Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Werknemer pizzeria blijkt baas crimineel netwerk
E ce Parket vordert jarenlange celstraf voor Antwerpse kickbokser Omar G. jarenlang
Hij stond bekend als de beau garçon van de kickboksers, maar volgens het parket van Antwerpen heeft hij ook een minder sportieve kant. Het Openbaar Ministerie wil Omar G. vijf jaar de cel in, omdat hij de absolute baas was van een crimineel imperium dat op grote schaal cocaïne invoerde en verkocht in Antwerpen. In zijn val dreigt Omar G. ook zijn eigen zus Mehdia en zakenman Thami S. mee te sleuren.
Het Openbaar Ministerie (OM) vorderde gisteren straffen tot zes jaar effectief tegen zeventien leden van een criminele organisatie die tussen 2012 en 2014 gigantische winsten maakte met de invoer en verkoop van cocaïne en hasj. Op zijn hoogtepunt had de organisatie honderden afne
mers.
Loft als hoofdkwartier
Omar G., een kickbokser uit de Bulldogs-stal van voormalig wereldkampioene Daniëlla Somers, is volgens het OM de absolute baas van het criminele bedrijf. Begonnen
als straatdealer bouwde de ambitieuze jongeman in korte tijd een stevig verkoopsnetwerk uit, dat volgens het parket op zeker moment “bijna een monopolie” leek te hebben op de Antwerpse markt.
Omar G. opereerde vanuit een loft in het Hessenstraatje. Die behoorde toe aan de jonge zakenman Thami S., bekend van onder meer Royal Delivery en dansclub La Gare27. Pikant detail: dezelfde loft was eerder ook het onderkomen voor de corrupte drugsdouanier Tim D. “De loft van Thami S. werd gebruikt als ontmoetingsplaats van de organisatie en er werd ook cocaïne opgeslagen”, aldus het parket.
Karim Mosterd en Onkel Grijze
Zijn illegale onderneming probeerde Omar G. op een professionele manier uit te bouwen. Hij regelde moeilijk af te luisteren Blackberry-smartphones voor zijn medewerkers en de dealers die hij de straat op stuurde. De leden maakten in hun onderlinge communicatie ook gebruik van codetaal en bijnamen. Omar G. liet zich Benjamin of Patje Haemers noemen, een figuur waar hij naar opkeek. Zijn vennoot Souhail D. werd dan weer Philippe Lacroix, naar die andere gangster uit de bende-Haemers in de jaren 80. Younes E.H., de persoonlijke assistent en manusje-van-alles van Omar G., werd omgedoopt tot Hondje, Barky of Fredje Van den Berg. Andere namen die de speurders moesten ontcijferen: El Flacco, Onkel Grijze, Goed Weer Vandaag, Tyson en Karim Mosterd.
Omar G. en Souhail D. betrokken hun cocaïne bij Yasin E.A., de oom van Souhail die Onkel Grijze werd genoemd. Als groothandelaar had hij omvangrijke hoeveelheden cocaïne ter beschikking. Ook Nourdine D., een vertrouwenspersoon van Omar G., leverde grote hoeveelheden drugs aan de organisatie. Omar G. zorgde voor werkvolk dat de zakken cocaïne verpakte in verbruikershoeveelheden voor de dealers, de “soldaten”.
De kickbokser hield de touwtjes graag strak in handen. Tijdens een verhoor bij de politie gaf hij toe dat hij de controle wou behouden, maar hij vond het overdreven om hem als spilfiguur in het drugsnetwerk te bestempelen. “Ik was misschien een beetje de baas, ja. Maar van een criminele organisatie?”
Zelf cokelijnen opzetten
Omar G. en Souhail D. hadden ook het ambitieuze plan opgevat om zelf te investeren in grote partijen cocaïne en die via Antwerpen in te voeren. Volgens het parket werd niemand minder dan “zakenman” Thami S. uitgestuurd naar Panama om een cokelijn naar Antwerpen op te zetten. Een operatie die overigens mislukte.
De groep investeerde wel in coketransporten van Salim E.J., via de haven van Rotterdam. Door zelf partijen cocaïne binnen te trekken, zouden Omar G. en zijn vrienden fabuleuze winsten kunnen maken. In Zuid-Amerika kochten ze cocaïne voor de prijs van 5.500 euro per kilo, terwijl die in Antwerpen voor bijna het tienvoudige wordt verkocht, ongeveer 50.000 euro per kilo.
Restaurant zus in opspraak
In zijn val sleurt Omar G. ook zijn zus Mehdia en zijn vorige werkgevers Jamal E.M. en Hadda Z. mee. Die baten aan de Stenenbrug in Borgerhout een pizzeria uit waar Omar G. op de loonlijst mocht staan, hoewel hij er al jaren niet meer werkt. Hij betaalde zelfs om er officieel werknemer te mogen zijn en zichzelf zo een legitiem inkomen te geven. Het restaurant van zijn zus Mehdia werd volgens het parket gefinancierd met gelden van Omar G. Mehdia ontkent en zegt “telkens mee te moeten opdraaien voor de fratsen van mijn broer.”