Zullen we het ontslag van de ceo van de VRT eisen?
Frederik Delaplace, de ceo van de VRT, heeft bewezen dat hij niet geschikt is voor zijn job, schrijft Petra Van Brabandt.
Na dagen van verontwaardiging bij personeelsleden, opiniemakers en cultuurwerkers over de beslissing om op het laatste moment de documentaire Het proces dat niemand wou niet uit te zenden, heeft de VRT gisterenochtend een persbericht met excuses de wereld ingestuurd. Het zoenoffer houdt in dat de documentaire met wat vertraging toch zal worden uitgezonden, vanaf vanavond.
De excuses komen in naam van de VRT, maar moeten in de eerste plaats ceo Frederik Delaplace uit de wind zetten. Het was van bij het begin duidelijk dat de lastminutebeslissing om de documentaire niet uit te zenden een eenzijdige en ongedragen actie van de ceo was. De excuses zijn geschreven in de wij-vorm: “Wij hebben met de beste intentiesgepoogd…”,maarwehebben er het raden naar wie precies bedoeld wordt met die “wij” en over wiens intenties het gaat. Gaat het om Delaplace en de raad van bestuur van de VRT? Is dit Delaplace in het hovaardige majesteitsmeervoud? Of verwijst het naar het duo van de flauwe excuses, Delaplace en Bart De Pauw? In alle drie de gevallen zijn er goede redenen om ons zorgen te maken over wat er aan de hand is bij de VRT.
Boekje te buiten
Mocht Delaplace druk hebben ervaren van de raad van bestuur van de VRT, dan zou het getuigen van goed bestuur en integriteit om dat in zijn excuses expliciet te maken en met het publiek te delen. Mocht de raad van bestuur een directe impact hebben op de programmatie van de VRT, dan zou dat op zich al zorgwekkend zijn, maar als ze een relevante en bejubelde documentaire, die wegblijft van goedkope sensatie en polarisering, zomaar zou kunnen laten schrappen, dan zou dat heel ernstig zijn. Dat de ceo onder die druk zou zwichten, zou betekenen dat hij zonder verpinken de democratische functie van de openbare omroep onderuithaalt en dus ongeschikt is voor zijn job. Het zou wijzen op het failliet van zijn professionele integriteit.
Maar ook als Delaplace over zichzelf in het meervoud schrijft, hebben we reden tot bezorgdheid, in de eerste plaats voor het personeel van de VRT. Dat zou namelijk betekenen dat hij zich verschuilt achter de instelling en haar medewerkers, die hij in het verleden al uitdrukkelijk heeft opgedragen hun mond te houden over interne (wan)toestanden, maar die hij eigenlijk gewoon zijn wil opdringt. Als hij werkelijk alleen handelde, dan ging hij daarmee zijn boekje te buiten als ceo van de openbare omroep. Het is niet aan hem om in te grijpen in de programmatie, die ongetwijfeld een afgewogen gezamenlijke beslissing was.
De ceo van de VRT toonde in dat geval dat hij niet in staat is te delegeren, advies in te winnen en in dialoog te gaan. Had hij advies ingewonnen bij de ombudsman van de VRT of bij het Vlaamse meldpunt, dan hadden zij hem ongetwijfeld aangeraden zich niet te bemoeien met de excuses van iemand die niet eens tot zijn personeelsbestand behoort. Hij had De Pauw dan in zijn zoektocht naar steun bij het formuleren van excuses kunnen doorverwijzen naar de specialisten ter zake. Ondanks zijn “goede intenties” is Delaplace zelf geen specialist ter zake – ofwel overschat hij zichzelf , ofwel heeft hij te veel tijd.
Echt problematisch wordt het als Delaplace schrijft in naam van Delaplace-De Pauw. Dat hij, zoals hier en daar wordt gesuggereerd, al maanden in gesprek was met De Pauw, is wraakroepend. Gebruikt de ceo van de VRT het geld van de belastingbetaler om de publieke relaties en zielenroerselen van Bart De Pauw te behartigen? Zag Delaplace zichzelf als de dramaturg van dé verzoening in het Vlaamse medialandschap? Of denkt hij dat het allemaal toch wat overdreven was, dat ‘gedoe van die vrouwen’, en dat het vooral zonde was dat de openbare omroep daardoor een kijkcijferkanon verloor? Wou hij met de enscenering van de excuses eigenhandig de klok terugdraaien? De disproportionele empathie en zorg voor de ‘gevallen’ televisiemaker die blijkt uit zijn beslissing om de uitzending te schrappen, wijst alvast in die richting.
Empathie voor De Pauw
We kunnen dat gebrek aan transparantie niet zomaar laten passeren. Ondanks de excuses en het herprogrammeren van de documentaire, is dit een ernstig incident. Delaplace is een schande voor zijn personeel, voor de minister van Media, voor documentaire- en programmamakers en voor alle burgers die recht hebben op een openbare omroep die zijn democratische functie vervult, geleid door een ceo die goed bestuur en integriteit hoog in het vaandel draagt.
Delaplace is een schande voor zijn personeel, voor zijn minister en voor alle burgers die recht hebben op een openbare omroep die zijn democratische functie vervult
Misschien is dit het moment om het ontslag van Delaplace te eisen, zodat hij vanavond rustig vanop de bank naar Het proces dat niemand wou kan kijken. Dan zal hij misschien begrijpen dat de waarde en de waarachtigheid van die documentaire erkennen net de voorwaarde is voor de excuses van De Pauw. De vrouwen die getuigen, delen hun voortschrijdend inzicht, ook in zichzelf, met veel nuance en empathie, ook voor De Pauw, wat we van hen eigenlijk niet horen te verwachten.
Wie de titel goed leest, begrijpt ook dat de essentie niet om het proces of de veroordeling gaat, maar om hoe moeilijk het is om in professionele machtsrelaties grensoverschrijdend gedrag te identificeren en te kunnen of durven aanklagen. De excuses van De Pauw zullen enkel oprecht zijn als hij de documentaire onder ogen ziet.