Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Deradicaliseringsindustrie zet geen zoden aan de dijk”
Vlaams minister Liesbeth Homans (N-VA) maakt 438.000 euro vrij voor een project rond counter-narratives of tegen-verhalen om extremistische boodschappen online te ondermijnen. Op het eerste gezicht een lovenswaardig voornemen. Maar alle goede intenties van de overheid ten spijt, hebben wetenschappelijke analyses van gelijkaardige projecten in de VS al meermaals aangetoond dat ze falen. En dat is niet zo verwonderlijk, gezien het hardnekkige anti-islamsentiment waarin we vandaag leven. Of dit project wel opgewassen zal zijn tegen het exclusieve, vaak polariserende beleid dat onze overheid voert, is nog maar de vraag. Ik zie in ieder geval bitter weinig antwoorden op de groeiende kloof tussen moslims en niet-moslims. Evenmin zie ik toereikende inspanningen voor een pluralistisch beleid. De Vlaamse overheid vertikt het om nog meer moskeeen te erkennen. In augustus was er ook grote heisa over een afbeelding van een vrouw met hoofddoek in een wervingscampagne van de Vlaamse overheid. En vorige maand werden naar aanleiding van de geplande uitzending van twee islamitische vrijdagpreken meteen alle uitzendingen van erediensten in vraag gesteld. Dat genereert bij moslims de perceptie dat ze tweederangsburgers zijn. Hiertegen is niet één counter-narrative-programma opgewassen. In plaats van de eigen verantwoordelijkheid met subsidies af te kopen aan de deradicaliseringsindustrie, lijkt het me zinvoller te investeren in een meer inclusief beleid waarin elke gemeenschap in zijn waarden wordt erkend.