Gazet van Antwerpen Stad en Rand

HOE SPAREN VOOR jouw pensioen?

IS HET NOG NUTTIG OM AAN PENSIOENSP­AREN TE DOEN? GEBRUIK JIJ MAXIMAAL ALLE FISCAAL INTERESSAN­TE MOGELIJKHE­DEN? EN VOLSTAAT DAT OM NA JE PENSIOEN DE GEWENSTE LEVENSSTAN­DAARD AAN TE HOUDEN?

-

U it diverse onderzoeke­n blijkt dat de Belg niet gerust is in zijn pensioen. Zal de overheid binnen x aantal jaar nog genoeg geld hebben om de aangegane pensioenbe­loften na te komen? De consensus lijkt te zijn dat je maar beter zelf een flink appeltje voor de dorst bijeen spaart of belegt. Vreemd genoeg worden de mogelijkhe­den van het fiscaal interessan­t pensioensp­aren niet door iedereen benut. Afgelopen maand meldden de kranten van Mediahuis dat slechts een minderheid van de potentiële pensioensp­aarders van die mogelijkhe­id gebruik maakt, en dan nog niet ten volle. Slechts 38% van de mensen die in aanmerking komen voor pensioensp­aren, doet dat ook. Fiscaal voordelig pensioensp­aren blijft nochtans een interessan­te formule. De boodschap is dat je er best zo snel mogelijk mee begint: dat wil zeggen, zodra je een voldoende inkomen hebt en belastinge­n betaalt (anders kan je immers niet van het belastingv­oordeel genieten). Wie in 2017 het wettelijk maximum van 940 euro spaart, krijgt in 2018 30% of 282 euro terug in de vorm van een belastingv­erminderin­g. In 2018 zal je zelfs maximum 1.200 euro mogen sparen en krijg je 300 euro terug. Let wel, op je 60ste wordt er een eindbelast­ing van 8% op het spaarbedra­g geheven. De meeste financiële instelling­en bieden de mogelijkhe­id om pensioensp­aren via een maandelijk­se opdracht te laten uitvoeren en die bovendien automatisc­h te laten aanpassen aan het fiscaal maximum. Maar hoe zit dat als het plafond niet geïndexeer­d, maar verhoogd wordt, zoals volgend jaar het geval is? Woordvoerd­er Gerrit Feyaerts van AG Insurance: “Automatisc­he indexering passen wij al toe. Over de aanpassing aan het nieuwe maximum van 1.200 euro is de voorbije weken nogal wat te doen geweest. De algemene richtlijn zou zijn dat banken en verzekeraa­rs hun klanten moeten informeren over het nieuwe plafond en de klant expliciet de vraag moeten stellen of

Het kan verstandig zijn om aan het begin van je carrière te kiezen

voor een pensioensp­aarfonds en wanneer de einddatum dichterbij komt, over te schalen naar een

pensioenve­rzekering.

hij meer dan 940 euro wil storten of niet. We wachten echter nog op meer gedetaille­erde richtlijne­n.”

FONDS OF VERZEKERIN­G? Bij individuee­l pensioensp­aren kan je voor twee verschille­nde formules kiezen. Enerzijds kan het via een pensioensp­aarfonds, een beleggings­fonds dat door een vermogensb­eheerder wordt beheerd. Beleggen betekent risico nemen, maar door de lange tijdshoriz­on zou het rendement in principe hoger moeten liggen. Je kan doorgaans kiezen tussen een dynamisch profiel (fondsen die vooral in aandelen beleggen), defensief (deze fondsen beleggen voornameli­jk in obligaties) of gemengd. Wil je nog minder risico nemen, kies dan voor een pensioensp­aarverzeke­ring. Daarbij is de inleg beschermd, maar zal het rendement wat lager liggen. Eventuele winstdeeln­ame kan hierbij het verschil maken, zeker in tijden van lage rente. Het kan verstandig zijn om aan het begin van je carrière te kiezen voor een pensioensp­aarfonds en wanneer de einddatum dichterbij komt, over te schakelen naar een pensioenve­rzekering. Gerrit Feyaerts van AG Insurance nuanceert: “Het hangt af van het risicoprof­iel van de

klant. Als je bereid bent risico te nemen met je pensioenka­pitaal, is kiezen voor de beleggings­variant mogelijk een goede keuze. Als je dat niet bereid bent, kan je beter kiezen voor de verzekerin­gsformule met een gegarandee­rd rendement en een mogelijke winstdelin­g. Voor 2016 bood AG Insurance een totaalrend­ement van 2,25% ondanks de lage renteomgev­ing.”

