Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Nederlandse kinderen kunnen beter lezen
In het middelbaar hebben Vlamingen achterstand goedgemaakt
Nederlandse lagereschoolkinderen hebben de technische kant van het lezen beter onder de knie dan hun Vlaamse leeftijdgenoten. Dat blijkt uit onderzoek van de hogeschool Thomas More. Vlaamse kinderen worden vooral geklopt in snelheid en nauwkeurigheid.
Vlaamse kinderen in het eerste leerjaar lezen gemiddeld 16 woorden per minuut juist, terwijl hun Nederlandse leeftijdgenoten daar met 23 woorden ruim over gaan. Ook als het op snelheid aankomt doen zij het beter, met gemiddeld 0,8 woorden per seconde. Bij ons is dat de helft. Het zijn slechts enkele bevindingen uit een onderzoek van de opleiding Logopedie en Audiologie aan de hogeschool Thomas More. De onderzoekers vergeleken scores van 1.461 Vlaamse kinderen uit alle leerjaren met die van Nederlandse leeftijdsgenootjes, op de zogenaamde Drie-Minuten-Toets en AVItoetskaarten. Bij de eerste test krijgen de kinderen losse woorden voorgeschoteld, bij de tweede lezen ze teksten. De toetsen zijn ontwikkeld in Nederland, maar worden ook in ons onderwijs gebruikt om het leesniveau van kinderen te bepalen. De conclusie is duidelijk: Nederlandse leerlingen hebben de basistechniek veel beter onder de knie. Ze lezen nauwkeuriger én vlotter. “Die techniek is een voorwaarde om een tekst te begrijpen en met plezier te lezen”, zegt onderzoekster Marjolein Noé. “Kinderen hebben die basis ook nodig om vlot te leren en later goed te studeren. Wie niet goed leert lezen, mist heel zijn leven kansen.” Dat ze in Nederland een voorsprong hebben, wijt Noé aan het aantal uren dat daar geadviseerd wordt om aan het vak Nederlands te besteden. “In het lager onderwijs is dat gemiddeld 8 uur per week, tegenover gemiddeld 5,5 uur bij ons”, zegt ze. “Ook in het kleuteronderwijs leren Nederlandse kinderen meer over letters en klanken. Er is daar meer structurele aandacht voor.”
Kloklezen
Toch doet de conclusie geen alarmbellen afgaan bij het katholiek onderwijs of bij onderwijskundige Martin Valcke. Volgens die laatste rammelt het onderzoek. “Lezen is veel meer dan vlotheid en nauwkeurigheid”, zegt hij. “Begrip of woordenschat is hier helemaal niet meegenomen. Bovendien moet je kijken hoe onze leerlingen scoren op het einde van de rit.” Hij verwijst naar het internationale onderzoek PISA, dat de leesvaardigheid van vijftienjarigen meet. Op die test scoren onze leerlingen gemiddeld 511 punten, een achteruitgang tegenover vroeger, maar wel beter dan de 503 in Nederland. De leestechniek wordt bij ons gewoon op een ander tempo onderwezen. “Vergelijk het met kloklezen”, zegt Valcke. “Chinese kinderen liggen daar twee jaar op voor. Gewoon omdat ze daar vroeger aandacht aan besteden. Maar dat wil niet zeggen dat Chinezen beter weten hoe laat het is.”