OVAM onderzoekt 300 scholen op bodemvervuiling

Vlaanderen gaat zelf onderzoeken of 300 scholen op vervuilde grond staan. De scholen moesten dat al lang zelf hebben uitgezocht, maar dat kwam er maar niet van. Uit angst voor de hoge factuur of gewoon te veel ander werk.

Alle historische bodemvervuiling in Vlaanderen moet over goed twintig jaar zijn aangepakt, wegens het eventuele gevaar voor de volksgezondheid. Dat is de reden waarom overal in ijltempo oude bedrijfsterreinen worden gesaneerd.

“Maar ook van sommige schoolgebouwen vermoeden we dat ze op vervuilde grond staan”, zegt Jan Verheyen van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM). “Sommige zijn gebouwd op oude fabrieksterreinen, in andere gevallen zijn er aanwijzingen dat er in het verleden lekken zijn geweest in de stookolietanks, wat tot ernstige grondwaterverontreiniging kan leiden.” Of een deel van het schoolterrein werd ooit opgehoogd met bouwafval, waarin ook vervuilende stoffen zaten.

Enkele honderden scholen, verspreid over heel Vlaanderen, verkeren in die situatie. “Een aantal heeft intussen de nodige – en ook verplichte – stappen gezet om na te gaan of er al dan niet sprake is van vervuiling”, zegt Verheyen. Maar in het algemeen was de respons van de betrokken scholen laag, bevestigt zowel Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) als minister van Leefmilieu Joke Schauvliege (CD&V).

Angst voor hoge kosten

De reden? Het grote takenpakket dat scholen al hebben, zeggen de onderwijskoepels. Het is ook ingewikkelde materie. En er is de angst voor de hoge kosten als de grond echt vervuild zou zijn.

Om schot in de zaak te brengen, trekt de Vlaamse regering het dossier nu naar zich toe. Concreet stuurt Vlaanderen specialisten van OVAM naar de 300 nog te onderzoeken scholen. Zij zullen grondstalen nemen en die onderzoeken, allemaal op kosten van OVAM zelf. Op vraag van Vlaanderen zal de organisatie de scholen ook ondersteunen als de vervuilde terreinen moeten worden gesaneerd. Daarvoor is zo’n 24 miljoen euro opzijgezet.