Waag het niet Tate McRae een Tiktok-sterretje te noemen
Ze roostert haar exen als Olivia, gunt ons een blik in haar slaapkamer als Billie en doet ons dansen als Britney. Wie is good girl gone bad Tate McRae, die morgen de Lotta Arena doet volstromen?
“You say I should be on top of the world but I’m not feeling much”, zong Tate McRae twee jaar geleden op haar debuutalbum I used to think I could fly. Met haar droevige-meisjes-pop werd de zangeres al snel gebombardeerd tot het Canadese antwoord op Billie Eilish. Een vergelijking die ze zelf onderstreepte door op haar eerste ep samen met Eilish (en dier broer Finneas O’Connell) het nummer ‘Tear myself apart’ te schrijven.
Intussen zit de twintigjarige gen Z-popster Eilish op de hielen in de streamingcijfers. Met ‘You broke me first’ en ‘Greedy’ heeft McRae songs die meer dan een miljard keer zijn gestreamd, op Spotify prijkt ze met 57 miljoen maandelijkse luisteraars op plaats 35. Twee plekjes lager dan Olivia Rodrigo, in wier video voor ‘Bad idea right?’ ze een cameo kreeg en die ze intussen bestie mag noemen. De Lotto Arena die McRae deze week tot het kleinste kiertje laat vollopen, is nog maar een opmaat naar iets groters.
Plakkerig als honing
De basis voor die populariteit legde McRae als danseres. Haar moeder is danslerares, McRae groeide op in de balletschool. Maar toen raakte ze verslingerd aan de sexy nillieschoreo’s van Britney Spears en Christina Aguilera. Op haar dertiende kaapte McRae in de VS brons weg in So you think you can dance: the next generation. In de ogen van jurylid Paula Abdul was ze “een godsgeschenk”. Niet veel later danste ze op het podium bij Justin Bieber.
McRae zag een carrière als achtergronddanseres voor zich, tot ze ontdekte dat ze de teksten die ze op de muren van haar slaapkamer kalkte ook op muziek kon zetten. In 2017 riep ze ‘Create with Tate’ in het leven, een Youtubekanaal waarop ze songs dropte die ze schreef en opnam in haar kamer. Ze was toen veertien. Met haar eerste nummer, ‘One day’, ingeblikt op een aftands keyboardje, scoorde ze meteen 40 miljoen views.
‘Hate myself’, ‘Feel like shit’, ‘All my friends are fake’, ‘She’s all I wanna be’: McRae’s slaapkamerpop oogde aanvankelijk als doordeweekse dagboekschrijfsels van een getormenteerde puber. Maar wel plakkerig als honing, en verdomd herkenbaar voor een snel aandikkend legertje tieners dat dezelfde emoties deelde.
Intussen heeft de Canadese het geweer van schouder veranderd. “Sad girl got a bit boring”, verkondigde ‘Cut my hair’, het nummer waarmee ze haar tweede plaat Think later eind vorig jaar opende. Een vrouw die haar haar knipt, staat op het punt haar leven te veranderen, wist Coco Chanel al. De nieuwe McRae oogde onversaagder, stoerder, sexyer. “It’s not a good night if you don’t take it too far”, klonk het in de titeltrack, die muzikaal met wat goede wil aan de militante pop van de Sri-Lankaans-Britse zangeres M.I.A. deed denken.
“Zij heeft alles wat ik niet heb, hoe kan ik daar ooit mee concurreren?”, was McRae’s mistroostige teneur nog op haar debuut. “Just wanna show you whatever she do, I can do it better”, klonk het anderhalf jaar later. Net zo goed sneerde ze haar exen toe dat ze niet met hangende pootjes terug hoefden te keren. “Kisses to my exes who don’t give a shit about me”, jent het refrein van ‘Exes’, “Kisses to the next ones who think they can live without me”.
Om het met een albumtitel van Rihanna te zeggen: McRae is de good girl gone bad, een alter ego dat ze ‘Tatiana’ heeft gedoopt. Met nummers waarin ze afrekent met tekortschietende ex-geliefden schrijft McRae zich in een sjabloon in waarvan de contouren onlangs door Olivia Rodrigo en Taylor Swift scherp werden getrokken. Alleen doen haar voorgangers het pittiger, of haken ze er een breder statement aan vast.
