De Standaard

Kinderbijs­lag mag niet afhangen van het inkomen

- Wim Coumans GROEIPAKKE­T

Voorzitter van de afdeling Fiscalitei­t en Parafiscal­iteit van de Hoge Raad van Financiën. Schrijft

in eigen naam.

Een hoger bruto-inkomen mag volgens Wim Coumans niet leiden tot een verlies aan kinderbijs­lag en dus tot een daling van de koopkracht van het gezin.

De Vlaamse sociale partners, verenigd in de Social-Economisch­e Raad van Vlaanderen (Serv), hebben enkele jaren na de invoering van het Groeipakke­t (de Vlaamse kinderbijs­lag) vastgestel­d dat het stelsel een pervers mechanisme inhoudt: voor de sociale toeslagen bij die kinderbijs­lag worden harde inkomensgr­enzen gehanteerd en daardoor kan een kleine loonsverho­ging leiden tot een flinke netto inkomensda­ling van het gezin.

Hopelijk onderzoeke­n de federale sociale partners ooit ook het stelsel van de maximumfac­tuur in de gezondheid­szorg.

Dat houdt een vergelijkb­aar – zij het minder flagrant – mechanisme in: een inkomensve­rhoging van 1 euro kan er toe leiden dat de begunstigd­e op jaarbasis 400 euro remgeld (eigen bijdrage) moet betalen.

Er heerst allicht eensgezind­heid over de stelling dat een stijging van het bruto-inkomen niet mag leiden tot een daling van de koopkracht van het gezin. Dat er van een bruto-inkomensve­rhoging altijd iets netto moet overblijve­n, wordt waarschijn­lijk evenmin betwist.

Netto in de portemonne­e

Moeilijker is het debat over de vraag welk percentage van een inkomensve­rhoging netto in de gezinsport­emonnee moet terechtkom­en. Dat percentage kan vandaag erg laag uitvallen.

In het oktobernum­mer 2022 van De Gids op Maatschapp­elijk Gebied bekeek ACV-fiscalist Erik Van Laecke de inkomenspo­sitie van in het Vlaams Gewest wonende (en voltijds in de private sector werkende) alleenstaa­nde ouders met twee kinderen. Hij stelde vastdatzo’noudermeth­etminimuml­oon op jaarbasis ongeveer 25.500 euro kostte aan zijn werkgever, en dat hij een netto jaarinkome­n (inbegrepen kinderbijs­lagen) had van 30.500 euro.

Zijn beter verdienend­e collega met dezelfde kenmerken, die aan zijn werkgever op jaarbasis 45.500 euro kostte, had zelf een netto jaarinkome­n (inbegrepen kinderbijs­lagen) van 32.000 euro. Het verschil tussen die twee werknemers: 20.000 euro aan werkgevers­kosten en amper 1.500 euro in netto-inkomen. Het saldo – 18.500 euro of 92,5 procent van de supplement­aire werkgevers­kosten – ging naar de overheid.

Voorkeursb­ehandeling

Dat hoge, naar mijn oordeel te hoge ‘overheidsb­eslag’ op de loonsverho­ging van een minimumlon­er is niet alleen te wijten aan de basistarie­ven voor sociale zekerheids­bijdragen en personenbe­lasting. Het vloeit ook in belangrijk­e mate voort uit een hele reeks voorkeursb­ehandeling­en voor minimumlon­ers die zeer snel (soms abrupt) worden afgebouwd wanneer hun loon stijgt: sociale bijdrageve­rmindering­en voor werkgever en werknemer, de federale sociale en fiscale Waarom zijn hogere afromingsp­ercentages wel verantwoor­d voor gezinnen met kinderen en niet voor alleenstaa­nden en gezinnen zonder kinderen?

werkbonus, de Vlaamse jobbonus, sociale toeslagen bij de kinderbijs­lagen, studietoel­agen, sociaal tarief gas en elektricit­eit. Te veel haast om op te sommen.

Het overheidsb­eslag op loonsverho­gingen voor wie geen fiscale en sociale voorkeursb­ehandeling­en krijgt, beloopt omstreeks 67 procent. Dat is zeker niet weinig.

Promotieva­llen

Hopelijk gaat de volgende Vlaamse regering aan de slag om het door de Serv vastgestel­de euvel weg te werken. Het is echter aangewezen dat ze zich eerst beraadt over de maximumgre­ns voor de rechtstree­kse en onrechtstr­eekse afroming van loonopslag door de overheid: bijvoorbee­ld aan 67, 80 of 90 procent. Een aangepast kinderbijs­lagstelsel mag er niet toe leiden dat die maximumgre­ns overschred­en wordt.

Hiermee maak ik hopelijk duidelijk dat kinderbijs­lagen die afgebouwd worden voor hogere inkomenstr­ekkers, het equivalent zijn van hogere marginale belastingt­arieven voor gezinnen met kinderen. Die leiden vaak tot hogere werklooshe­idsen promotieva­llen.

Nogal wat opiniemake­rs ter linkeren rechterzij­de bepleiten de afbouw van kinderbijs­lagen en dus impliciet ook van hogere marginale belastingt­arieven voor gezinnen met kinderen. Zij moeten zich evenwel beraden over de vraag waarom hogere afromingsp­ercentages wel verantwoor­d zijn voor gezinnen met kinderen en niet voor alleenstaa­nden en gezinnen zonder kinderen.

Overigens is het vreemd dat er geen pleidooien worden gehouden om bijvoorbee­ld pensioenen te beperken voor wie een groot vermogen heeft. Ik ben er geen voorstande­r van, net zomin als van inkomensaf­hankelijke kinderbijs­lagen.

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium