Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Alle miserie maakte me sterker”
INTERVIEW Actrice wordt maandag ontvangen in Antwerps stadhuis om vijftig jaar lange carrière JACKY LAFON
Bart De Wever ontvangt maandag schoon volk op ’t Schoon Verdiep. De burgemeester zet Jacky Lafon (70) in de bloemetjes voor vijftig jaar carrière. Het leven van La Lafon leest als een soap. Uw krant blikt samen met de actrice terug op enkele bewogen afleveringen.
“Zo’n erkenning doet heel veel deugd”, geeft Jacky Lafon toe. Zes hoog in haar appartement in Deurne serveert de gastvrije diva ons een assortiment gebak. “Tast toe. Eind januari kreeg ik al een ster op de walk of fame in Plopsaland. Nu ontvangt De Wever mij hoogstpersoonlijk. Ik vind dat een hele eer, want ik heb veel respect voor hem. Mijn leven was boeiend en mooi, maar zeker niet altijd makkelijk.” Op dat bewogen leven blikken we terug. We beginnen bij het begin.
Jonge jaren
“Vader was zeer streng. Mijn mama, mijn zussen, mijn broer en ik waren soms heel bang voor hem. Zijn wil was wet. Aan tafel mochten we amper een woord zeggen. Hij had soms losse handjes. Hij sloeg ons in het gezicht, wat zo vernederend was. Nooit konden wij iets goed doen. Zijn drie dochters moesten elke week zijn auto kuisen. Bespeurde hij één vlek, dan kieperde hij een emmer water over zijn voiture en moesten we herbeginnen. Nooit motiveerde hij ons. We hadden constant het gevoel dat we niets waard waren. Nooit of nooit kregen we een complimentje. ‘Jij kunt niets en jij bent niets’, hoorde ik heel mijn jeugd. Nu denk ik soms: kijk papa, ik deed toch mijn best. Vreemd genoeg hadden wij wel respect voor hem, al begrijp ik nog altijd niet waarom. Jammer genoeg vroeg vader pas op zijn sterfbed vergiffenis. Ik geloof dat ik mijn mama, mijn zus, mijn nichtje en alle overleden dierbaren ga terugzien. Maar vader liever niet.”
Familie Lafon
“Mijn jongste zus Marie-Jeanne overleed helaas veel te vroeg aan een hersenbloeding. Mijn broer Michel kampt met een zware motorische beperking. Via begeleid wonen leeft hij samen met zijn vriend Danny, een prachtkoppel. Mijn oudste zus woont in Oostende, net als bijna heel mijn familie. Mijn zussen hebben elk vier kinderen. Ik zie doodgraag kinderen. Als ik geen artieste was, wilde ik kleuterleidster worden. Ik ben zo trots op mijn enige dochter Nathalie. Ze is heel gelukkig met haar toffe vriend Jelle, voor mij de ideale schoonzoon.”
“Mijn vader stierf op zijn 62ste. Na zijn dood bloeide ons mama helemaal open. Mijn mama is een heilige. Ze zag af. Haar leven liep zeker niet over rozen. Ze is nu tien jaar dood, maar ik mis haar nog enorm. Ik spreek haar nog dagelijks. Ik ga niet naar haar graf, want ze ligt naast mijn vader. Elke dag brand ik een kaarsje voor haar. Alle bloemen die ik krijg, komen haar toe.”
Heilige Rita
“Ik had altijd een stevige steun en houvast aan mijn geloof. Veertig keer ging ik op bedevaart naar Lourdes. Vroeger deed ik de kruisweg op mijn blote voeten, puur uit dankbaarheid. Ik heb een blind geloof in de heilige Rita, patrones van hopeloze gevallen en onmogelijke zaken.”
“Als jonge twintiger was ik twee jaar verlamd door het syndroom van Guillain-Barré. Heilige Rita hielp me erdoor. Het leven spaarde mij niet. Baarmoederhalskanker, borstkanker, een elektrocutie op de set van Familie en een chirurg die mijn bovenlip mismeesterde: ik overleefde het allemaal. Alle miserie maakte me sterker.”
“Met mij gebeurde altijd iets, ook bij Familie. Er viel een microfoon op mijn hoofd, de piek van een kerstboom belandde in mijn oog en een balk donderde op mijn oor. Als ik in Amerika zou wonen, leefde ik nu royaal van de schadevergoedin- gen (lacht). Ik geloof ook in de kracht van humor, dat is mijn positieve ingesteldheid. Een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd.”
Familie Van den Bossche
“Toen we eind 1991 met Familie begonnen, tekende de cast bij Herman Verbaet een contract voor amper 110 afleveringen. In mijn geval is het een carrière van vierentwintig jaar geworden. Daar ben ik ontzettend fier op.” “Rita is een echte Van den Bossche, de dochter van Anna. Ze is zogezegd op cruise vertrokken in de reeks. Op een gegeven moment vierde het personage Anna, de bomma, haar 90ste verjaardag. Rita zou sowieso met een grote bos bloemen en een prachtig cadeau verschijnen op de verjaardag van haar moeder. Zo is haar karakter. De scenaristen vonden dat ik een bericht moest inspreken. Ik weigerde dat, wegens totaal ongeloofwaardig.”
“Ik kijk nog slechts sporadisch naar Familie, dat doet te veel pijn. Ik was uitgenodigd op het kerstfeest van Familie. ‘ Wie bent u?’, vroeg een jonge medewerker. Dat zeg genoeg. “Ik ben de kuisvrouw van Familie”, antwoordde ik. Ik ben niet rancuneus, maar ik mis het sociale aspect van de ploeg.”
Zatte Rita
“Jan Verheyen zei ooit tegen Marcel Vanthilt: ‘De rol van zatte Rita vertolkte Jacky fantastisch. Geen enkele acteur speelt zo naturel zat als Jacky.’ Het moeilijkste om te spelen zijn de gradaties tussen tipsy en ladderzat. Voor de camera moet je bovendien subtieler acteren dan op de scène. Ik ging destijds zatlappen observeren in een volkscafé en luisterde naar hun emotionele verhalen bij de Anonieme Alcoholisten. De grapjes over mijn rol ben ik gewoon. ‘Gij moet betalen om zat te zijn, ik word ervoor betaald’, lach ik dan.” “Rita was in het begin nog niet zatte Rita. Ik was wel de pechvogel van de Van den Bossches. Ik trok het ongeluk aan. Scenariste Mieke Verbelen, de echtgenote van Ronny Waterschoot, schreef schitterende verhaallijnen met eerlijke emoties ook voor zatte Rita. Vaak moeilijk, maar heel boeiend om te spelen. Het waren prachtige jaren. Zeker als ik het vergelijk met de laatste jaren. Op het einde had ik zelfs geen eigen set meer, Rita had dus geen woonst. Het personage kwam amper nog aan bod, ze was de kuisvrouw van Familie. Daarom hield ik de eer aan mezelf en stapte ik op. Het was de rol van mijn leven. Daar ben en blijf ik ontzettend dankbaar voor.”
IQquiz
“De Nationale IQ-Quiz op VTM deed mij enorm veel pijn. Normaal had ik een nul moeten hebben, om-
“Ik ging destijds zatlappen observeren in een volkscafé om zatte Rita te vertolken. Het moeilijkste om te spelen zijn de gradaties tussen tipsy en ladderzat.”
dat ik mijn bril om ver te zien niet bij me had. Ik zag het scherm niet, dat was een vage witte vlek. Toch scoorde ik tot mijn eigen verbazing nog 74.” “Ik was gevraagd om de quiz op te vrolijken. Dus speelde ik amper mee, ik zat me daar drie uur te vervelen. Maar de media sleurden me drie weken lang door het slijk. In een krant stond mijn foto naast die van een grote aap. Ze schreven dat ik nu in Planckendael woonde en dat ik na een optreden nootjes kreeg in plaats van bloemen. Het was alsof ik de vernederingen uit mijn jeugd opnieuw beleefde. Pure mentale terreur. Ik verloor zeven kilo en mijn haar viel uit. Ik ging in therapie, want ik kon het niet plaatsen. VTM verontschuldigde zich met een grote zak paaseieren. Stel je voor! Die troostprijs gaf ik af bij het weeshuis in Borgerhout.” “Ben Crabbé vroeg me onlangs voor een special van Blokken. Ik twijfelde lang, maar het was voor Kom Op Tegen Kanker en samen met Urbanus, mijn grote idool. Dus ik heb toegezegd. Tijdens de opnames zat ik nog met de daver op het lijf.”
Liefde
“Liefde heeft niet altijd met seks te maken, maar vooral met warmte, genegenheid, respect en een goede knuffel. Van mijn vader kreeg ik nooit een knuffel. Gelukkig krijg ik veel liefde van mijn publiek. Wie veel geeft, krijg veel. Daarom heet mijn jubileumshow Zo Dankbaar. Ik kijk uit naar de zomer, want dan speel ik in Blankenberge mijn vijfde variétéshow Jubilée in ’t Colisee. Ik ben een teamspeler. Met David Van Dyck, Vanessa Chinitor, de Popkoning en ons fantastische ballet voel ik me gezegend.”
“Mijn eerste liefde was de zanger Ron Davis. Hij is verongelukt in Oostende, amper 22 jaar oud. Met Nest Adriaensen van De Strangers heb ik nog altijd een goede band. Hij was mijn grote liefde. Nu is hij mijn ex en mijn buurman. Soms drinken we samen een koffietje. We zijn te rap getrouwd, denk ik. We kenden elkaar nog maar vier maanden. Er is zo veel gebeurd, maar nu hebben we een fijne vriendschap. Hij is gelukkig met Mieke, en dat is het voornaamste. Ik woon hier goed in Deurne. Maar ik blijf een mens van de zee. Ik hou van wandelingen langs de kustlijn, dan laat ik alles los.”
Toekomst
“Ik ga bijlange nog niet met pensioen. Ik heb nog te veel plannen. Nu mag alles en moet niets. Ik ga dus vooral doen wat ik graag doe. Zoals mijn seniorennamiddagen. Senioren zijn een heel dankbaar publiek.”
“Mijn rijkdom ligt zeker niet in geld. Bij Familie verdiende ik de pree van een goede bediende. Mijn dochter verdiende meer in Bobbejaanland (lacht). Als ik het loon hoor van de nieuwkomers in de reeks, val ik van mijn stoel.” “Momenteel werk ik aan een boek over mijn carrière. Er komen ook een nieuwe moppen-cd en twee nieuwe liedjes. Speciaal om mijn publiek te bedanken.”
“Ik wil ook graag eens schitteren op het witte doek. Of een hoopvolle kortfilm draaien over alcoholisme, want daar heerst een te groot taboe rond. Ik wil de boodschap meegeven dat drankverslaving een ziekte is, waarvan je kan genezen. Wie afkickt, kan weer gelukkig worden.”
“Als ik de Lotto win, open ik direct een vijfsterrenhotel voor verwaarloosde hondjes en andere sukkeltjes. Ik wil ze verwennen zoals ons Tasha, mijn dertiende hondje.” “Al 35 keer ben ik met jonge kankerpatiëntjes naar Disneyland geweest en ik hoop nog één keer te mogen gaan. Op reis met die moedige kindjes ervaar je nederigheid en dankbaarheid. Ik zet me daarnaast in voor Cliniclowns, kansarme gezinnen, verkeersslachoffertjes, coma- en MS-patiënten, mensen met autisme en mindervaliden. Ik blijf daar bescheiden in. Ik ben een volksmens en eenvoud blijft de mooiste deugd.” “Op een dag zal het mijn laatste zijn. Ik wil in Oostende op zee worden verstrooid. De tekst voor mijn doodsprentje ligt klaar. ‘Bedankt voor wat ik mocht geven. Bedankt voor wat ik heb gekregen. Bedankt voor mijn mooi en zinvol leven. Veel liefs en tot later.’ Al hoop ik 100 jaar oud te worden (lacht).”
‘‘Vader was zeer streng. Nooit motiveerde hij ons. We hadden thuis constant het gevoel dat we niets waard waren.” “Ik kijk nog slechts sporadisch naar ‘Familie’, dat doet te veel pijn. Ik w as uitgenodigd op het kerstfeest. ‘Wie bent u?’, vroeg een jonge medewerker. Dat zegt genoeg.”