Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Leven in ee een latrelatie:e: de pro’s n en de contra’stra

Waarom kiezen koppels voor latrelatie?

- ILSE PRINSEN

Lieve en Aljosja, nog steeds gelukkig getrouwd na hun klik in het VTM-programma Blind Getrouwd, houden het bij een latrelatie. Zij zijn lang niet alleen. Vooral met een echtscheid­ing achter de rug opteren nieuwe stellen er vaak voor om niet te gaan samenwonen. Er zijn heel wat pro’s en contra’s, getuigen twee koppels uit de regio Antwerpen.

Living apart together: samen, maar toch niet de hele tijd. Lieve en Aljosja behouden elk hun stekje en kiezen voor een latrelatie, hoewel gehuwd dankzij Blind Getrouwd. Voor hen werkt dat op dit moment prima. Maar hoe bekijken koppels, die al jaren in deze constellat­ie van niet-samenwonen leven, deze relatievor­m? Wij vroegen het aan enkele ervaringsd­eskundigen.

In hoofdzaak blijken het gescheiden veertigers of vijftigers te zijn die niet meteen opnieuw beginnen aan huisje-tuintje-boompje. Uit noodzaak, wegens de kinderen, het werk. ‘Tijd voor jezelf’, is het grote voordeel, ‘een constante verhuis’ het grote nadeel.

“Je leeft uit je valiesje en hebt eigenlijk geen thuis meer. Een bloemetje kopen? Dat heeft geen zin, want ik verblijf steeds maar drie à vier dagen op een plek. En wil je gaan joggen, dan liggen je sportschoe­nen natuurlijk net nog bij je vriend”, zo vat Katrien Buyse uit Antwerpen het pendelen naar haar vriend in Limburg samen.

Uitkijken naar huis voor twee

Het heen-en-weerreizen naar haar vriend Dirk Suykens in Ekeren begint ook voor Annika Freson uit Turnhout na drie jaar te wegen. “Tijdens de weekends en de vakanties verblijf ik bij Dirk en hij komt een avond in de week naar Turnhout”, legt zij uit. “Maar het valt me zwaar, omdat we nu twee huishouden­s hebben en ik mij in beide maar half thuis voel. Ik heb overal spullen liggen, het is telkens weer een hele verhuis. Ook mijn hond pendelt wekelijks gedwee mee. En mijn zoon, althans de weekends waarin hij niet bij mijn ex-man verblijft.”

Kinderen uit een vorige relatie blijken vaak de belangrijk­ste reden te zijn om te kiezen voor een latrelatie. “Dirk heeft uit zijn huwelijk drie zonen tussen zestien en twintig jaar. Mijn zoon is bijna achttien”, legt Annika uit. “Die wilde graag in Turnhout blijven wonen en daar zijn middelbare school afmaken. Dat maakte verhuizen naar Dirk in Ekeren al geen optie. En de omgekeerde beweging lag ook moeilijk. Dirk werkt in de Antwerpse haven en op fietsafsta­nd wonen is voor hem erg handig.”

Heeft een latrelatie voor Annika ook voordelen? “Niet meer. In het begin konden we meer genieten van me-time. Na onze scheiding had zowel Dirk als ik grote nood aan een eigen plekje en tijd voor onszelf. Maar nu kijk ik daar anders tegenaan. Het gevoel van vrijheid kun je ook behouden als je samenwoont”, vindt Annika.

“Tijd maken voor hobby’s en vrienden blijft in onze relatie belangrijk. Ikzelf ben hobbyfotog­raaf en Dirk is op dit eigenste moment in Griekenlan­d aan het bergbeklim­men. En dat kan hij ook blijven doen wanneer we samenwonen.” Denken ze dan toch aan een gezamenlij­k stekje? “Ja, de tijd is rijp om op zoek te gaan naar een woonst voor ons beiden. We hebben na drie jaar gemerkt hoe goed we samen functioner­en. Bovendien gaat mijn zoon volgend jaar op kot, wat een verhuis voor mij gemakkelij­ker maakt. Dirk en ik gaan dus stilaan uitkijken naar een huis voor ons beiden in de buurt van Ekeren. Het pendelen naar mijn werk in Merksplas neem ik er graag bij.”

Samen acht kinderen

Samenwonen is voor Ingrid Rousseau uit Merksem en Robby Keirsmaeke­rs uit Niel voorlopig niet aan de orde. Ook bij hen maken vooral de kinderen dat problemati­sch. “Robby en ik hebben nu bijna vijf jaar een latrelatie”, doet Ingrid hun verhaal. “Ik heb twee zonen uit mijn vroeger huwelijk, prille twintigers die nog bij mij wonen. En Robby kreeg maar liefst zes zonen, tussen twaalf en twintig jaar. In totaal hebben we dus acht jongens”, lacht ze.

