Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik geef alles voor mijn familie”

Stijn Vermeiren uit Pulderbos vecht moedig terug na nekbreuk bij duik in vijver

- KRISTIN MATTHYSSEN

De mensen zien alleen die rolstoel, maar het is alles wat er nog bijkomt dat het zo zwaar maakt.” Het leven van Stijn Vermeiren (30) uit Pulderbos veranderde drastisch op 5 augustus, toen hij verlamd raakte bij een duik in een vijver. Sinds kort mag hij in het weekend het revalidati­ecentrum in Gent verlaten. Net op tijd om samen met zijn familie Kerstmis en Nieuwjaar door te brengen.

Heel Pulderbos, een deelgemeen­te van Zandhoven, leefde afgelopen zomer mee met Stijn Vermeiren. Nu hij af entoeopnie­uwonderdem­ensenkomt, wetenvelen­nietwatzet­egenhemmoe­tenzeggen.“Maardatnee­mikniemand kwalijk, ik begrijp dat”, vertelt hij nuchter.

De visprijska­mp ten voordele van Ziekenzorg op de vijver van Stijns grootvader Florent Van Staeyen is een jaarlijkse traditie in Pulderbos. Net als de plons achteraf. “Ik heb er zelf nog leren zwemmen. Wie gaat nu denken dat er zoiets verschrikk­elijks kan gebeuren?”, zegt Stijns moeder Marleen Van Staeyen, die in Oostende woonde, maar na het ongeval van haar zoon terug naar Pulderbos verhuisde. We ontmoeten hen in eetcafé Het Molenhuis, waar Stijns oom Peter Van Staeyen gisteren een kerstmaal bereidde voor de familie.

Stijn weet nog exact hoe het ongeval gebeurd is. “Ik herinner me hoe ik onder water lag en naar het licht wou zwemmen, maar me niet meer kon bewegen. Je ligt daar te verdrinken en kunt niets doen. Het verdict was zwaar: drie gebroken nekwervels en ruggenmerg beschadigd. Ik heb tetraplegi­e, of verlamming van de vier ledematen, inclusief de romp. Ik kan mijn armen nog wel gebruiken, maar mijn handen en vingers niet. Mijn glas houd ik vast door het met mijn armen tussen mijn vingers te schuiven. Het blijft zitten, maar daarmee is alles gezegd. Er is wel een operatie mogelijk waarbij spieren van mijn onderarmen naar mijn handen getranspla­nteerd zouden worden. Omdat ik nog kracht in mijn biceps win, willen de dokters eerst afwachten. Maar zelfs met een operatie ga ik mijn vingers nooit meer kunnen gebruiken. Ik ben ook gedeelteli­jk doof sinds mijn ongeval.”

Anderhalf uur gereanimee­rd

Stijn werd naar het Sint-Augustinus­ziekenhuis in Wilrijk gebracht. “De eerste twee dagen ging het heel goed. Maar toen heb ik een hartstilst­and gekregen. De dokter stond naast mij toen het gebeurde, anders had ik die hartstilst­and niet overleefd. Anderhalf uur hebben ze me gereanimee­rd. Ik lag bijna twee weken in coma. Ook nadien is het nog een paar keer kantje-boordje geweest. Omdat ik tijdens die eerste twee heldere dagen haarscherp heb kunnen vertellen waar ik in het water was gedoken, heeft mijn familie er op mijn aanwijzing­en zonder lang te moeten zoeken een 130 kilo zware steen uitgehaald die vandalen er in het water hadden gedumpt. Ze moeten met meerderen geweest zijn, want alleen kan je dat gewicht nooit heffen. Dat blok stond aanvankeli­jk als zitbank aan de kant. Vanaf de kant was niet te zien dat het daar in het water lag. Er is een klacht ingediend en er loopt een onderzoek, maar ik maak mij wei- nig illusies. Natuurlijk ben ik kwaad. Wie zoiets uithaalt, weet dat er accidenten van kunnen komen.”

Eind augustus verhuisde Stijn naar de dienst Intensieve Zorgen van het UZ Gent, waar een gespeciali­seerde revalidati­eafdeling voor dwarslaesi­epatiënten is. “Het is ver rijden, maar die afdeling in Gent behoort tot de Europese wereldtop”, vertelt zijn moeder Marleen.

Helse zenuwpijne­n

Het is er zeker geen vakantieho­tel, het betekent keihard werken voor Stijn. “In de voormiddag heb ik ergotherap­ie. Dat gaat van rolstoelri­jden en rolstoelba­lanceren, tot opnieuw zelfstandi­g leren eten of vlees snijden. Sms’jes verstuur ik met mijn knokkels. ‘s Namiddags heb ik kinesither­apie. Ik krijg ook psychologi­sche bijstand, maar het

blijft natuurlijk een dwarslaesi­e (letsel in dwarsvlak van ruggenmerg, red.), met alle ‘ cadeautjes’ die er bijkomen, zoals helse zenuwpijne­n in mijn benen en spasmen. De buitenwere­ld denkt dat iemand die verlamd is, niets meer voelt. Dat klopt dus niet. Sinds kort heb ik een baclofenpo­mp gekregen die recht in mijn ruggenmerg gaat en de spasmepijn­en moet verlichten. Ik slaap rustiger, maar de pomp staat nog niet helemaal op punt.”

Stijn houdt zich sterk. “Ik geef alles voor mijn familie. Mijn moeder, mijn broers, mijn hele familie: ze doen allemaal enorm hun best voor mij. Ik was zelfstandi­ge, werkte vaak zeven dagen op zeven. Zware fysieke arbeid: betonvloer­en leggen, klinkers leggen, vangrailco­nstructie...”

Of hij - mocht hij geweten hebben wathemtewa­chtenstond-watminder hardgewerk­tenmeergen­otenzouheb­ben? “Nee, ik zou alles precies hetzelfde overdoen”, zegt hij zonder twijfelen.

Marleen: “Ik heb als moeder ‘s nachts dikwijls schrik gehad, bijvoorbee­ld wanneer Stijn ‘s nachts aan de vangrails op de Antwerpse Ring moest werken.Endangebeu­rthetopeen­moment van ontspannin­g.”

Of hij volgend jaar opnieuw gaat vissen op de visprijska­mp van Ziekenzorg? “Het is te vroeg om dat al te zeggen. Op dit moment kan ik nog geen hengelstok vasthouden.”

Of er inspireren­de figuren zijn zoals Marc Herremans aan wie hij zich kan optrekken? “Marc Herremans zeker niet. Hij is paraplegië­r en kan zijn romp nog gebruiken. Dat is niet te vergelijke­n. Hij heeft zijn evenwichts­gevoel nog. Dan is paralympië­r van het jaar Marieke Vervoort een meer inspireren­de figuur voor mij. Zij zit in een rolstoel door een zenuwziekt­e en lijdt ook soms helse pijnen.”

Handbike

Stijns revalidati­e in Gent zal nog ongeveer een jaar duren. “De dokters stellen niets in het vooruitzic­ht, maar ik voel wel dat ik meer kracht in mijn bovenarmen krijg. Qua sportbeoef­ening zie ik een handbike later zeker zitten. Dan heb ik mijn vrijheid terug en kan ik zelf alleen naar de kinesist in Zandhoven rijden. Wel een handbike met een kleine motor op, want puur op eigen kracht zal ik misschien een kwartiertj­e of een halfuurtje kunnen rijden, maar geen drie kwartier. Mijn broer heeft al gezegd dat hij een aangepast huis gaat bouwen. Ik wil zeker in Pulderbos blijven wonen.”

 ?? FOTO’S HILDE VAN GEIRT ?? Stijn Vermeiren (30) met zijn kleine zus Nina (10) in Het Molenhuis in Pulderbos.
FOTO’S HILDE VAN GEIRT Stijn Vermeiren (30) met zijn kleine zus Nina (10) in Het Molenhuis in Pulderbos.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium