Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Toch sterker dan we denken
H ebben we vanaf maart 2019 dan toch een visum nodig om naar Groot-Brittannië te reizen? Dat zou je kunnen afleiden uit de verklaring die de Britse premier Teresa May gisteren aflegde. “Wanneer de Britten uit de Europese Unie stappen, komt er meteen een einde aan het vrije verkeer van personen tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU”, maakte haar woordvoerder bekend.
Veel betekenen die woorden niet. De kans bestaat nog altijd dat er van de harde Brexit niets in huis komt. De verklaring van May kwam er niet na een eensgezinde beslissing van haar kabinet of na een volgende stap in de onderhandelingen met de EU. De Britse premier moest vooral nog eens harde woorden gebruiken om enkele van haar ministers op hun plaats te zetten. De Britse regering blaast nu al maanden warm en koud over de Brexit. Intussen gaat kostbare tijd verloren en neemt de economische schade alleen maar toe.
Zowel de Britse minister van Financiën Philip Hammond als zijn collega van Binnenlandse Zaken Amber Rudd pleitte vorige week voor een geleidelijke overgang. Hammond stelde zelfs een ruime overgangsperiode van drie jaar voor, waarin Groot-Brittannië onder min of meer dezelfde voorwaarden als nu met de Europese Unie zou samenleven. Hij beweerde bovendien dat de hele regering voor een dergelijke aanpak te vinden was.
Beide excellenties zijn nu door de premier teruggefloten. Meer niet. Eigenlijk staat May vier maanden na de officiële start van de uittredingsprocedure nog nergens. En dat is intriest, want intussen wordt almaar duidelijker dat niemand beter wordt van de Brexit, zeker niet de mensen die ervoor gestemd hebben in de hoop er juist beter van te worden.
Er gaan dan ook steeds meer stemmen op om die hele Brexit maar te vergeten. Veel Britten hebben al lang spijt van hun stem, veel bedrijven lijden verliezen door de onzekerheid die nu heerst en iedereen weet dat de jarenlange onderhandelingen ontzettend veel Brits en Europees geld zullen kosten. Maar gewoon doen alsof er niets gebeurd is, kan natuurlijk niet. De Europese Unie heeft al laten weten dat als Groot-Brittannië toch bij de EU zou willen blijven, het land opnieuw de hele toetredingsprocedure moet doorlopen, mét de bijbehorende kosten.
Zoveel is duidelijk: de Brexit wordt een vechtscheiding. En daar is nog nooit iemand beter van geworden. Zo een scheiding kost handenvol geld, verarmt beide partners en laat pijnlijke littekens na.
Een schrale troost kan misschien zijn dat de Brexit een zodanige ellende is dat weinig populisten in andere Europese landen nog voor een exit zullen durven pleiten. In die zin is Europa dan misschien toch sterker dan we soms denken.