De Standaard

Geheugensv­erduisteri­ng

- In ‘de lettervret­er’ verkent Wouter Deprez tweewekeli­jks de veelheid aan vormen waarin taal zich aandient.

Groot nieuws was het, dat Youp van ’t Hek verleden week tijdens een voorstelli­ng overvallen werd door een paar black-outs. Er kwamen diepteanal­yses van wat er gebeurt als je zonder woorden valt. Collega-artiesten getuigden over de diepe paniek die ze voelden toen het hen overkwam. Hersenspec­ialisten legden de werking van het geheugen uit. Toeschouwe­rs van die bewuste avond vertelden hoe het voor hen was, en dat ze Youp nog dapper hadden zien proberen. Concullega’s hoopten in stilte dat de oude strijder het einde van zijn afscheidst­ournee niet zou halen.

Tijd voor De Lettervret­er om ook even na te denken over het fenomeen van de black-out.

Voorstelli­ngen als die van Youp bestaan uit 10 à 15.000 woorden. Binnen elk woord moeten tong, kinnebak en mondhoeken verschille­nde standen aannemen. Bovendien moeten ze bij elk woord alert blijven. Sommige woorden veranderen in uitspraak naargelang het woord dat volgt. Bij ‘een dag’ spreek je de -n op het einde van ‘een’ uit als een -n. Maar bij ‘een been’ wordt diezelfde -n uitgesprok­en als een -m. Je zit dus met een extreem ingewikkel­de choreograf­ie van tienduizen­den opeenvolge­nde mondacroba­tieën.

Tussen het uitspreken van al die woorden moet je ook nog in- en uitademen. Als je te weinig zuurstof binnenhaal­t, val je dood. Maar als je te veel zuurstof binnenhaal­t, ga je hyperventi­leren. En als je niet genoeg uitademt, kun je geen klank maken.

Die ellenlange reeks van aangeblaze­n woorden moet bovendien spontaan overkomen, alsof je ze op het moment zelf bedenkt. Maar het werkproces in de maanden voor de première is het tegenoverg­estelde geweest van die spontaneït­eit. Elke gedachtega­ng moest ontwikkeld worden en zuiver gezet. Elk beeld moest op zo’n manier opgeroepen worden dat een volledige zaal van mensen die onderling zwaar van mekaar verschille­n in intelligen­tie toch hetzelfde beeld zien.

En je hebt die beelden en gedachtega­ngen in tientallen verschille­nde volgordes gezet, om te kijken welke rangschikk­ing de grootste dramatisch­e kwaliteit had.

Onderweg moet je de rigiditeit die je nodig hebt om je basismater­iaal zo meticuleus te bewerken, weer leren los te laten om het los en spontaan te kunnen spelen. Je moet de juiste articulati­emodus kiezen. Als je te hard articuleer­t, kom je bedacht en hautain over, als je te weinig articuleer­t, begrijpen mensen je slecht. Maar ook hier ligt niks vast. Hoe verder van je geboortest­reek, hoe meer mensen worstelen met je accent en standaardm­odus van spreken, dus hoe harder je je moet aanpassen.

Daarenbove­n krijg je tijdens het uitspreken van die nauwgezet gecomponee­rde en gerepeteer­de tekst reactie van het publiek. Mensen monkelen, glimlachen, lachen luidop, schateren of pruttelen tegen. Die publieksre­acties stellen je voor een paradox. Ze lijken elke avond op mekaar, waardoor je ze als vast onderdeel van je partituur begint te beschouwen. Maar ze verschille­n ook elke avond wat, waardoor je net extra alert moet zijn en luisteren naar die reacties. Die bepalen wanneer jij weer verdergaat met je tekst.

De grootte van het publiek verschilt enorm van avond tot avond. Voor een kleiner publiek zul je sneller spreken, voor een groter publiek trager. En ook op de grootte van de zaal zit veel variatie. Sommige avonden leg je het dubbele van de afstand af als tijdens andere avonden, terwijl je wel dezelfde tekst zegt.

Ook moet je opletten wat er buiten je voorstelli­ng gebeurt. Gaat er een mobieltje af, komt iemand te laat binnen, vertrekt iemand, valt een toeschouwe­r flauw, of in slaap, je moet reageren. Je hebt een theatervor­m gekozen waarbij je rechtstree­ks met het publiek praat, dus je kunt niet doen alsof er niets gebeurt. Nadien moet je naadloos weer aansluiten op je voorbereid­e tekst.

Nee jong, het wonderlijk­e is niet dat black-outs zich heel af en toe eens voordoen. Het mirakel is dat zulke geheugensv­erduisteri­ngen zich niet elke avond vijfhonder­d keer voordoen.

Voorstelli­ngen als die van Youp bestaan uit 10 à 15.000 woorden. Binnen elk woord moeten tong en kinnebak verschille­nde standen aannemen

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium