Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Froome aanvallen? Als ik me goed voel wel”
FABIO ARU wint eerste rit met aankomst bergop en nestelt zich stilaan tussen de favorieten
Fabio Aru
“Sky is héél, héél sterk. Het zal moeilijk zijn. Maar schrik heb ik niet.”
Wat Vincenzo Nibali kan, kan kroonprins Fabio Aru ook. Als een volleerde copycat van de Haai van Messina won de kakelverse Italiaanse kampioen met een indrukwekkende solo op de eerste van de drie aankomsten bergop. “La Planche des Belles Filles had ik nooit eerder gezien. Ik heb wel lang en veel naar de video’s gekeken van Froome en Vincenzo”, gaf de Sardijn toe.
Het zat Fabio Aru en heel Astana de voorbije maanden niet mee. Stel je voor dat de honderdste editie van de Giro d’Italia start aan je achterdeur in Alghero en je gedwongen bent om zonder fiets een acte de présence geven voor je eigen publiek. Dieper kan je niet in het fiere Sardijnse hart van Fabio Aru snijden.
Op 2 april gebeurde de ramp. Op de Sierra Nevada verging hij tijdens het trainingskamp ineens van de pijn. Tendinitis aan de knie.
De kopman van Astana had nog wel aangegeven op tijd fit te raken voor de Italiaanse ronde, maar teammanager Alexandre Vinokourov was onverbiddelijk: “Njet. Alles op de Tour.” De onfortuinlijke Michele Scarponi werd inderhaast opgetrommeld om Giro-kopman te zijn.
Maar zie, gisteren vulde de op de fiets flitsende Aru na drie ritzeges in de Giro en twee etappewinsten in de Vuelta zijn laatste gaatje in de grote rondes op. En zo spectaculair zijn raid op La Planche des Belles Filles was, zo low profile was de Sardijn achteraf. Qua saaie quotes is hij ook al de evenknie van Nibali, met wie hij in het verleden nooit door één deur kon. “Ik ben vooral blij voor mijn familie en de hele ploeg die me in deze moeilijke periode hard hebben gesteund. Ook al is dit de mooiste job van de wereld, ik moest veel op- offeringen doen.”
“In de Tour winnen is nog iets anders dan in de Vuelta en de Giro. Ik ben vooral blij omdat ik hier ook een zege op mezelf heb behaald. Vorig jaar ging het op de laatste zaterdag, in de rit over de Joux-Plane, helemaal fout met mij. Nooit eerder had ik zo’n inzinking. Ik tuimelde van de zesde plaats naar positie dertien. Ik heb ondertussen door dat je veel meer van jezelf leert als je lijdt dan wanneer je leidt”, aldus de 27-jarige Italiaan, die zijn ritzege behaalde met het iconische rugnummer 51.
Spettaculo
In de stand staat Aru nu derde op 14 seconden van Froome, maar dat verleidde hem niet tot grootse uitspraken. Ook al levert hij al sinds 2014 in de Vuelta slag met de Tourheerser en won hij twee jaar geleden zelfs de Ronde van Spanje waarin Froome uiteindelijk afstapte. “Ik ben vooral blij dat ik het publiek langs de weg en mijn tifosi wat spettaculo heb kunnen bieden. Laat me hier nu eerst van genieten. Ik heb respect voor Froome. Sky is héél, héél sterk. Het zal moeilijk zijn. Maar als ik me goed
voel, zal ik hem aanvallen. Schrik heb ik niet. Er is ook geen rangorde binnen de ploeg. Jakob Fuglsang (de
verrassende winnnaar van de
Dauphiné, red.) en ik staan op dezelfde hoogte.” Waarop Aru opnieuw verviel in een resem clichés als “Parijs is nog ver” en “ik bekijk het van dag tot dag”.
Nog dit: nu Nibali weg is bij Astana, zouden de twee al eens samen trainen in Lugano, naar waar de Siciliaan en de Sardijn zijn uitgeweken.