Gazet van Antwerpen Stad en Rand
400 Belgische militairen in Russische roulette
ACMkorps beleeft waanzinnige avonturen tijdens revolutie in Rusland
Ondanks de oorlog verbleven er nog tijdens de revolutie duizenden Belgen in Rusland en poogden ze te ontsnappen. Het waanzinnigste avontuur beleefde een detachement van 400 Belgische militairen.
Oude, rijkversierde – en waardeloze – aandelen zijn vandaag zowat de enige getuigen van de tijd toen Belgische industriëlen voor 1914 massaal aanwezig waren in het tsarenrijk: liefst 20.000 Belgen voor 1906, nadien minder. Niet alleen ondernemers en ingenieurs. Het grootste deel waren gewone arbeiders in onder meer het huidige Donetsbekken, maar ook in Sint-Petersburg en de Kaukasus. Overigens was Rusland voor de oorlog een zeer belangrijke klant bij Cockerill-Hoboken. De Franstalige Gaëtan Duwez, ingenieur bij Tramways d’Odessa, beschreef hoe hij eind 1917 uit de Sovjet-waanzin ontsnapte. Dankzij de Antwerpse kapitein Coppens geraakte hij met het Antwerpse schip Roi Albert van de Antwerpse rederij Deppe, weg uit de Krim. Dat was daar sinds 1914 geblokkeerd en als N105 ‘uitgeleend’ aan de Russische marine. Berucht is vooral het verhaal van het Belgische ACM-expeditiekorps (Autos-Canons-Mitrailleuses): een korps van vierhonderd Belgische militairen en tien primitieve pantserwagens dat door koning Albert uit solidariteit naar het Russische zuidwestelijke front werd gestuurd. Het – vooral Franstalige – korps verbleef drie jaar in het tsarenrijk en zat tot over de oren in de revolutie. Onder hen de discrete ‘onbeholpen Vlaming’, aalmoezenier en Lierenaar Jozef Lens, later van 1924 tot 1952 pastoor-deken van Deurne en begraven op het Sint-Fredeganduskerkhof. En vooral de tweede commandant, de “onbuigzame” Edgard Van Der Donckt uit Ranst. Feestvarkens Na vele gevechten trok het korps in de loop van 1917 wegens de chaos terug naar Kiev, kwam daar in uitzonderlijk gruwelijke gevechten terecht tussen witten en roden en besliste uiteindelijk via Moskou met de Transsiberische spoorweg naar Vladivostok te evacueren. Dat werd een maandenlange tocht. Daar werden de vierhonderd door een VS-kruiser naar San Francisco gebracht waarna de ‘Belgians’ drie maanden lang in alle grote steden als feestvarkens werden ontvangen. Enkelen werden ‘communistisch besmet’: tot het korps behoorden immers de latere trotskistenleider Leon Lesoil en Julien Lahaut, de in 1950 vermoorde KP-leider.