Wie actieplan niet tekent, krijgt geen subsidies
Een nieuw actieplan van minister Dalle wil grensoverschrijdend gedrag in de mediawereld beteugelen. Wie het niet tekent, kan fluiten naar subsidies.
Als een speler in de mediawereld nog subsidies wil krijgen voor een project, dan zal die eerst moeten aantonen strijd te willen voeren tegen grensoverschrijdend gedrag. Dat is een van de speerpunten van een nieuw actieplan dat in voege treedt. Vlaams minister van Media Benjamin Dalle (CD&V) wil subsidies van het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) gebruiken als hefboom om engagement af te dwingen. “Om in aanmerking te komen voor productiesteun bij het VAF, zullen organisaties verplicht worden om het actieplan te ondertekenen”, aldus Dalle.
Daaraan schortte het de afgelopen jaren. Twee jaar geleden lanceerde Dalle al een actieplan tegen grensoverschrijdend gedrag, dat door 184 mediaorganisaties werd ondertekend. Dat is lang niet iedereen. “Meer dan de helft tekent niet”, aldus Dalle. Vaak gaat het om kleine bedrijven, soms zelfs eenmanszaken, “waar dat onderwerp niet top of mind is”, zegt Dalle. “Ik vermoed niet dat ze daar van kwade wil zijn.” Door de VAF-steun ervan afhankelijk te maken, wil hij dat cijfer optrekken. “Als je een subsidie wil van de Vlaamse overheid om een film of serie te maken, dan moet je je houden aan de engagementen van het actieplan.”
Door te ondertekenen alleen krijg je nog geen verandering. Bij alle bedrijven die het plan onderschreven, is het nog pover gesteld met de rapportage over incidenten – waar ze zich bij de ondertekening nochtans toe verbonden. Slechts 73 van de bedrijven, zo’n 40 procent, deed dat. Bij die rapporteringen gingen 57 meldingen over grensoverschrijdend gedrag, waarvan 23 meldingen over ongewenst seksueel gedrag.
“Geen tevreden minister”
Rapporteren wordt evenwel niet verplicht om voor VAF-steun in aanmerking te komen. “Wij gaan geen controlesysteem installeren via het VAF”, zegt Dalle. “We willen in eerste instantie dat bedrijven het actieplan doornemen en ondertekenen.” Als het VAF in de toekomst een subsidie toekent, zal het daarom ook een informatiepakket aanbieden over de contactpunten, hulplijnen, opleidingen en bestaande tools omtrent de aanpak van grensoverschrijdend gedrag.
Vandaag zegt hij dat hij “geen tevreden minister van Media” is. “De sense of urgency ontbreekt”, klinkt het. “Nog steeds gaan te weinig bedrijven hierin mee. En van de bedrijven die ondertekenen, leven er te weinig de verplichtingen na.”
Om een drempel weg te nemen, vooral voor kleinere bedrijven, wordt er een poule voor vertrouwenspersonen opgericht binnen Mediarte, het sociaal fonds van de audiovisuele sector. Daar zullen kleinere bedrijven een beroep kunnen op doen. Ook komt er meer aandacht voor het ondersteunen van minderjarigen, want er zou nog steeds onvoldoende worden geluisterd naar de stem van kinderen en jongeren op de set. De rol van kindercoaches wordt daarom verder uitgebouwd.
Ook een plan voor cultuur
Twee jaar geleden lanceerde Dalle al een actieplan tegen grensoverschrijdend gedrag. “Meer dan de helft van de bedrijven tekende toen niet”
Tegelijk krijgt ook het plan tegen grensoverschrijdend gedrag voor de cultuursector een update. Dat dateerde van zes jaar geleden. “Maar 2018 is 2024 niet”, zegt Olivier Van Raemdonck, woordvoerder van Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon (N-VA). In 2022 werd het plan doorgelicht door de Universiteit Antwerpen. Dat mondde vorig jaar uit in een rapport. Daarin stond onder meer dat het plan onvoldoende bekend was in de brede culturele sector. Het zou zich te zeer hebben gericht op de professionele podiumkunstensector. Daarnaast zou er nog steeds veel nood zijn aan preventie en kennisdeling, en zouden er voor veel werknemers in de sector, zoals freelancers, nog te veel drempels zijn om grensoverschrijdend gedrag te melden.
Het nieuwe plan zou aan die verzuchtingen tegemoet moeten komen. “Dit is een actieplan voor de brede cultuursector, met inbegrip van cultureel erfgoed”, zegt Ellis Van Miert, beleidsmedewerker op het departement Cultuur. “We zetten nu dus ook sterk in op de vrijetijdscontexten van amateurkunsten, sociaal-cultu
reel volwassenenwerk en het verenigingsleven.”