Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Een Nobelprijs voor wie het comité weer kan verzoenen
Koning grijpt uitzonderlijk in om einde te maken aan schandalen
Crisis in het nobelprijscomité voor Literatuur. Zo erg, dat drie van de achttien leden opstapten. Om het imago van zijn land te beschermen, wil de Zweedse koning Carl XVI Gustaf de instelling hervormen. Dat is in haar meer dan tweehonderdjarige bestaan nog nooit gebeurd.
“Door de gebeurtenissen van de voorbije maanden overweeg ik om de statuten van de Zweedse Academie aan te passen. In de toekomst krijgen leden misschien het recht om de instelling te verlaten.” Met die woorden gebruikt de Zweedse koning Carl XVI Gustav uitzonderlijk zijn koninklijke macht.
De Zweedse Academie, verantwoordelijk voor onder meer de Nobelprijs voor Literatuur, ligt al een halfjaar onder vuur. De echtgenoot van jurylid Katarina Frostenson wordt beschuldigd van aanranding en verkrachting, gesjoemel met geld en het voortijdig lekken van minstens zeven Nobelprijswinnaars. Haar rol binnen de Academie staat ter discussie. Probleem: Frostenson kan niet weg. De achttien leden van de Academie zijn voor het leven benoemd en worden pas vervangen na hun overlijden. Zelfs de stoel van iemand die opstapt wordt niet gevuld zolang die persoon leeft. Tenzij iemand wordt weggestemd door de andere leden, wat in de meer dan tweehonderdjarige geschiedenis van de Academie nog maar één keer gebeurde. Dat proces moest ook Frostenson ondergaan, maar ze kreeg steun van een aantal collega-juryleden.
Regelrechte catastrofe
Kjell Espmark, Klas Östergren en Peter Englund, drie leden die wél tegen Frostenson stemden, stapten prompt op. “Als leidende stemmen vriendschap en andere irrelevante overwegingen voor integriteit stellen, kan ik niet langer deelnemen aan het werk”, reageerde Espmark in de Zweedse media.
In Zweden wordt nu gevreesd voor de reputatie van haar be- roemde instelling. Minister van Cultuur Alice Bah Kuhnke noemt het “verontrustend” en verwacht dat “academieleden hun verantwoordelijkheid nemen”. De media spreken van een regelrechte catastrofe.
En nu lijkt de koning het heft in eigen handen te nemen. “Als beschermheer heb ik de autoriteit om de regels van de Academie te veranderen.” Dat zou de eerste keer zijn sinds de oprichting ervan in 1786 door koning Gustav III. Als zijn suggesties effectief worden doorgevoerd, zouden de opgestapte leden vervangen kunnen worden.
De mededeling volgt op een overleg tussen de koning en Sara Danius, de secretaris van de Academie. Zij moet het schandaal onder controle krijgen, maar daar lijkt ze grandioos in te mislukken. In een opiniestuk van een van de leden, wordt ze omschreven als “de slechtste secretaris sinds 1786” en zou zij de oorzaak zijn van alle problemen.
Kjell Espmark
Opgestapt lid
“Als leidende stemmen vriendschap en andere irrelevante overwegingen voor integriteit stellen, kan ik niet langer deelnemen.”