Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Laatste IJslandvaarder wordt in ere hersteld
Werkzoekenden van vzw Werkvormm restaureren op het Eilandje IJslandvaarder François Musin. Daarna wordt het varend erfgoed opengesteld voor het publiek.
Sinds eind maart ligt de laatste Belgische IJslandvaarder, de François Musin, in het Antwerpse Droogdokkenpark. Daar wordt het schip gerestaureerd door werkzoekenden van de vzw Werkvormm. De vzw begeleidt langdurig werkzoekenden en erkende vluchtelingen naar de arbeidsmarkt door hen opleidingen, werkervaring en trajectbegeleiding aan te bieden.
Youssef Elhaloui (37) is een van de mannen die donderdagochtend volop in de weer is met het schoonmaken van het casco. Hij is aangesteld als instructeur. Youssef kam tweeënhalf jaar geleden naar België. Van opleiding is hij ingenieur. “Ik heb vroeger zelf met boten gevaren en om nu een museumstuk als dit te mogen opknappen, is voor mij een droom die uitkomt. Ook de anderen zijn gemotiveerd.”
Na het schoonmaken kan de diktemeting worden uitgevoerd en wordt er een bestek opgemaakt. Dan gaan de restauratiewerken pas echt van start. Die zullen wellicht negen jaar duren. Daarna zal het varend erfgoed worden opengesteld voor het publiek. “We gaan onder andere op zoek naar navigatieapparaten en een stuur uit de tijd dat het schip nog vaarde en onderzoeken wat de origineel verflaag van het schip was. We willen het schip zo waarheidsgetrouw als mogelijk restaureren”, zegt Chris Bryssinckx van Werkvormm. “We hebben ook vijf getuigenissen opgenomen van mensen die een tijd met de IJslandvaarder hebben gevaren, die we aan het publiek zullen tonen.”
Beeldenboekje
Om de communicatie met anderstaligen te vergemakkelijken bij projecten zoals deze, stelde de vzw een eigen beeldenboekje samen. “Tussen de 80 en de 90% van onze werkzoekenden spreekt geen contacttaal”, zegt Bryssinckx. “Dat wil zeggen dat ze dus geen Engels of Frans spreken, waardoor de communicatie stroef verloopt. Het beelden- boekje is bijvoorbeeld gevuld met foto’s over het buitenzetten van vuilnis, maar evengoed met foto’s die tonen hoe ze zich ergens moeten aanmelden. Het is geen tovermiddel, maar het kan de communicatie met anderstaligen wel verbeteren.”
(ladr)