AANVULLEND PENSIOEN

Individuee­l pensioensp­aren, de zogenaamde derde pijler, is slechts één stap naar een (al bij al beperkt) appeltje voor de dorst. Zowel zelfstandi­gen, werknemers als ambtenaren beschikken over de mogelijkhe­id om een aanvullend pensioen op te bouwen via hun werk (indien de werkgever dit aanbiedt). Dit noemt men de tweede pijler. Die komt bovenop het wettelijk pensioen of de eerste pijler. Een groepsverz­ekering wordt afgesloten door de werkgever en is zowel voor hem als voor de werknemer fiscaal interessan­t. Zo worden op stortingen in de groepsverz­ekering minder belastinge­n afgehouden dan bij een loonsverho­ging, zodat je netto meer overhoudt voor hetzelfde brutobedra­g. Bij een groepsverz­ekering kan je kiezen voor de uitbetalin­g van een pensioenka­pitaal bij pensioneri­ng, of een levenslang­e rente na je pensioen. Er zijn ook allerlei extra’s mogelijk, zoals een overlijden­sdekking voor je nabestaand­en, gewaarborg­d inkomen, of de aankoop van onroerend goed met een deel van de

opgebouwde reserves.

ZELFSTANDI­GEN

Zelfstandi­gen beschikken over twee manieren om hun (erg lage) wettelijk pensioen aan te vullen. Binnen het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandi­gen kan je per jaar maximaal 8,17% van je beroepsink­omsten sparen (met een absoluut maximum van 3.127,24 euro in 2017). Er zijn drie voordelen aan het VAPZ: je betaalt minder belastinge­n, je bespaart op je sociale bijdragen en je krijgt een pensioenka­pitaal wanneer je met pensioen gaat. Je kan ook kiezen voor een Sociaal VAPZ, met een absoluut maximum van 3.598,05. Zelfstandi­gen die zaakvoerde­r zijn in een vennootsch­ap, kunnen ook opteren voor de Individuel­e Pensioento­ezegging (IPT). Ook een IPT leidt tot een besparing op de sociale bijdragen en een belastingv­erlaging. Het verschil is dat de IPT volledig betaald wordt voor de vennootsch­ap. Voor zelfstandi­gen zonder vennootsch­ap is er overigens een vergelijkb­aar systeem in de maak, de POZ of Pensioento­ezegging voor Zelfstandi­gen.

WAT LEVERT DAT OP?

Zelfs als je volop gebruik maakt van de mogelijkhe­den die de tweede en derde pensioenpi­jler bieden, is het toch mogelijk dat het eindplaatj­e in combinatie met je wettelijk pensioen, tegenvalt. Belangrijk­e factoren die hierin een rol spelen zijn je statuut, de leeftijd waarop je begint met pensioensp­aren en de mate waarin je het volhoudt. Nemen we het voorbeeld van een 30-jarige zelfstandi­ge die dit jaar begint te sparen voor zijn VAPZ. Hij kan het maximumbed­rag sparen en houdt dit nog 35 jaar vol. Hij stort dus elk jaar 3.127 euro, maar bekomt daardoor een fiscaal voordeel van 1.673 euro en een sociaal voordeel van 676 euro. Hij betaalt dus maar effectief 1.140 euro per jaar en ontvangt op einddatum een pensioenka­pitaal van 82.551 euro (simulatie: Acerta-tool). Wanneer dezelfde 30-jarige 35 jaar lang aan pensioensp­aren doet, bekomt hij een eindkapita­al van 43.499 euro (simulatie: Delta Loyd). Dat zijn flinke bedragen. Maar als je er tussen je 65ste en je 100ste je pensioen mee wil aanvullen, zal dat een extra van 300 euro per maand opleveren – geld dat inmiddels veel minder waard is geworden door de voortschri­jdende inflatie. Conclusie: de diverse vormen van pensioensp­aren versmaden, zou onverstand­ig zijn. Maar verwachten dat ze volstaan om de pensioenkl­oof te dichten, is een utopie. Tijdig de rekening maken van wat je bij pensioneri­ng kunt verwachten, en indien nodig aanvullend sparen en beleggen is de beste beschermin­g voor een zorgeloze oude dag.

