Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Wout moet hopen op snelle dooi”
Tweevoudig wereldkampioen Bart Wellens verkent WKparcours
Nog vijf keer slapen en we weten wie wereldkampioen is. Uw krant trok alvast in het gezelschap van tweevoudig wereldkampioen Bart Wellens naar het Luxemburgse Bieles voor een eerste inspectie van het strijdtoneel. “Zoals het er nu bijligt, is het een parcours voor Mathieu”, zegt de ploegleider van SteylaertsVerona. Zijn analyse.
Start en finishzone
De WK-site is gelegen in het park van Bel-Val, op de grens tussen Esch-sur-Alzette en Belvaux, of Bieles. Aan de overzijde van de spoorweg ligt Frankrijk. Blijkt dat we op een oude industriële site van staalreus Arcelor Mittal staan. Met het reconversiegeld is een heus park uit de grond gestampt: shoppingcentrum, universiteit, bioscoopcomplex, concertzaal en nu dus ook tijdelijk een cyclocrosscircuit. “Start en finish liggen op deze parking”, weet Wellens. “Amai, hier gaan ze nog veel werk hebben. Zelfs de feesttenten staan nog maar half overeind. En de vipruimte is in de school zelf. Daar mogen ze pas vrijdagavond binnen.”
Zes bruggen en balkjes
Het eerste deel van het parcours oogt vrij makkelijk. “Maar er liggen wel zes bruggen”, telt Wellens. “Zo kan het publiek zich makkelijker verplaatsen. Helaas zijn de bruggen nog afgesloten omdat de tapijten nog niet zijn aan- gebracht. De bruggen maken de passage over het makkelijke gedeelte iets lastiger, maar ondanks de sneeuw is het allemaal goed berijdbaar en helemaal niet gevaarlijk. Er liggen ook balkjes. Springen? Hmm, ik denk het niet. Door de chicane er net voor ligt de snelheid laag.”
Een eerste schuine kant rondt het eerder makkelijke gedeelte af. “Toch best technisch met de bochten die ze erin hebben gelegd”, aldus de Kempenaar. “Momenteel ligt het nog hard bevroren. Als het zondag een beetje dooit, krijg je natuurlijk een ander verhaal.”
Beslissing in de Put
Het cruciale gedeelte van het parcours ligt duidelijk in de tweede helft, wanneer de renners meermaals de diepte induiken. “Twee maanden geleden was ik hier ook”, zegt Wellens. “Toen was hier nog niets. Nu is het mooi aangelegd. Eerst spectaculair naar beneden, dan via trappen omhoog om weer naar beneden te duiken. Daarna rijden we opnieuw de put uit richting tweede passage doorheen de materiaalpost. Via de laatste brug gaat het richting schuine kant weer naar beneden. Die schuine kant is sneeuwvrij en ligt er redelijk link bij. Hier zijn we ongeveer op 500 meter van de finish. En dan komt wat in mijn ogen de beslissende passage kan zijn: de laatste schuine kant. Door de noordelijke ligging ligt daar nog veel sneeuw. Wie hier bereid is het grootste risico te nemen, kan een kloofje slaan. Al heb ik gehoord dat ze nog wat zagemeel gaan strooien om de risico’s op valpartijen te verminderen. Wat volgt, is een laatste recht stuk, een nieuwe schuine kant omhoog en dan draai je al de laatste rechte lijn op.”
IJs of slijk?
Zoals zo vaak zullen vooral de weersvoorspellingen de komende dagen goed in de gaten worden gehouden. Zondagnacht dook het kwik nog twaalf graden onder nul, veel warmer dan een graadje of vier onder nul werd het gisteren niet. “De voorspellingen lopen uiteen”, heeft Wellens de situatie al bekeken. “Volgens sommige sites wordt het dit weekend zeven tot acht graden. Maar het blijft ’s nachts vriezen. De vorst gaat volgens mij nooit volledig uit de grond verdwenen zijn. Als het bovenlaagje ontdooit, zal de wedstrijd een pak zwaarder worden, wat alleen maar in het voordeel van Van Aert kan zijn. Maar zoals het parcours er nu bij ligt, is het iets voor Mathieu. En ook iceman Tom Meeusen mag je niet uit het oog verliezen.”
Conclusie
Een mooi parcours, noemt Wellens het. “Het eerste gedeelte oogt vrij makkelijk, maar de bruggen maken het lastiger. Het wordt echt leuk wanneer de renners aan de afdalingen en schuine kanten beginnen. Eerlijk, ik vind het een zeer mooi parcours en ook voor het publiek is het heel overzichtelijk. Mochten ze vandaag het WK organiseren, dan zou Mathieu van der Poel duidelijk in het voordeel zijn. Dankzij de omstandigheden, niet dankzij het werk van Adrie. Wout moet hopen dat het gaat dooien. Want dan wordt de wedstrijd een pak lastiger en dus meer in zijn voordeel.”