Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Brussel betaalt vijf miljoen (maar t otale kosten liggen veel hoger)
Om het Tourspektakel te huisvesten, betaalt de stad Brussel vijf miljoen euro aan organisator ASO. “Een aanzienlijk bedrag”, erkende burgemeester Yvan Mayeur. “Maar de mondiale exposure die Brussel dagenlang krijgt, valt amper in geld uit te drukken. Zo’n Tourstart is letterlijk onbetaalbare promotie voor een stad.”
Die vijf miljoen euro is evenwel slechts zowat een derde van de totale kostprijs. Zo wegen uitgaven voor promotie, logistiek en veiligheid zwaar door. Le Grand Départ betekent een dagenlange inzet van duizenden leden van het stadspersoneel: van politieagenten tot reinigingsteams. Het Nederlandse Utrecht, de startstad in 2015, begrootte zijn totale kosten op vijftien miljoen euro. Utrecht had wel een uitgebreid voortraject georganiseerd met animatie, muziek en fietsactiviteiten. Rotterdam (2010) en Luik (2012) hielden het iets soberder, maar zaten toch ook rond de tien miljoen euro.
De stad Antwerpen koesterde lange tijd plannen om in 2020 via le Grand Départ zijn olympi- sche eeuwfeest op te waarderen. “Wat Utrecht kan, kan Antwerpen ook. En beter”, sprak burgemeester Bart De Wever in 2015. Hij had toen, samen met een paar tienduizend toeschouwers, net een Touretappe zien starten op zijn Grote Markt. Toen de rekening opklom tot boven de twaalf miljoen euro, borg Antwerpen zijn plannen evenwel weer op. De Stad aan de Stroom koos er nadien voor om vijf jaar lang de start van de Ronde van Vlaanderen te ontvangen, een totale investering van twee miljoen euro. (mv)