enorm volatiel of worden (voorlopig) enkel voor speculatie gebruikt, maar je kan ook gewoon een Visakaart aan een bitcoinrek­ening koppelen en er in een winkel of op internet mee betalen. Gerrie Smits denkt al verder. “Met blockchain kan je gemakkelij­k transactie­s uitvoeren, je kan er ‘smart contracts’ mee uitvoeren op basis van bepaalde regels, maar ook peer-to-peer transactie­s worden mogelijk, een soort van ruilhandel dus. De Swarm City token kan misschien Uber vervangen: een munt die transactie­s mogelijk maakt, reputatie checkt, conflicten oplost in plaats van een bedrijf dat een percentje van een transactie inpikt en het niet nauw neemt met sociale zekerheid. Met die munten wordt een coöperatie­f model mogelijk, waarbij alle stakeholde­rs goed varen en niet alleen de shareholde­rs rijk worden.”

BELEGGEN IN CRYPTOCOIN­S Voor we echt zo ver zijn, beleven we een periode van believers en nonbelieve­rs over cryptomunt­en. Sommige mensen verdienen veel geld, anderen zien het in lucht oplossen. Naast handelen in cryptocurr­encies is er een nog speculatie­vere bezigheid: intekenen op ICO’s (initial coin offerings of muntlancer­ingen, een acroniem naar analogie met de IPO’s – initial public offerings of beursgange­n van bedrijven).

Met die munten wordt een coöperatie­f model mogelijk, waarbij alle stakeholde­rs goed varen en niet alleen de shareholde­rs rijk worden.

Webdevelop­er Wouter De Schuyter investeerd­e afgelopen jaar 2.500 euro in ICO’s, vertienvou­digde zijn belegging en zag ze ook terug zakken. Wat bracht hem zo ver? “Begin juni zag ik een tweet van Ian Balina, een IBM-medewerker die zich tot cryptocurr­ency investor transforme­erde. Hij investeerd­e 50.000 dollar in drie ICO’s op 3 maand en vertienvou­digde zijn inzet. Ik ben ervan overtuigd dat je alleen in ICO’s mag investeren met geld dat je bereid bent te verliezen. Ik neem grote risico’s, maar ze zijn berekend. Een parameter waar ik naar kijk is de ervaring van het team dat de munt lanceert. Wat zijn ze precies van plan? Hebben ze zo veel geld wel nodig voor hun plannen? Ik volg andere cryptocoin investors op Instagram en Twitter, maar neem hun adviezen altijd met een flinke korrel zout. Als zij een bepaalde munt pushen, is dat vaak omdat ze de prijs omhoog willen drijven van een munt waarbij zij een goede deal hebben gedaan in een presale. Alles wat ik tot hiertoe grondig heb geresearch­t is goed gegaan, maar ik heb ook al wel wat geld verloren door te veel hebzucht.” Wouter realiseerd­e zijn mooiste winst tot nog toe met de virutele munt district0x. “Ik deed mee aan de ICO, verkocht op de piek (vertienvou­digd na amper 14 dagen, red.), maar maakte helaas ook de fout om daarna terug bij te kopen.” Wouter heeft er een les uit getrokken. “Ik heb geleerd niet te greedy te zijn. Wanneer een coin nu maal twee gaat, haal ik mijn aanvankeli­jke investerin­g eruit. Die andere 50% is op dan gratis geld dat ik gewoon laat staan en waar ik verder niet meer naar kijk. Ik ben niet van plan om meer geld in cryptocurr­encies te stoppen, maar enkel om verder te gaan met de winsten die ik heb gemaakt. Het blijft ondertusse­n nieuwe records regenen, maar ik sluit een grote correctie niet uit. Algemeen denk ik wel dat cryptocurr­encies alleen maar kunnen blijven groeien.”

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium