Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Leidersfiguur groeit uit tot kopman
Tiesj Benoot in laat ste rechte lijn naar Omloop Het Nieuwsblad
Na de Challenge Mallorca (achtste en derde) en de achtste plaats in Murcia begin Tiesj Benoot vandaag aan zijn laatste voorbereidingswedstrijd voor de klassiekers. In het chique vijfsterrenhotel in de heuvels van Monchique blikt hij een eerste keer vooruit op zijn Vlaams seizoen. “Ik ben van nature dominant en een leidersfiguur.”
Wanneer ga je een eerste keer winnen? Tiesj Benoot is die vraag stilaan beu. En terecht. De meeste renners van 22 moeten nog prof worden, hij reed al top tiens in de Ronde van Vlaanderen, de Omloop Het Nieuwsblad, Dwars door Vlaanderen, de Strade Bianche, E3 Harelbeke en Montréal en Parijs-Tours. Veelbelovend. Dat beseffen ook ploegmanager Marc Sergeant en de rest van de staf. Maar daar blijft het bij. Bij Lotto-Soudal wordt geen enkele notie van druk gelegd op de schouders van hun poulain. De kwalificatie ‘kopman’ of ‘leider’ wordt er nooit uitgesproken in combinatie met Benoot.
“Wij hebben geen kopman in onze klassieke ploeg. We willen een sterke selectie hebben in de breedte. Roelandts, Benoot, Debusschere, Wallays, Gallopin... met wie we dan in de finale van de klassiekers kunnen schaken”, zegt Sergeant. Maar hij voegt er wel aan toe dat als de favorieten op de Vlaamse hellingen aanvallen, er maar één roodhemd kan volgen. Het was vorig jaar zo in de Omloop Het Nieuwsblad en ook in Harelbeke. “Toen Tiesj in Harelbeke als enige van onze ploeg mee was met de groep favorieten van vijftien renners die naar de aankomst reed, heb ik meermaals tegen mezelf gezegd: Godzijdank, Tiesj redt
ons hier weeral.”
Sergeant liet Benoot in de Omloop Het Nieuwsblad ook zijn ding doen in de finale, hoewel ook de snellere Sagan en Van Avermaet in de kopgroep waren vertegenwoordigd. En vooral hoewel Lotto-Soudal met Debusschere de snelste man in de het peloton erachter had. Benoot niet laten meerijden en gokken op de sprint was een valabel alternatief. Zeker als je achteraf zag hoe gemakkelijk Debusschere de sprint voor plaats zes won.
“Op korte termijn was voor de sprint van Jens kiezen een zeer goede optie”, zegt Sergeant. “Maar ik wilde Tiesj de kans niet ontnemen om voor de eerste keer in een klassieker zelf een finale te rijden om te winnen. Dat zijn situaties die je alleen kan leren door ze al eens meegemaakt te hebben. Het was ook in zijn eigen Gent, en
hij was beresterk. Jens (Debusschere, red.) was achteraf ook helemaal niet teleurgesteld. Hij zei mij: zoals Tiesj vandaag reed, moet je gewoon zijn kaart trekken.”
Langzamerhand wordt Benoot gekneed tot de kopman van de ploeg in de klassiekers. Met Nikolas Maes, die vandaag na ziekte in januari zijn debuut maakt voor Lotto-Soudal, krijgt Benoot er zelfs een goede vriend als luitenant bij. “Ach, kopman, wat is dat?”, zegt Benoot. “Dat is ook maar een stempel. Druk is er sowieso voor mij. Daarvoor moet je niet eens kopman zijn. Stel dat ik nog een stap voorwaarts zet, dan kunnen we pas spreken van een mogelijk kopmanschap.”
Maar om kopman te zijn, heb je ook leiderschap nodig. “Dat heeft hij”, zegt Sergeant. “Voor de Ronde van Vlaanderen hoorde ik via de interne radio al dat hij zijn ploegmaats aanmaande om in blok en vooraan te koersen. En dat zonder we dat we hem dat vroegen.”
Afkijken van Boonen
“Toen ik twee jaar geleden op de Europese Spelen en op het WK met Tom Boonen in de ploeg reed, heb ik er op gelet hoe hij dat doet”, bekent Benoot. “Het is indrukwekkend hoe Tom een ploeg kan trekken. Ik ben van nature ook een leider. Uit testen met de ploeg blijkt dat ik een dominante persoonlijkheid heb. Maar ik heb nog niet het gevoel dat ik binnen deze ploeg de leider moet zijn. Leiderschap krijg je vooral door uitslagen te rijden. En die heb ik nog niet. Mijn ploegmaats Roelandts en Debusschere hebben nog altijd betere uitslagen in het voorjaar dan ik.”