Postuum brievenboek van Jeroen Brouwers op komst
Wellicht verschijnt dit najaar de correspondentie tussen Jeroen Brouwers en uitgever Geert van Oorschot. Dat meldt Brouwers’ weduwe Gwennie Debergh in de podcast van Wim Oosterlinck.
boeken,
Gwennie Debergh was twintig jaar lang de partner van schrijver Jeroen Brouwers, die in 2022 overleed. Ze beheert als voorzitter van de Stichting Jeroen Brouwers ook de nalatenschap van de auteur en het enorme archief dat hij heeft achtergelaten. Niet alleen boeken en brieven, maar ook mappen met knipsels over zowat alle Nederlandstalige auteurs van de jongste decennia. “De stichting is door hemzelf opgericht en heeft twintig jaar een slapend leven geleid, nu wacht ons de zware taak het archief te ordenen en te ontsluiten”, zegt Debergh in de podcast Drie boeken
Drie
van Wim Oosterlinck. Het was haar eerste interview sinds de dood van Brouwers.
Het eerste project van de Stichting is de uitgave van de correspondentie tussen Brouwers en de Nederlandse uitgever Geert Van Oorschot (1909-1987). Die begon in 1968 vanaf het moment dat Van Oorschot Brouwers’ verhalen begon te publiceren in het literaire tijdschrift Tirade tot zijn dood in 1987. “Je ziet er een interessante ontwikkeling in”, zegt Debergh. “Aanvankelijk zie je een onzekere jonge auteur en een legendarische uitgever. Naarmate Brouwers meer
Gwennie Debergh
naam maakte, werden ze meer gelijken. Je ziet Van Oorschot ook ouder worden. Het was een warme vriendschap, maar met de nodige blutsen en deuken. Want niet alleen Brouwers, maar ook Van Oorschot was quite a character.”
Brouwers heeft bij leven nog de toestemming gegeven voor de publicatie van het boek, dat “met 95 procent zekerheid” dit najaar verschijnt bij uitgeverij Atlas Contact.
Geen manuscript
Er zitten nog correspondenties in het archief, zegt Debergh in de podcast, het valt te bekijken wat zinvol is om te publiceren. Maar postuum proza hoeven we niet te verwachten: “Brouwers vond het not done om onafgewerkte manuscripten te laten liggen. Cliënt E. Busken was zijn allerlaatste roman. Het was zijn grote schrik dat hij die niet zou kunnen afwerken. Dat zou hij heel onartistiek hebben gevonden. ‘Dan ga je het niet uitgeven’, zei hij. Er is dus niet nog een kast met panklare manuscripten.”
Gwennie Debergh is literatuurwetenschapster en professor Nederlandse literatuur aan de universiteit van Keulen. In de podcast heeft ze het ook over haar drie favoriete boeken. Naast Het verdriet van België (Hugo Claus) en De verbeelding (Herman Franken) noemt Winterlicht van haar overleden echtgenoot: een roman over een uitgeverijredacteur en beginnend schrijver – het alter ego van Brouwers – en een auteur die zich ontpopt tot een soort literaire vaderfiguur, een personage gemodelleerd naar uitgever Van Oorschot.
“Brouwers vond het not done om onafgewerkte manuscripten te laten liggen” Weduwe Jeroen Brouwers