Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik ga toch ook nog wat naar Google Street View kijken”

Debutant JASPER STUYVEN verkent voor het eerst de legendaris­che afdaling van de Poggio

- BRAM VANDECAPEL­LE

T egen de limiet naar boven, tegen de limiet naar beneden. De Poggio in een notendop. Debutant Jasper Stuyven verkende gisteren met uw krant de levensbela­ngrijke afdaling van de mythische Italiaanse puist. “Op zich vallen die achttien bochten wel mee. Maar door de hoge snelheid, de nervositei­t en de vermoeidhe­id na bijna zeven uur koers wordt dit gevaarlijk.”

Een bloedende linkerknie en een wonde aan de enkel: Jasper Stuyven kwam niet ongeschond­en uit zijn eerste kennismaki­ng met de laatste 90 kilometer van Milaan-Sanremo. “In de afdaling van de Cipressa stond na een blinde bocht plots een auto stil in het midden van de weg. Maar de schade valt mee. Bij mij toch.”

Zijn Amerikaans­e ploegmaat Kiel Reijnen heeft schaafwond­en van kop tot teen. En dan moest de Poggio nog komen.

De laatste afdaling van Milaan - Sanremo eist elk jaar slachtoffe­rs. Val d’Olivi is de straatnaam. Vallei van de olijfbomen. De bomen staan er zeker, maar ook het eerste drieletter­woord ‘Val’ is toepasseli­jk. Jan Raas liep er een zwaar rugletsel op waardoor hij moest stoppen met koersen. Twee jaar geleden lagen Philippe Gilbert en Michal Kwiatkowsk­i tegen het asfalt. De toenmalige Poolse wereldkamp­ioen zei achteraf dat zijn helm zijn leven redde.

Weinig afdalingen zijn in een koers tegelijk zo belangrijk en zo gevaarlijk als die van de Poggio. Eenmaal beneden is het maar twee kilometer tot de finish. Een grondige verkenning is een vereiste. Zeker als debutant. Tiesj Benoot wilde graag eens komen kijken, maar Lotto - Soudal zag de verplaatsi­ng van 550 kilometer vanuit Milaan en terug niet zitten. Quick.Step Floors bereidt zich dan weer voor in de buurt van een van de vele Via Roma’s in de Reggio Emilia, op 360 kilometer van Sanremo. Trek - Segafredo verkende gisteren wel, net als Sunweb en ex-winnaar Simon Gerrans.

Debutant Stuyven gaat één keer op en af, behoedzaam en bewust niet in het wiel van een ploegmaat. “Zo kan ik de route beter in mijn hoofd prenten.” De immer zelfzekere 24-jarige Leuvenaar is na de verkenning niet echt onder de indruk. “Gevaarlijk? Op zich is een afdaling nooit gevaarlijk. Een autosnelwe­g is ook niet gevaarlijk. Maar omdat er 120 kilometer per uur gereden wordt, gebeuren er wel ongevallen.”

De maximale snelheid op de Bel- gische wegen halen de renners zaterdag niet tijdens de dalende route van 3,2 kilometer. Maar op vier minuten staan ze wel op de Via Roma. Dat is razendsnel gezien de vele bochten. Achttien in totaal: zeven haarspeldb­ochten, negen stuks van 90 graden en twee flauwere exemplaren. “Dit is wat ze noemen een technische

afdaling”, grapt Stuyven.

Eén lange sprint

Laurent Fignon, tweevoudig winnaar van de Tour én Milaan - Sanremo, verwoordde het ooit als volgt: “De afdaling van de Poggio is één lange sprint van bocht naar bocht. Het is door de bocht heen kijken, remmen, sprinten, door de volgende bocht heen kijken, remmen, sprinten en opnieuw.”

Stuyven geeft de in 2010 aan kanker overleden Fransman gelijk. “In de koers wordt dit een gekkenhuis. We hebben dan al meer dan zes uur gekoerst. De vermoeidhe­id zal toeslaan, zowel in de benen als de geest. De beklimming van de Poggio is niet uitzonderl­ijk zwaar, ik had de laatste strook steiler verwacht. Maar er zal zo snel naar boven gereden worden dat iedereen op de limiet zit. Dat zal in de afdaling niet anders zijn. Iedereen wil zo veel mogelijk vooraan zitten op weg naar de Via Roma. Het zal nerveus zijn, veel gewriemel. Iedereen neemt risico’s. De koers-

situatie maakt het wel gevaarlijk.”

En niet alleen de koerssitua­tie. Ooit was de Bloemenriv­ièra mondain, vandaag oogt de kuststrook van Ligurië vooral armtierig. De gevels van de huizen zijn afgebladde­rd. Geen enkele van de honderden serres op de Poggio is vrij van glasbreuk. Ook het wegdek is verouderd.

“In de Tirreno lagen de straten er nog slechter bij. Wat mij opvalt, is dat het asfalt aan de buitenkant van de bocht hoger ligt dan in het midden. Met veel verbeeldin­g een beetje zoals op de piste. Het maakt dat de snelheid nog hoger ligt en het dus ook gevaarlijk­er wordt”, zegt Stuyven.

Greg Van Avermaet zegt na negen deelnames de afdaling van de Poggio uit het hoofd te kennen. Stuyven kan dat na één verkenning nog niet zeggen. “Ik zal nog wat tips vragen aan mijn ploegmaats. Rast reed hier al twaalf keer mee. En ik zal vanavond toch nog wat naar Google Street View kijken.”

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium