Etterende blaar op wijsvinger en last van tenen

Kenny Dehaes, 93ste

WB Aqua Protect Veranclassic Zevende deelname

Zeventien minuten en zevenenveertig seconden na Peter Sagan reed Kenny Dehaes (33) over de aankomstlijn in Roubaix. Op de 93ste plaats.

“Morgen doet sowieso alles pijn”, zegt hij. “Maar nu voel ik vooral mijn wijsvinger.”

Onder de koershandschoen blijkt daar een lelijke, etterende blaar te zitten.

“Ook van mijn tenen heb ik last. Er was een probleem met de kousen.”

Op de linkerknie van Dehaes zitten witte plakkers met een haas er op.

“Maar dat is een oude blessure”, zegt hij. “Opgelopen in de Driedaagse. Twee dagen geleden is die wel opnieuw opgegaan. Al bij al viel het mee vandaag. Dit is mijn zevende Roubaix en drie keer zat ik in de vroege vlucht. Dat is toch zwaarder.”

Het was meteen op de eerste kasseistrook van Troisvilles à Inchy dat de wedstrijd in de soep draaide voor Dehaes.

“Daar zat ik vast achter een valpartij. En nadien kreeg ik nog een hongerklop op Carrefour de l’Arbre. Als je hier dan op de piste binnenkomt, valt er duizend kilo van je schouders. Ik reed samen binnen met ploegmaat Julien Stassen, voor wie het de eerste Roubaix was. Geniet ervan, maat, heb ik gezegd. Dit is voor elke renner een mooi moment.”

Dehaes doet zijn verhaal anoniem in het gras, terwijl achter hem net winnaar Peter Sagan op het podium stapt.

“Nu hadden we moeten binnenkomen”, grapt hij. “Dan was het precies alsof al dat applaus voor ons was geweest.”