Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Rode lantaarn Westerlo stunt met 12zege bij Anderlecht
Westerlo legt ongeïnspireerd Anderlecht over de knie
Wie had dit verwacht? Westerlo rode lantaarn, 1 op 21, zeven wedstrijden op rij verloren kwam winnen op het veld van Anderlecht. Een verrassing van formaat. En ook al was er discussie of het tweede doelpunt van de Kempenaars volledig over de doellijn was, Anderlecht heeft deze nederlaag aan zichzelf te wijten. “Het was een schandalige vertoning.”
15 maart 2015. Zolang was het geleden dat Anderlecht nog eens verloor in eigen huis. Dan verwacht je niet dat rode lantaarn Westerlo - tot gisteren met 1 op 21 zelfs vijf punten achter de voorlaatste - eventjes komt winnen in het Astridpark.
Maar het gebeurde dus wel. Dan mag het nog een twijfelgeval zijn of de 1-2 van Rommens helemaal over de doellijn was, Anderlecht heeft deze nederlaag over zichzelf afgeroepen. Het speelde te traag en te ongeinspireerd. Als Westerlo over negentig minuten meer uitgespeelde kansen krijgt, dan heb je gewoon gefaald als Anderlecht. Voor Westerlo - dat met een groot hart speelde - was het nog maar de tweede overwinning in het Astridpark sinds de club bestaat.
Gegoochel met systemen
Extra pijnlijk voor paars-wit: uitgerekend de door Anderlecht uitgeleende Michaël Heylen zette Westerlo op weg naar de zege. Het was nog maar zijn eerste competitiedoelpunt ooit, het tweede in zijn profcarrière. Op het moment van zijn doelpunt was die voorsprong voor Westerlo zelfs niet onverdiend. Anderlecht lukte nog wel de gelijkmaker, maar liet zich bij de eerste tegenaanval daarna veel te makkelijk aftroeven. Kara liep nog steeds in de spits en Acheampong stond ook veel te hoog. Eén tegenaanval en de achterstand was alweer een feit: 1-2.
Westerlo? De rode lantaarn? Met 1 op 21? Oké, dan kunnen we eens iets uitproberen. Zo moet het ongeveer gegaan zijn toen René Weiler met zijn assistenten de tactiek voor deze wedstrijd bepaalde. Het leek voor de Zwitserse coach de ideale tegenstander om het succesvolle tweespitsensysteem van tijdens de tweede helft in Genk eens van bij de aftrap uit te proberen. Daardoor stonden er met Teodorczyk, Harbaoui, Hanni, Stanciu en Chipciu vijf aanvallers aan de aftrap. Maar het spel was te traag en Anderlecht kon alleen dreigen met lange ballen.
Slecht gegokt. Deze keuze zorgde helemaal niet voor een paars-witte overrompeling. Anderlecht kreeg zelfs amper kansen. Wat een week geleden nog een succesfor- mule bleek te zijn, was dat dit keer niet, waardoor Weiler tijdens de rust weer van tactiek veranderde en met de inbreng van Capel voor Harbaoui opnieuw voor een 4-3-3 koos. “In de eerste helft was er amper ruimte, de spitsen moesten de ballen te ver van de zestien komen halen”, legde Weiler uit. “Daarom heb ik het systeem veranderd
en in de eerste tien minuten na de rust zie je dat we enkele goede mogelijkheden ( Capel miste onbegrijpelijk voor een leeg doel,
red.) kregen, maar door het tegendoelpunt was de moraal wat weg. Maar weet je, of je nu met één of met twee spitsen speelt, dat is niet van tel. Wel is het belangrijk hoe de spelers bewegen. In eender welk systeem.” Na de Westelse voorsprong ging Weiler zelfs zonder verdedigende middenvelder spelen. Met de inbreng van Bruno werd Dendoncker naar de defensie verschoven en plots was Stanciu - ingehaald als de nieuwe nummer tien - de meest verdedigende middenvelder.
“We moesten ons als ploeg wat aanpassen
aan dat systeem met twee spitsen”, zei Leander Dendoncker over de beginopstelling van zijn ploeg. “In principe zou je met zo’n systeem meer kansen moeten kunnen creëren, maar dat geldt blijkbaar niet voor ons. We moeten toch eens nadenken over die speelwijze. Maar soit, daar alleen zal het niet aan liggen. Niks ging goed. Dit was een schandalige vertoning.” De conclusie die ook René Weiler moest trekken: “Natuurlijk ben ik boos. We verdienden het niet om punten te pakken.”