woke, antiwoke en alles daartussenin. The sweet East zit daardoor vol bizarre ongein, het is een film die niets serieus neemt, en waarin iedereen iets om te lachen vindt. Maar aan het einde van het konijnenhol maakt hij toch minder indruk dan de baanbrekende buitenlaag doet verhopen.
The sweet East
Van: Sean Price Williams. Met: Talia Ryder, Ayo Edebiri, Simon Rex (104 min.) – In de bioscoop