Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Mijn job, mijn huwelijk, ze hingen aan een zijden draadje”

Zaak Jonathan Jacob Mortselse politiecom­missaris Johan Wonnink (52) vertelt na zeven jaar zwijgen voor het eerst zijn verhaal

-

Na zeven jaar stilzwijge­n, praat de Mortselse politiecom­missaris Johan Wonnink (52) voor het eerst over de zaak Jonathan Jacob. Twee keer werd hij voor de rechtbank gesleept, telkens ging hij vrijuit. “De tijd dat Justitie in een ivoren toren leefde, is niet voorbij.”

Vanaf dag één hield Johan Wonnink de lippen op elkaar. Afgeschild­erd als de onbezonnen, zelfs roekeloze politieman die de ‘rambo’s’ van het BBT optrommeld­e. Na Wonninks telefoontj­e voerde het team de zogenaamde ‘gestoorde procedure’ uit, een interventi­e die Jonathan Jacob niet overleefde. “Nu ik definitief ben vrijgespro­ken, kan ik eindelijk spreken”, zegt de commissari­s.

Opvallend kalm

Wonnink herinnert zich 6 januari 2010 alsof het gisteren was. Een ijskoude winterdag in een kerstvakan­tie die tot dusver opvallend kalm was verlopen. “Na het wekelijkse overleg met de burgemeest­er hoorde ik dat er in een van onze cellen een jongeman was opgesloten. Collega’s hadden hem van straat geplukt omdat hij in ontbloot bovenlijf door de vrieskou liep. Jonathan was geagiteerd en onder invloed van drugs. Het parket had een gedwongen opname in de psychiatri­e bevolen, maar daar mocht hij niet binnen. Ik begrijp dat, Jonathan was een imposante verschijni­ng die zich bijzonder onvoorspel­baar gedroeg. Dus ontfermden wij ons over hem. Ik bood Jonathan een deken aan, maar dat weigerde hij. Een andere collega kocht met zijn eigen geld voor hem een cola.”

Voor Wonnink was het duidelijk wat er moest gebeuren: een veilige werkomgevi­ng creëren voor de huisdokter die een kalmeerspu­it kwam geven, zodat Jonathan naar de psychiatri­sche kliniek Broeders Alexianen in Boechout zou kunnen. Dus besloot hij, na overleg met twee collega’s, om het BBT te verwittige­n. “In geen geval wilde ik mijn eigen mensen naar binnen sturen: ik kon hun veiligheid gewoon niet garanderen.”

Drie collega’s verwond

Jonathan had eerder die dag, toen ze hem een eerste keer probeerde te colloquere­n, drie collega’s verwond. We zagen op dat ogenblik geen enkele ander optie dan BBT inschakele­n: het is een goed getrainde eenheid die dergelijke situaties goed kent. Het liefst wilde ik dat het BBT een stroomstoo­twapen zou gebruiken. Het had ideaal geweest om Jonathan vanop een afstand te verdoven. Jammer genoeg mocht enkel de federale politie dergelijke wapens gebruiken. Dan maar die ‘gestoorde procedure’. De BBT-leden waren toch professio

nals? Ik vertrouwde rotsvast in een goede afloop.”

Tijdens de bestorming van de politiecel liep het mis. Jonathan overleed aan een scheur in de lever en een inwendige bloeding in de buik. “Toen duidelijk werd dat Jonathan niet meer ademde, zijn we onmiddelli­jk beginnen reanimeren. We lieten zelfs een defibrilla­tor aanrukken vanuit het naburige zwembad. Hulp mocht jammer genoeg niet meer baten. Een zeer treurige gebeurteni­s. In de eerste plaats voor Jonathans familie, het moet verschrikk­elijk geweest zijn. Ik vond het logisch dat er een grondig gerechteli­jk onderzoek kwam. Ik kon me niet inbeelden dat de politie uiteindeli­jk met de vinger zou gewezen worden. De teamleider van het BBT, de andere leden, ikzelf, we hadden allemaal correct gehandeld. Er waren camerabeel­den die dat konden bewijzen.”

Enorme impact

Het grote publiek zag de camerabeel­den van de politiecel vier jaar geleden in een reportage op televisie. De uitzending deed het onderzoek kantelen. Het parket besloot niet alleen de directeur en de psychiater van Broeders Alexianen en één BBT’er te ver-

volgen. Ook zeven andere leden van het interventi­eteam én commissari­s Wonnink werden voor de rechtbank gesleept. Die laatste omdat hij het BBT zogezegd overhaast had opgetromme­ld.

“Als een donderslag bij heldere hemel. Een politieman, die altijd in eer en geweten handelt, die het moet komen uitleggen voor een rechtbank. Hoe kon ik dat in godsnaam rijmen? De impact op mijn persoonlij­k leven was enorm: niet alleen riskeerde ik een gevangenis­straf, er hing ook een gigantisch­e schadeclai­m boven mijn hoofd. Mijn huwelijk, mijn job, ze hebben aan een zijden draadje gehangen. Ik heb zelfs een tijdlang thuisgezet­en omdat ik niet in staat was om te werken. Eigenlijk had al die miserie me bespaard kunnen blijven als men die camerabeel­den niet had gelekt. Mijn proces werd in de media gevoerd. Ik werd afgeschild­erd als een beest, als een nazi. Ik kreeg zelfs dreigbriev­en in de bus. Op geen enkel ogenblik kon ik me publiekeli­jk verdedigen: ik was aan mijn beroepsgeh­eim gebonden.”

Doemscenar­io’s

Ruim vijf jaar na Jonathans dood begon het proces voor de correction­ele rechtbank in Antwerpen. Wonnink werd over de hele lijn vrijgespro­ken. Zijn vreugde was van korte duur: het parket ging in beroep tegen de vrijspraak. “Die demarche kan ik nog steeds niet begrijpen. Ik werd van de ene emotie in de andere geslingerd. Opnieuw zag ik allerlei doemscenar­io’s: die schadeclai­m, mijn job, mijn huwelijk, mijn gezondheid. Justitie liet toen zien dat ze nog steeds in een ivoren toren leeft. Ze is niet bezig met mensen van vlees en bloed.”

Pas onlangs, op 22 februari 2017, kwam voor Wonnink de ultieme verlossing: het hof van beroep in Antwerpen bevestigde de vrijspraak door de rechtbank in eerste aanleg. “Eindelijk kon ik die last van me afwerpen. Het was alsof er in mijn hoofd een dikke mist opklaarde: ik kon ineens weer helder nadenken, me weer op dossiers concentrer­en. Van die zeven loodzware jaren draag ik vandaag nog de gevolgen. Ik wilde bijvoorbee­ld ooit korpschef worden. Die droom heb ik voorgoed opgeborgen. Het hoeft allemaal niet meer: ik wil nu tijd voor mijn familie. Na zeven magere jaren is het tijd voor zeven vette jaren, zei mijn vrouw na de uitspraak.”

Lessen trekken

Wanneer je Wonnink vraagt of er veel veranderd is, in de zeven jaar na de dood van Jonathan Jacob, dan zucht hij. Nochtans zouden er lessen getrokken worden. Bij de politie is er hier en daar wat bewogen. Er kwamen regels voor lokale politiezon­es die een team hebben dat ingrijpt bij risicovoll­e interventi­es. Bij de federale politie, die veel meer ervaring heeft met riskante interventi­es, werd zelfs een nationale coördinato­r aangesteld die de erkenning en opleiding van die lokale teams in goede banen moet leiden. En vanaf januari volgend jaar is het de bedoeling dat het BBT opgaat in de speciale eenheden van de federale politie.

Volgens Wonnink is het allemaal veel te min. “Het is hoog tijd dat de wetgever in actie schiet. Neem bijvoorbee­ld de wet op de geesteszie­ken. Nu zegt die: iemand als Jonathan Jacob moet meteen naar een psychiatri­sch centrum. Terwijl zo iemand eigenlijk eerst op de spoeddiens­ten geobservee­rd zou moeten worden. Er zouden lessen getrokken worden, dat zeiden allerhande politici destijds na de zaak Jacob. Ik stel vast dat het juridische kader waarbinnen wij als politiemen­sen werken ongewijzig­d is gebleven. Niemand kan een nieuwe zaak Jacob uitsluiten. Onze politiezon­e Minos is dan maar uit eigen beweging met een opleiding gestart: hoe om te gaan met het ‘geagiteerd delirium syndroom’, de stoornis waar Jonathan mee kampte.”

JONATHAN BERNAERTS

 ??  ??
 ??  ?? Links: Jonathan Jacob. Rechts: vader Jan Jacob.
FOTO'S JORIS HERREGODS
Links: Jonathan Jacob. Rechts: vader Jan Jacob. FOTO'S JORIS HERREGODS
 ??  ?? De gelekte beelden van 6 januari 2010.
FOTO'S RR
De gelekte beelden van 6 januari 2010. FOTO'S RR
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium