Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Hart vasthouden als het rekenen begint
Er komt dan toch een hervorming van de vennootschapsbelasting. Minister van Financiën Johan Van Overtveldt heeft een eerste aanzet klaar. De vennootschapsbelasting verlaagt van 34% naar 20%. De inkomsten die de overheid daarmee verliest, worden binnengehaald door de afschaffing van een heleboel aftrekposten op de belastingbrief van bedrijven en door enkele andere maatregelen. Van Overtveldt denkt bijvoorbeeld aan een verhoging van de roerende voorheffing van 27% naar 30% op dividenden van aandelen. Bedrijven en economisten reageren positief. Een verlaging van de vennootschapsbelasting was stilaan onvermijdelijk geworden. België heeft de hoogste van Europa en bovendien was het systeem van de aftrekposten veel te ingewikkeld.
Een eenvoudig en duidelijk belastingtarief dat bedrijven meer zuurstof geeft, hen de kans biedt om te investeren en meer mensen aan het werk te zetten, wie kan daar tegen zijn? Bovendien zitten de twee regeringspartijen N-VA en CD&V eindelijk eens op een lijn. Na het gekibbel van de voorbije weken, doet dat deugd.
Maar we moeten die verlaging wel kunnen betalen, en dat wordt een moeilijke zaak. Het is namelijk niet helemaal duidelijk wat die verhoging van de roerende voorheffing voor effect zal hebben. Zal ze genoeg opbrengen om de put te dempen? Zal ze de kleine beleggers niet ontmoedigen? Het zou niet de eerste keer zijn dat deze regering zich rijk rekent. De veel besproken speculatietaks bijvoorbeeld, voor beleggers die binnen de zes maanden hun gekochte aandelen weer verkopen, heeft uiteindelijk nauwelijks iets opgebracht. En vorige week nog moest minister Van Overtveldt toegeven dat hij de fiscale inkomsten had overschat. Er moet dus 2,4 miljard extra gevonden worden.
Dat soort rekenwerk vergroot het vertrouwen van de bevolking in de regering niet bepaald. Dat vertrouwen is ook al geschonden omdat de ministers moeiteloos een belangrijke verkiezingsbelofte hebben gebroken. Toen ze eraan begon, beloofde de regering-Michel dat tegen 2018 de begroting in evenwicht te hebben, maar dat lijkt nu voor iedereen een onhaalbare kaart, en dus wordt dat evenwicht voor onbepaalde tijd uitgesteld. Een strategie die op termijn gevaarlijk kan zijn.
Na al deze ontwikkelingen houdt een mens zijn hart vast als onze ministers aan het rekenen slaan. Laten ze het alsjeblieft voor een keer grondig doen. En vooral eerlijk. Inkomsten beloven die er uiteindelijk niet komen, de burger wordt dat stilletjes aan beu.