Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Op fractie van medaille (BIS)
Op de Olympische Spelen van Rio 2016 scheelde het 0,03 seconden en hadden de Belgian Tornados een gouden kans op brons. In Londen scheelde het iets meer, een dikke seconde. Toch kan de Belgische 4x400mploeg fier zijn. “Deze vierde plaats moet een boost geven voor de Spelen van Tokio 2020.”
Wat een dolle sfeer in het volgepakte stadion in het Queen Elizabeth Olympic Park. Op de allerlaatste avond, op het allerlaatste nummer, ging in atletiekgek Engeland waar voor dit WK meer dan 700.000 kaartjes werden verkocht - het dak eraf.
En of ‘The Borlée Brothers’ een belletje doen rinkelen in Londen. In hetzelfde stadion stonden Kevin en Jonathan Borlée op de Olympische Spelen van 2012 op de top van hun kunnen op de 400m. Gisteren, vanuit de buitenbaan, vlamden Robin Vanderbemden, Jonathan Borlée, Dylan Borlée en de traditionele afwerker en van ziekte herstelde Kevin gisteren naar een vierde plaats. Trinidad&Tobago is wereldkampioen (2’58”12), Amerika pakt zilver (2’58”61) en Groot-Brittannië brons (2’59”00).
De eindtijd: 3’00”04. Dat is een fractie trager dan het Belgisch record (2’58”52) dat Julien Watrin, Jonathan Borlée, Dylan Borlée en een super-Kevin Borlée vorig jaar in Rio uit hun sloffen schudden in het Olympic Stadium. Met dat Belgisch record hadden ze op de vorige kampioenschappen vrijwel altijd een medaille gehaald. Versta: voor hetzelfde geld hadden ze toen al een historische olympische medaille gehaald.
In Londen werden ze in de kwalificatie voor de finale nog een tikje meer geholpen door het lot dan in Rio. Of beter: geholpen door overmoed en slechte stokwissels van absolute toplanden. Behalve de VS sneuvelde het voltallige podium van Rio 2016, Jamaica en de Bahama’s, ook Botswana (vijfde op de Spelen) liet zich verrassen en haalde de finale niet.
Ze konden er evenwel net niet van profiteren. En dat valt de Tornados zwaar op de
maag, het viertal spreekt
eensluidend van “frustratie.” Jonathan gaat het verst. “Ik heb er genoeg van, al die vierde, vijfde, zesde plaatsen. We staan er nu al jaren, tonen ons altijd, wanneer valt die medaille nu eens uit de lucht? Ik luisterde naar het interview van Pierre-Ambroise Bosse eerder deze week (de Franse wereldkampioen 800m, red.). Hij zei:
Waarom ik niet? Dat dacht ik ook: Waarom wij niet eens? Wij verdienen het.” Het blijft wel een indrukwekkende balans van de Belgische 4x400m: voor de negentiende keer stonden de Belgian Tornados in de finale van een internationaal kampioenschap, de beste acht van de wereld. Enkel Amerika, het walhalla van de 400-meterlopers, kan zo’n regelmaat voorleggen. Kevin: “We debuteerden op de Spelen van Peking 2008 en sindsdien misten we met de 4x400m nooit een grote finale, dat doen er ons niet veel na.”
Geen pensenkermis
Op de individuele 400m spelen Kevin en Jonathan, door hun tien jaar aan de top een schat aan ervaring, geen hoofdrol meer aan de absolute wereldtop. Op de 4x400m kan België met vijf solide lopers – Julien Watrin in vorm is een waardige doublure voor Robin Vanderbemden, die gisteren in de ploeg stond – wel de absolute wereldtop het vuur aan de schenen leggen. Jacques Borlée: “Tia Hellebaut en Kim Gevaert hebben het pad geëffend, zij waren inspirerende voorbeelden. Cédric Van Branteghem speelde als teamkapitein een enorm belangrijke rol om in 2008, op onze eerste Olympische Spelen, zijn ervaring door te geven aan Kevin en Jo. En zij hebben, omdat ze ook zoveel individueel hebben gelopen, ervaring opgedaan die in de estafette van pas komt. Die geven ze op hun beurt door. Nu kan ik zeggen dat ik nooit een sterkere ploeg had, en dan heb ik het ook over de breedte.”
Wat ook helpt, is de wil om over het muurtje te kijken. De voorbije jaren trokken de Belgian Tornados naar gerenommeerde buitenlandse coaches als Michael Johnson, Dan Pfaff, Clyde Hart… voor workshops. Jacques Borlée: “Aan elke coach: zoek de besten van de besten op, heb geen schrik om aan anderen raad te vragen.”
De conclusie van Londen 2017: de Belgian Tornados spelen mee met de wereldtop. Jacques Borlée: “Van wat we in Rio 2016 hebben gepresteerd, moeten we geen spijt hebben. Dat hoort tot topsport.Hier konden we nooit aanspraak maken op een medaille. Eerlijk, ik dacht vooraf zelfs aan de
eerste plaats en dat was mogelijk als we ons Belgisch record hadden verbeterd. Maar kijk, dit is het WK, hé. Dit is geen pensenkermis op zondagochtend.”