Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Zo erg als in Azië wordt het hier nooit”
WHO lijst wereldwijd meest resistente bacteriën op
De Wereldgezondheidsorganisatie WHO heeft een rangschikking opgemaakt van de bacteriën die het meest resistent zijn tegen antibiotica en zo het grootste gevaar voor de volksgezondheid inhouden. “We mogen antibiotica niet nodeloos voorschrijven, maar het probleem zal hier nooit dezelfde proporties aannemen als in Azië en Centraalen ZuidAmerika”, zegt microbioloog Herman Goossens.
Tegen nogal wat bacteriën is geen paardenmiddel meer opgewassen, en dat lijstje lijkt alleen maar te groeien. Maar de ene bacterie is de andere niet. Daarom maakte de WHO met de hulp van experten uit de hele wereld een rangschikking op van de gevaarlijkste bacteriën, onderverdeeld in drie categorieën van prioriteit: kritiek, hoog en medium. In de eerste schaal komen drie bacteriefamilies voor die nu al bestand zijn tegen de nieuwste en sterkste generatie antibiotica. Prof. dr. Herman Goossens, microbioloog bij het UZA, werkte mee aan de WHO-indeling.
Zijn er zoveel bacteriën die resistent zijn?
Ja, de bacteriën uit de eerste categorie van de WHO-lijst zijn intussen bestand tegen de meeste antibiotica en vormen zo een reëel gevaar voor de volksgezondheid. Ze komen vooral voor in Azië, Centraal- en Zuid-Amerika en in mindere mate in Afrika, waar ze veel slachtoffers maken in de ziekenhuizen. In onze contreien komen ze amper voor. Maar precies omdat ze voor ernstige infecties van de mond, het bloed en de longen zorgen en zo de dood van de mens kunnen veroorzaken, vormen ze de hoogste categorie in de lijst.
Hoe komt het dat ze hier minder voorkomen?
De hygiëne in de ziekenhuizen is bij ons veel beter en strenger geregeld dan ginder, wat een impact heeft op de verspreiding. Bovendien zijn de bacteriën er vaak afkomstig van dieren. Door het gebruik van antibiotica bij de teelt gebeurt er een selectie van meer resistente bacteriën. Die gaan dan bijvoorbeeld via de voeding over op mensen. Het is mogelijk dat die bacteriën tot bij ons geraken via mensen die naar Azië of Centraal- en Zuid-Amerika reizen. Het aantal infecties met deze bacteriën kan dus wel toenemen, maar ik zie geen doemscenario. Het probleem zal hier nooit dezelfde proporties aannemen als in die streken. Dat durf ik met de hand op het hart te zeggen.
Welk doel heeft de WHO met de oplijsting?
Door de bacteriën in categorieën onder te verdelen, wil de WHO bij overheden aandringen om te investeren in onderzoek, behandeling en preventie rond die gevaarlijkste bacteriën, die nu dus al resistent zijn tegen de meeste of zelfs alle antibiotica. Tegelijk is het een signaal aan de private sector om zich meer te concentreren op middelen tegen de bacteriën uit de hoogste categorie, in plaats van nieuwe producten te ontwikkelen tegen de A- en B-streptokokken uit de derde categorie. Dat is veel minder dringend.
Maar de belangen van de industrie liggen elders.
Ja, en dat is een belangrijke, maar moeilijke kwestie. Voor de farmabedrijven is het maken van winst een heel belangrijk aspect. Het ontwikkelen van nieuwe antibiotica is duur. De industrie ziet het niet meer zitten om producten te maken die dan in de kast belanden omdat ze te duur zijn voor de gezondheidszorg. Daartegenover staat de vraag in hoeverre de publieke sector en de overheden daarin moeten tussenkomen. Moeten we dan aankloppen bij grote sponsors en fondsen als de Bill & Melinda Gates Foundation? Voor die moeilijke discussie zat ik deze week nog in Geneve.
Blijven antibiotica ons beste wapen tegen gevaarlijke bacteriën?
Ja, dat is de reden waarom er zo vaak campagnes lopen om antibiotica niet nodeloos voor te schrijven. Door het gebruik te beperken tot de noodzakelijke behandelingen, hopen we bacteriën minder resistent te maken. Daarnaast speelt een strenge hygiëne een erg grote rol om verspreiding van bacteriën te voorkomen. HANS OTTEN