Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ook rijken voelen zich beter in een samenleving met minder ongelijkheid”
WOUTER ARRAZOLA DE ONATE ARTS VOLKSGEZONDHEID ANTWERPEN
Ik woon al jaren in Antwerpen, maar ik ben een geboren Limburger. Daarom wil ik mijn provinciegenote Zuhal Demir in haar nieuwe job als staatssecretaris van Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, Grootstedenbeleid en Wetenschapsbeleid advies geven. Ik wil het niet hebben over haar ongezouten uitspraken over Unia, ik wil haar er alleen van overtuigen dat armoedebestrijding wel degelijk kan werken.
In onze universiteiten is vrij veel kennis aanwezig over armoede en hoe ze te bestrijden. Het zou zonde zijn die vele onderzoeksmiddelen onbenut te laten. Maar behalve wetenschappelijke kennis heb je als staatssecretaris van Armoedebestrijding budget nodig; veel budget, gezien de omvang van het probleem. De investering van enkele miljarden kan je als beleidsmaker perfect verantwoorden door er op te wijzen dat armoedebestrijding minder ongelijkheid genereert en dat in minder ongelijke samenlevingen uiteindelijk ook de rijken gelukkiger zijn, zelfs als ze wat minder verdienen.
Laat het duidelijk zijn dat dit een zeer belangrijke boodschap is. Want door van de rijken een kleine bijdrage te vragen, wordt een samenleving stabieler, is er minder frictie en conflict, worden burgers met minder criminaliteit geconfronteerd en zijn ze veel gezonder. Al die effecten samen zorgen ervoor dat iedereen, in welke sociale klasse ook, zich gelukkiger voelt. Internationaal onderzoek toont aan dat gezinnen vanaf een inkomensniveau van ongeveer 6.000 euro netto per maand niet nog gelukkiger worden als ze nog meer ver- dienen. Op weg naar een maandelijkse verdienste van 6.000 euro word je gelukkiger, boven dat bedrag niet meer. Dat heeft onder andere te maken met de inspanning en de stress die dat harde werken met zich meebrengt. Met andere woorden: door een kleine bijdrage te leveren, kunnen rijke mensen in één adem een mooie bijdrage leveren aan hun eigen geluk. Het zou mooi zijn als Zuhal Demir dit principe aan de bevolking én aan haar collegaministers zou kunnen duidelijk maken. Want armoedebestrijding is een intersectoriële aangelegenheid, die over de beleidsdomeinen Werk, Financiën, Sociale Zekerheid, Huisvesting, Gezondheid en Onderwijs heen reikt. Pas wanneer er een algemene intersectoriële consensus bestaat, kan er iets veranderen. Neem het Millennium Villages Project van econoom Jeffrey Sachs. Zijn modeldorpen, waar iedere dorpeling kon rekenen op relatieve zekerheid in de basisbehoeften, ondergingen spectaculaire economische veranderingen. Vooral omdat de stress om te overleven was weggevallen. Mensen werden door de vrijgekomen energie ondernemender. Ik hoop dat Zuhal Demir niet blijft hangen in haar eigen ideologie, maar de moeite neemt rekening te houden met de studies over armoedebestrijding.