Gezichtsloos
Een van McRae’s exen is de ijshockeyhunk Cole Sillinger. IJshockey is big in Calgary, waar McRae opgroeide. In de clip van ‘Greedy’ is de ijshockeyhal een strijdperk van gebroken harten. Je hoeft geen tekstexegese te doen om te weten wie aan het langste eind trekt. Op de hoes van ‘Think later’ draagt de zangeres buiten wat minuscuul textiel twee uit de kluiten gewassen beenbeschermers van een ijshockeygoalie. Tegen haar schenen kan je stampen.
Bashing is haar uiteraard niet vreemd. Tegenover jonge selfmade popsterren blijft argwaan hardnekkig woekeren. Ook McRae werd al afgescheept als handpop van de industrie, bij elkaar genaaid door marketingbobo’s om de hitparades te domineren. Toegegeven, ze vinkt(e) wel wat vakjes af. Voor haar debuut trommelde ze vijftien producers op. Waarna ze haar management bedankte en naar het team van Harry Styles trok. Op Think later liet ze zich bijstaan door Ryan Tedder, die eerder al Camila Cabello, Beyoncé en Taylor Swift aan extra glimmende popparels hielp.
McRae bijt gelukkig van zich af. Op Tiktok werd ze al snel een magneet (ze heeft er meer volgers dan Beyoncé), maar waag het niet haar een Tiktok-sterretje te noemen. “Een songschrijver die me vertelt dat we iets moeten maken dat aanslaat op Tiktok, verpest het helemaal”, vertelde ze in een interview met CBC (de Canadese openbare omroep). “Als we een liedje baseren op een clip van 15 seconden, is dat de dood voor kunst.”
Die kunst van McRae is voorlopig wat generiek. ‘We’re not unlike’ van haar album Think later is geen slechte punkpopsong, maar mist in vergelijking met ‘All-American bitch’ Olivia Rodrigo wat beet. ‘Want that too’ doet Rene Rapp beter, ‘Exes’ is verslavend maar Ariana Grande pakt dat soort trappop spannender aan. Grosso modo steekt McRae wat gezichtsloos af tegen haar generatiegenoten.
Spannender wordt het wanneer ze pop en r&b door elkaar
Op haar dertiende kaapte Tate McRae in de VS brons weg in So you think you can dance: the next generation. In de ogen van jurylid Paula Abdul was ze “een godsgeschenk”
gooit, zoals in ‘Greedy’, dat aan de producties van Timbaland in de jaren 2000 doet denken, en dan vooral het nummer ‘Promiscuous’ dat hij maakte met Nelly Furtado. De bijbehorende clip, waarin McRae in sexy sportkledij toont hoe lenig ze is, is dan weer een schalkse knipoog naar Aguilera’s ‘Dirrty’ en Spears’ ‘Slave for U’, video’s uit een tijdperk waarin clips het belangrijkste communicatiemiddel voor een artiest waren.
Iconisch
McRae is geboren in 2003, toen low rise jeans en croptops het straatbeeld kleurden en Britney Spears ‘In the zone’ uitbracht. De
“Een songschrijver die me vertelt dat we iets moeten maken dat aanslaat op Tiktok, verpest het helemaal. Als we een liedje baseren op een clip van 15 seconden, is dat de dood voor kunst”
seks die Aguilera en co toen uitstraalden werd hen tegelijk ook aangewreven, maar die machistische blik is post-MeToo bijgesteld. McRae recycleert die esthetiek, maar omzeilt de valkuilen. Ze is grotendeels betrokken bij de ontwikkeling van haar eigen carrière, schrijft mee aan haar eigen nummers en heeft een duidelijke visie op de artistieke richting die ze uit wil.
“Diep vanbinnen ben ik een songwriter en dit is mijn therapie”, vertelde de zangeres aan CBC. “Maar ik ben ook een danseres en ik had gewoon geen idee hoe ik die twee werelden bij elkaar moest brengen. Ik ging elke dag naar de studio met de gedachte: ‘Ik wil een nummer schrijven waarop ik kan dansen.’”
Dat is haar intussen gelukt, maar McRae wil meer. “Wat een popster definieert, is hoe iconisch ze zijn: Madonna, Britney, Christina, ze bliezen iedereen weg met hun shows en maakten tijdloze kunst”, vertelde de zangeres in een coverstory met het Amerikaanse Billboard. “En dat is wat ik wil doen: tijdloze kunst maken en tijdloze optredens geven.” De jaren 2000 zijn intussen ‘tijdloos’ gebleken, nu Tate McRae nog.