Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Mijn idealen weiger ik opzij te schuiven”
Op 5 mei 1818 zag in Trier ene Karl Marx het levenslicht. Tweehonderd jaar na datum geeft acteur Johan Heldenbergh (50) gestalte aan de filosoof. “In deze theatermonoloog kijkt Marx met de ogen van nu terug op zijn erfenis.”
Nadat The Broken Circle Breakdown hem tot in Hollywood bracht, bleef de internationale filmwereld Johan Heldenbergh gunstig gezind met een hoofdrol in The Zookeeper’s Wife, een Amerikaanse prent met Jessica Chastain. Sinds lang staat de OostVlaming nog eens op de planken met Marx, een filosofenportret uit de reeks van Stefaan Van Brabandt. Deze theatermaker/filosoof wijdde eerder met Bruno Vanden Broecke al een monoloog aan Socrates.
Wat haalde je voor deze theaterrol over de streep, Johan?
Johan Heldenbergh: Inmiddels is het drie jaar geleden dat ik nog op de planken stond. De laatste jaren heb ik gefilmd in Frankrijk en in Duitsland, en ik begon de creatieve pulsaties uit het theater te missen. Toneel beschouw ik toch nog altijd als mijn beroep en passie. Bovendien vind ik dit project inhoudelijk zinvol, zowel maatschappelijk als artistiek. Ik kan er ook mijn engagement in kwijt. Had je voorheen voeling met de figuur van Marx?
Zeker, ik was een puber in de jaren tachtig. Aan het einde van de Koude Oorlog heerste er een overkoepelend gevoel van ‘no future’. Ik was een idealistische dromer. Als jongeman heb ik wel geflirt met het communistische gedachtegoed. Een marxist ben ik evenwel nooit geweest, omdat ik als pacifist niet in staat was de revolutiegedachte te omarmen. Ik durf mij nog steeds heel erg links te noemen. Mijn idealen weiger ik zomaar opzij te schuiven, omdat ze naïef, of niet meer in de mode zouden zijn. Hoe vertalen jullie Marx naar het theater?
Vanuit het heden nemen we op het podium de ideeën van het Communistisch Manifest en van Das Kapital onder de loep. Karl Marx zet zijn ideeën uiteen, zoals ze bedoeld waren, en niet zoals ze later verkeerd op de wereld zijn losgelaten. Het marxisme van bij de Chinese en Russische boerengemeenschappen, of van Ceaucescu en Pol Pot weerleggen we. Dat soort marxisme deed de persoonlijke vrijheid, levensvreugde en democratie volledig teniet, terwijl voor Marx net de begrippen vrijheid en democratie centraal stonden. Marx was eigenlijk een liberaal. Vanuit zijn liberalisme pleitte hij voor vrijheid voor álle mensen. Marx’ communisme is veeleer een bevrijding van de doctrine. Als mens krijg je elke dag weer een bril opgezet door de ideologie waarin je leeft, ook door het kapitalisme. Je kijkt niet meer echt naar de wereld, maar door de bril van die ideologie. Marx wou die bril afrukken en ons weer echt naar de wereld leren kijken.
Wat leert Marx ons vandaag nog?
Zijn Communistisch Manifest is het meest invloedrijke politieke pamflet ooit. Marx heeft de volledige 20ste eeuw beheerst. Tot op vandaag worden al onze politieke verhoudingen mee gekleurd door zijn filosofie. Die ideologische bril hebben we nog steeds op. Wij verkondigen mantra’s die we zelf niet goed begrijpen, maar waarvan we aannemen dat ze waar zijn. Zoals dat er geen alternatief zou zijn voor onze constante zucht naar economische groei. Nog steeds is er een ongelooflijk groot schisma tussen arm en rijk. Mensen leven in de waan dat dat normaal is. Dat we het recht op vrijheid, een vol leven, moeten verdienen. Marx zegt dat iederéén dat verdient. Maar wij blijven geloven in de Amerikaanse droom die vrijheid belooft als je maar hard genoeg werkt. Misschien is die droom wel niet juist. Hij moet minstens ter discussie kunnen worden gesteld. Men denkt bij Marx eerder aan een politicus dan aan een filosoof. Wie haalt de overhand?
Marx’ werk is best wel filosofisch, omdat hij het vooral heeft over die ideologische bril en over de toekomst waarin de mens verkeert. Marx laat je nadenken over waarom je denkt wat je denkt. Natuurlijk had zijn filosofie veel politieke repercussies, net omdat Marx het als filosoof ook als zijn taak zag om dingen te veranderen. In het Communistisch
Manifest staat dat het niet alleen de taak is van de filosoof om de wereld te bestuderen, maar hem ook daadwerkelijk te veranderen. Een filosoof moet die handschoen durven opnemen.
“Overal zie ik kansen om het beter te maken. Misschien zou ik geen slechte politicus zijn.” JOHAN HELDENBERGH Acteur