“Toen we elkaar ontmoetten, vreesde ik dat Ingrid zou afknappen op mijn grote kroost”, vertrouwt Robby ons toe. “Maar zij vond het geen probleem. Alleen maakt dat een huis delen wel moeilijk. Mijn twee oudste zonen wonen namelijk bij mij. De andere vier leven op weekdagen bij mijn ex-vrouw, maar komen in de weekends naar hier. Ik heb dus al vijf slaapkamer­s nodig.”

Ook los van de kinderen weifelt Ingrid wat alvorens opnieuw tussen vier muren te gaan leven met een man.

“Ik heb een bijzonder moeilijk huwelijk achter de rug. Hevige ruzies waren dagelijkse kost. Nu ben ik bang om de hele tijd op elkaars lip te zitten”, bekent ze. “Ik denk mentaal niet klaar te zijn om weer die stap te zetten. Gelukkig begrijpt Robby dat. Maar mettertijd zal ik wel willen samenleven met hem, want we hebben een fantastisc­he relatie. Er zijn dagen waarop ik ernaar hunker om constant bij hem te zijn. We missen elkaar, kijken elke week reikhalzen­d uit naar het weekend. Gelukkig bestaat er zoiets als een telefoon.” Op vrijdagavo­nd trekt Ingrid steevast naar Niel om op maandagoch­tend terug te keren naar Merksem. “Geen van ons beiden heeft een auto”, vertelt Robby. “Ingrid neemt soms de bus, maar meestal overbrugt ze die afstand met de fiets. Toen ik dat eens probeerde, was ik bekaf”, lacht hij.

“Ik ben dan ook al zeer vroeg uit de veren alvorens in Wilrijk aan mijn job als vuilnisoph­aler te beginnen. ’s Avonds kan ik pas laat in mijn zetel ploffen, want ik beredder mijn huishouden goed: ik kook, doe de was en de plas voor mijn twee oudste zonen, houd het huis netjes. En in de weekends kookt Ingrid met veel liefde voor mijn zes jongens. Soms komt ook een van haar zonen mee, en die voetbalt dan samen met mijn bende. Het is leuk om te zien hoe mijn jongens al een hechte band hebben opgebouwd met Ingrid.”

”Wil je met mij trouwen?”

Robby neemt me even apart. “Ingrid is een vrouw uit de duizend. De hele week tel ik af naar het weekend. Ik zou het zalig vinden om ooit met haar samen te leven, maar ik weet dat het niet voor meteen zal zijn. Eerst moeten mijn kinderen oud genoeg zijn. Het kan dus nog wel tien jaar duren. Ik ben nu 47 en wie weet valt mijn pensioneri­ng wel samen met het moment waarop we samen een nestje bouwen. Dan kunnen we met ons tweetjes nog meer genieten van het leven.”

Deze openhartig­e, goedlachse ‘beer van een vent’ lijkt plots wat verlegen te worden. “Ik heb al een verlovings­ring voor Ingrid gekocht, maar wacht op het gepaste moment om haar ten huwelijk te vragen.”

Hij wikt zijn woorden om de juiste formulerin­g te vinden. “Ik zou langs deze weg willen vragen of mijn lief schatje met mij wil trouwen.” Wij wensen hen alvast alle geluk, in een latrelatie of samen onder één dak.

Ingrid Rousseau heeft bijna vijf jaar latrelatie met man uit Niel “We missen mekaar en kijken elke week reikhalzen­d uit naar het weekend. Gelukkig bestaat er zoiets als een telefoon.”

Annika Freson heeft latrelatie met man uit Ekeren “Het valt me zwaar omdat we twee huishouden­s hebben. En ik heb overal spullen liggen. Het is telkens weer een hele verhuis.”

 ??  ??
 ?? FOTO RR FOTO JORIS HERREGODS ?? meer. heeft een latrelatie geen voordelen Voor Dirk Suykens en Annika Freson van me-time. Nu zien we dat anders.” “In het begin konden we meer genieten Ingrid Rousseau en Robby Keirsmaeke­rs zouden het zalig vinden om ooit samen leven. Robby: “Langs...
FOTO RR FOTO JORIS HERREGODS meer. heeft een latrelatie geen voordelen Voor Dirk Suykens en Annika Freson van me-time. Nu zien we dat anders.” “In het begin konden we meer genieten Ingrid Rousseau en Robby Keirsmaeke­rs zouden het zalig vinden om ooit samen leven. Robby: “Langs...
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium