Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Drie kilo erbij in acht dagen: kermis doet zondigen”
Jeroen Meus, peter van de Antwerpse Sinksenfoor, gaat sfeer al opsnuiven op Brusselse Zuidfoor
Met de geur van smoutebollen, het lawaai van te luide beatmuziek en het constante geflikker van lichten wordt de voorlaatste aflevering van Goed Volk een overdosis voor de zintuigen. Jeroen Meus (39) hing acht dagen rond op de Brusselse Zuidfoor en moest dat bekopen met drie kilo extra lichaamsgewicht. Een mooi voorproefje van zijn rol als peter van de Antwerpse Sinksenfoor, die vanaf 3 juni op Spoor Oost staat. “Ik neem mijn zoontje Georges er graag mee naartoe.”
Een aflevering van Goed Volk op de ‘foor’ of kermis: volgens Jeroen Meus moest het ervan komen. “Dit programma gaat over gemeenschappen, de foor is dat bij uitstek. Met Dagelijkse Kost hebben we al een filmpje gedraaid op de foor, toen viel me al op hoe mooi die wereld is. Iedereen heeft een herinnering aan de kermis, alleen daar smaken de smoutebollen zoals ze moeten smaken. De foor is een etalage met daarachter een hele gemeenschap, we móésten daar wel opnames maken.” Meus belandde bij een foorkramer die op de foor een klein restaurant voor zijn collega’s runt. Dat was een uitgelezen kans om andere foorkramers te leren kennen. “Foorkramers eten natuurlijk niet elke dag smoutebollen en frieten, ze koken ook zelf in hun woonwagen. Maar ik ben tijdens die acht dagen op de foor wel volledig in mijn rol opgegaan, ik heb ongelooflijk gezondigd. Ik denk dat ik aan het einde van de opnames bijna drie kilo was bijgekomen!”
Gesloten wereld
Meus moet toegeven dat de wereld van de foorkramers bijzonder gesloten is. “Ze hebben één pastoor die op de kermis alle geboortes doet, alle huwelijken, alle begrafenissen. Ze zijn ongelooflijk solidair. Brandt er een kraam af, dan leggen ze samen om die foorkramer uit de nood te helpen. Dat gemeenschapsgevoel spreekt me ongelooflijk aan. Ik vind dat we dat een beetje kwijt zijn, dat permanente gevoel van geborgen te zijn. Ik ken mijn buren amper, terwijl die mannen er altijd voor elkaar zijn.”
Ook de folklore van de foor werkt als een magneet op Jeroen Meus. “De kermis was toch een beetje het internet van vroeger: daar leerde je veel nieuwigheden voor het eerst kennen. De wildeman, de vrouw met de drie borsten, motorcrossers in een houten kot, de boksbarak. Ken je de boksbarak niet? Daar lieten stoere mannen uit het publiek zich uitdagen door een bokser in een ring. Mijn schoonvader heeft in zo’n barak nog een pak slaag gekregen. De kermis brengt de macho in iedere man boven, of het nu boksen is, schieten op krijt dat op twintig centimeter van uw neus staat of rijden met de botsauto’s. Dat mag, dat heeft charme.”
Geen “seizoen te veel”
Meus werd onlangs peter van de Sinksenfoor in Antwerpen, die op 3 juni van start gaat op Spoor Oost. Dat peterschap is er niet voor de schijn, Meus meent het
oprecht. “Die folklore van vroeger mag er weer wat in komen. Ik heb niets tegen lunaparken, die mogen er ook zijn. Maar ik geloof dat de kermis er altijd zal zijn, dat die zichzelf ook zal heruitvinden. Ik neem er mijn zoontje Georges altijd graag mee naartoe. Die geur en die sfeer, ik koester dat.”
Volgende week zendt Eén de laatste aflevering van dit seizoen van Goed Volk uit, Meus bezoekt dan de jonge boksers op Cuba. Meus is nu zeker dat er geen nieuw seizoen komt. “Ik heb even getwijfeld, maar in alle bescheidenheid: beter dan dit kunnen we Goed Volk niet maken. De reacties zijn zo overweldigend, ik wil niet dat seizoen te veel maken.”
JEROEN MEUS
Kokpresentator “Ik heb niets tegen lunaparken, maar
ik geloof dat de kermis er altijd zal
zijn, dat die zichzelf ook zal heruitvinden. Die geur en die sfeer,
ik koester dat.