Liefst 72 heuvels in veertien dagen koers in Vlaander en

Van Dwars door Vlaanderen morgen tot de Scheldeprijs op 5 april is de koers weer waar hij thuishoort: bij ons. Als we alle cijfertjes van het Vlaamse voorjaar analyseren, valt één ding op: WestVlaanderen telt het hoogste aantal wedstrijdkilometers, ondanks de verhuis van de Ronde naar Antwerpen.

Een stevige troostprijs dus voor de kustprovincie. Brugge mag dan wel als startplaats van Vlaanderens Mooiste vervangen zijn door Antwerpen, met 718 kilometer wordt er de komende weken nergens meer gereden dan in WestVlaanderen. Op de voet gevolgd weliswaar door OostVlaanderen, dat met de Vlaamse Ardennen traditioneel het zwaartepunt van de klassiekers vormt. Ook opvallend: de Vlaamse koersen piepen al eens over de grens en doen dat vaker richting Frankrijk dan richting Henegouwen.

Nog een straf cijfer: de komende weken moeten er liefst 72 heuvels beklommen worden. De Ronde van Vlaanderen spant vanzelfsprekend de kroon met 18 heuvels. De strijd om de steilste helling gaat tussen de Kemmelberg (23%) en de Koppenberg (22%). “De Kemmelberg is steiler dan de Koppenberg, maar niet zo lastig”, zegt Hans De Clercq, ex-renner koersdirecteur van Gent-Wevelgem. “Het eerste deel rijdt vlot. Slechts de laatste 300 meter zijn kasseien.”

“Samen met de Muur is de Koppenberg waarschijnlijk de meest lastige beklimming in Vlaanderen”, aldus De Clercq. “De renners snijden hem heel kort aan waardoor ze bijna uit stilstand aan de beklimming beginnen. Het stijgingspercentage van 22 procent, de kasseien en de lengte maken hem bijzonder zwaar.”