Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Maak parkeren duurder en haal rijstroken weg”
Mobiliteitsexpert Dirk Lauwers vindt dat Antwerpen nog veel werk heeft om auto te bannen
De stad Gent heeft deze week een nieuw circulatieplan ingevoerd, waarbij auto’s zo veel mogelijk uit de binnenstad worden geweerd. Automobilisten zijn nog wel welkom, maar moeten vaker omrijden om hun bestemming te bereiken. Doorgaand autoverkeer wordt afgeleid naar de ring. De Antwerpse schepen van Mobiliteit Koen Kennis (NVA) denkt er niet aan om het voorbeeld van Gent te volgen. “Het Gentse beleid vindt dat automobilisten vieze ventjes zijn. Ik vind dat niet.”
De Gentse schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw (Groen) is de geestelijke vader van het circulatieplan in Gent. Hij wil dat automobilisten de auto inruilen voor de fiets of het openbaar vervoer, zodat de stadslucht properder wordt en de files kleiner. Watteeuw doet dat door Gent in zes lussen te verdelen. Een automobilist kan enkel van de ene naar de andere lus rijden door de ring (R4) te nemen. “Wie met de auto rijdt, kan dus tijdverlies oplopen”, zegt Filip Watteeuw. “Op sommige plaatsen op de ring zal het verkeer daardoor soms moeilijk zijn.” De Gentse schepen hoopt dat chauffeurs dat omrijden moe worden en dus vanzelf naar alternatieven voor de auto gaan zoeken. Al benadrukt hij wel dat er geen ellenlange files op de ring rond Gent zullen ontstaan. “We hebben de verkeersdoorstroming op de ring veel efficiënter gemaakt”, zegt Watteeuw. “Er is bijvoorbeeld een extra rijstrook aangelegd aan het kruispunt met de Heuvelpoortdam. En de verkeerslichten zijn beter op elkaar afgestemd.” Watteeuw heeft een goede reden om het aantal auto’s in de binnenstad drastisch te verminderen. In Gent glimt de troon van Koning Auto immers nog meer dan in Antwerpen. Liefst 45% van de Gentenaars gebruikt de auto om zich in de stad te verplaatsen. Of het nu als bestuurder is of als passagier. In Antwerpen, een stad met dubbel zo veel inwoners als Gent, is dat ‘slechts’ 40%.
Tram scoort beter in Antwerpen
Gent wijst daarvoor onder meer met een beschuldigende vinger naar de openbaarvervoersmaatschappij De Lijn. “Wij worden op vlak van openbaar vervoer minder goed bedeeld dan Antwerpen”, zegt Filip Watteeuw. “Het tramnetwerk in onze stad is veel minder goed uitgebouwd dan in Antwerpen. Wij vinden dat De Lijn meer inspanningen mag doen.” Antwerpen is dubbel zo groot als Gent, maar heeft drie keer zoveel tramlijnen. Bovendien rijden zowat alle trams en bussen in Antwerpen tot ’s nachts, terwijl dat in Gent slechts voor een beperkt aantal lijnen zo is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat slechts 5% van de Gentenaars de bus of de tram neemt. In Antwerpen is dat 11%. De Lijn heeft onlangs de populaire tramlijn 4 doorgetrokken tot aan het Universitair Ziekenhuis van Gent. En ook de frequentie van tramlijn 21 zou stevig verhogen. Het valt af te wachten of Gent zijn achterstand op Antwerpen hiermee kan bijbenen. Watteeuw wacht natuurlijk niet alleen op De Lijn. Hij benadrukt dat Gent ook zelf de alternatieven voor de auto stimuleert. “In 2016 hebben we vijf nieuwe fietsbruggen of fietstunnels geopend”, zegt Watteeuw. “Dit en volgend jaar komen er daar nog eens tien bij. We leggen deze legislatuur ook vijftig kilometer extra fietspaden aan. En in de brede binnenstad plaatsen we om de honderd meter een overdekte fietsenstalling.”
“We moeten leren van Gent”
Volgens Wouter Van Besien, gemeenteraadslid in Antwerpen en partijgenoot van Filip Watteeuw, moet Antwerpen lessen trekken uit het circulatieplan dat Gent deze week heeft ingevoerd.
“Het Antwerpse stadsbestuur moet over een halfjaar eens naar Gent gaan om te kijken hoe het nieuwe circulatieplan werkt. De kinderziektes zijn dan uit het systeem, en de Gentenaars zullen de voordelen van het plan dan zeker inzien”, zegt Wouter Van Besien. “Dat wil niet zeggen dat we het Gentse plan zomaar moeten kopieren. Antwerpen is veel groter, en heeft andere noden. Maar we moeten bijvoorbeeld wel meer inspanningen doen om het doorgaand verkeer uit woonstraten te houden. In de vorige legislatuur hebben we eens een telling laten doen van de auto’s die in Borgerhout van de Turnhoutsebaan naar de Plantin Moretuslei en omgekeerd reden. Liefst een derde van de auto’s was doorgaand verkeer, dat de files probeerde te ontvluchten.” Maar de Antwerpse schepen van Mobiliteit Koen Kennis (N-VA) is absoluut niet van plan om het Gentse voorbeeld te volgen. “Het Gentse beleid beschouwt automobilisten als vieze mannetjes. Ik doe dat niet. Ik beschouw automobilisten onder meer als een be-
“In 2016 hebben we in Gent vijf nieuwe fietsbruggen of fietstunnels geopend.” Filip Watteeuw “We moeten in Antwerpen het doorgaand verkeer uit de woonstraten houden.” Wouter Van Besien “Vandaag doet Antwerpen niets om de heerschappij van de auto te verminderen.” Dirk Lauwers “Vergeet niet dat toeristen die met de auto komen een belangrijke bron van inkomsten zijn.” Koen Kennis
langrijke inkomstenbron voor onze stad. Ik vraag me af hoe de middenstand in Gent het circulatieplan binnenkort zal beoordelen. Vergeet niet dat toeristen die met de auto komen een belangrijke inkomstenbron zijn voor onze lokale economie.” “Je moet ook begrijpen dat niet iedereen voldoende dichtbij woont om met de fiets naar Antwerpen te komen. Het is bovendien voor veel mensen onmogelijk om na een theatervoorstelling ’s avonds laat nog met de trein of de bus naar huis te gaan. Veel bezoekers moéten dus wel met de auto komen, omdat ze anders niet meer thuis geraken. Wij willen natuurlijk geen onnodige files creëren. Daarom leiden we de automobilisten die in de stad zijn, zo snel mogelijk naar een parking”, zegt Kennis. En de luchtkwaliteit dan? “Tja, daarvoor hebben we de lageemissiezone ingevoerd. Vervuilende auto’s moeten betalen om de stad binnen te mogen.” Parkandrides en fietsers Kennis benadrukt dat hij automobilisten ook aanmoedigt om hun auto aan de rand van de stad te parkeren. “Vandaag zijn er meer dan 2.500 parkeerplaatsen aan de rand van onze stad. Tegen 2019 worden dat er bijna 6.000”, zegt Koen Kennis. “We bouwen daarvoor vier nieuwe park-and-ri- des. Er komt één grote randparking op de Blancefloerlaan op Linkeroever en er komen nieuwe parkings aan de rotonde van Wommelgem, op de Havana-site op Luchtbal en aan Keizershoek in Merksem; telkens met meerdere verdiepingen.” Antwerpen scoort hier beter dan Gent. In die laatste stad zijn er nu 2.390 plaatsen in parkings aan de rand. Filip Watteeuw benadrukt wel dat Gent een inhaaloperatie heeft gedaan. “Van die 2.390 plaatsen zijn er in de voorbije maanden 1.598 gecreëerd. Bezoekers kunnen vanaf die randparkings makkelijk met de tram of de shuttle naar het centrum.” Ook wat deelfietsen betreft, hinkt Gent hopeloos achterop. De stad lanceert pas deze zomer zijn eerste honderd deelfietsen, die vooral beschikbaar zullen zijn op de randparkings. “In Antwerpen gaan we na de zomer naar veertig Vélo-stations, met bijna vierduizend fietsen”, zegt Koen Kennis. Kennis benadrukt ook dat hij, net als Watteeuw in Gent, fors investeert in een betere fietsinfrastructuur in Antwerpen. “We hebben deze legislatuur al tachtig missing links op fietswegen aangepakt”, zegt Koen Kennis. Kritiek op Antwerps beleid Maar is Antwerpen wel zo goed bezig als Kennis beweert? Het is misschien een opsteker dat “slechts” 40% van de bewoners zich met de auto verplaatst. Maar van de mensen die Antwerpen bezoeken, bijvoorbeeld toeristen of mensen die een dagje komen winkelen, komt meer dan 60% met de auto. Dirk Lauwers, een mobiliteitsexpert die in Borgerhout woont en aan de Universiteit Gent werkt, vindt dat er in Antwerpen dringend iets moet veranderen. “In Barcelona gebeurt slechts 24% van de verplaatsingen met de auto. We hebben dus nog een hele weg af te leggen.” “Ik zeg niet dat Antwerpen het systeem van Gent klakkeloos moet overnemen. De lussen die Gent invoert, zijn goed om het doorgaand verkeer in de stad weg te nemen. Maar er zijn nog veel andere oplossingen. Vandaag doet Antwerpen evenwel niets om de heerschappij van de auto te verminderen.” Lauwers dringt bijvoorbeeld aan op een capaciteitsvermindering voor het autoverkeer. “Als Antwerpen minder files wil, moet ze rijstroken en parkeerplaatsen in de stad wegnemen en omvormen tot fiets- of busstroken. Daarmee haal je écht auto’s weg.” “Antwerpen verbetert wel de fietsinfrastructuur. Maar een deel van die betere fietsinfrastructuur trekt ook extra auto’s aan. Als fietsers op een fietsbrug kunnen rijden, moeten auto’s niet meer wachten tot fietsers oversteken.”
“Hetzelfde verhaal met de trams. Het is een goede zaak dat de premetrotunnels in gebruik worden genomen en er meer trams worden ingezet. Dat haalt auto’s van de weg. Maar daardoor verloopt de verkeersdoorstroming beter, komen er nieuwe auto’s en lopen de wegen weer vol.” Er moet Lauwers nog iets van het hart. “Parkeren in de Antwerpse binnenstad is in vergelijking met soortgelijke steden spotgoedkoop”, zegt de expert. “Het eerste uur parkeren is zelfs drie keer goedkoper dan in het centrum van Amsterdam. Er zijn ook te veel parkeerplaatsen. In Barcelona neemt het aantal parkeerplaatsen elk jaar met 3% af. In Antwerpen komen er alleen maar parkeerplaatsen bij. Als we de luchtkwaliteit in Antwerpen willen garanderen, is er nog veel werk aan de winkel.”
“Vandaag zijn er meer dan 2.500 parkeerplaatsen aan de rand van onze stad. Tegen 2019 worden dat er bijna 6.000.” Koen Kennis, schepen van Mobiliteit